De 6 bijzondere verrichtingen zijn: Recht achteruitrijden, bochtje achteruitrijden, omkeren door middel van steken, omkeren door middel van een halve draai, hellingproef en fileparkeren.
Eén van de minst moeilijke daarvan is recht achteruit rijden.
Bijzondere verrichtingen
Parkeren, keren, de hellingproef: tijdens je rijexamen moet je twee bijzondere verrichtingen uitvoeren. Maak je hierbij een foutje, dan zak je in de meeste gevallen. Omdat de bijzondere verrichtingen toch wel een vak apart zijn, is dit vaak een reden om te zakken.
Tijdens het praktijkexamen moet je twee bijzondere verrichtingen uitvoeren.
Je mag niet keren op snelwegen en autowegen. Verder mag je denk ik overal keren, behalve als er staat dat het niet mag. Ook mag je niet keren op een eenrichtingsweg of als je daar daarvoor een doorgetrokken streep over moet.
Zo zijn manoeuvres zoals wegrijden, achteruitrijden, uit een uitrit de weg oprijden, van een weg een inrit oprijden, keren, van de invoegstrook de doorgaande rijbaan oprijden, van de doorgaande rijbaan de uitrijstrook oprijden en van rijstrook wisselen allemaal bijzondere manoeuvres volgens art.54 RVV.
De bestuurder die de bijzondere manoeuvre uitvoert dient alle overige verkeersdeelnemers voorrang te verlenen. De persoon die de uitrit uitrijdt of de de automobilist die op de weg keert dient dus al het andere verkeer voor te laten gaan alvorens de bijzondere manoeuvre uit te voeren.
Bijzondere verrichtingen zijn acties die je uitvoert in het verkeer, die niet vloeiend meegaan met het verkeer. Denk aan langs de weg stoppen op iemand uit te laten, stappen, de auto parkeren, achteruit rijden, instappen, uitstappen en nog veel meer.
Tijdens je toets doe je ook bijzondere verrichtingen. Doe je dat goed? Dan krijg je een vrijstelling. Dat betekent dat je dit bij je eerste examen na je toets niet meer hoeft te doen.
Fileparkeren, achteruitrijden in een bocht en de hellingproef. Eén ding hebben al deze manoeuvres gemeen met elkaar: ze vallen allemaal onder de zogenaamde bijzondere verrichtingen.
Inhalen en afslaan zijn géén bijzondere manoeuvres en worden daarom ook apart in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV) behandeld.
Het positieve resultaat van het motorexamen voertuigbeheersing (AVB) is 1 jaar geldig. De geldigheid start op de dag waarop je bent geslaagd voor je examen voertuigbeheersing. Bijvoorbeeld: je bent geslaagd op 1 oktober 2023. Dan is je resultaat geldig tot en met 30 september 2024.
Er zijn 7 bijzondere verrichtingen:
Parkeren in een haaks of schuin vak. Fileparkeren. Omkeren door te steken. Omkeren door een halve draai.
Je praktijkexamen voor de auto duurt 55 minuten. Op onze website lees je hoe het praktijkexamen gaat. Mag ik een rijhulpsysteem gebruiken tijdens mijn examen? Ja, rijhulpsystemen mogen gebruikt worden tijdens het praktijkexamen, behalve het automatisch parkeersysteem.
Bijzondere manoeuvre
Op grond van art.54 RVV 1990 kwalificeert het van rijstrook wisselen als een bijzondere manoeuvre. Bestuurders die een bijzondere manoeuvre uitvoeren moeten al het overige verkeer voor laten gaan. Tussen de bijzondere manoeuvres onderling bestaat geen rangorde.
Invoegen (wisselen van rijbaan) is namelijk een bijzondere manoeuvre. De wet bepaalt dat een bestuurder die van rijbaan wisselt al het andere verkeer voorrang verleent. Ontstaat er een aanrijding dan is de invoegende ritser aansprakelijk voor de schade.
Tot de eliminerende fouten behoren het rijden met te hoge snelheid, het negeren van verkeerslichten en het niet stoppen voor een stopbord. Als de kandidaat een eliminatiefout begaat, wordt hij of zij automatisch aangehouden en moet hij of zij het praktijkexamen opnieuw afleggen.
Dit gaat vaak fout:
Overdreven kijken om goed aan de examinator te laten zien dat je kijkt. Te nonchalant kijkgedrag. Te gehaast door de spiegels vliegen en te weinig echt waarnemen. Te kort voor de auto kijken en daardoor laat reageren op situaties.