Wat doet de bedrijfshulpverlener (bhv'er)?
Een BHV'er is opgeleid om in geval van nood de werknemers en klanten in veiligheid te brengen. Zo weet een BHV'er bijvoorbeeld hoe hij mensen uit een brandend gebouw moet krijgen en hoe hij bij een ongeval eerste hulp moet verlenen.
De Arbowet bepaalt dat een bhv'er verantwoordelijk is voor de volgende taken: • Eerste hulp verlenen bij ongevallen zoals het aanleggen van een verband of reanimatie; • Het bestrijden en/ of beperken van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen; • Het in noodsituaties alarmeren en evacueren van werknemers ...
Regel 1: Let op gevaar
De basisregel in de Eerste Hulp, maar ook voor professionele hulpverleners is het veilig kunnen hulpverlenen. Dat betekent dat je, voordat je ook maar iets doet, eerst goed kijkt of de situatie veilig is voor jouzelf en voor het slachtoffer.
De 5 fasen van BHV zijn: Alarmeren, Verkennen, Inzet, Nabespreken en Nazorg.
Jouw rol binnen de bedrijfsnoodorganisatie
Dan zorg je ervoor dat de gevolgen ervan zo klein mogelijk blijven. Je verleent eerste hulp bij ongevallen, je herkent een eventuele brand en helpt deze te bestrijden en je alarmeert en evacueert medewerkers en andere aanwezigen bij noodsituaties.
Het verschil tussen EHBO en BHV
Een BHV'er kan wel EHBO verlenen, maar alleen levensreddende eerste hulp. Een BHV'er is dus minder goed opgeleid in EHBO, want bij een EHBO-cursus leert u naast levensreddende eerste hulp, ook aanvullende eerste hulp en hoe u een AED moet bedienen.
Het BHV-plan beschrijft de organisatie van de BHV, welke BHV opleidingen de bedrijfshulpverleners hebben gevolgd en hoe de bekwaamheid wordt geborgd. Maar ook de hulpmaterialen die ingezet kunnen worden, de vluchtroutetekeningen, instructiekaarten, het BHV ontruimingsplan en een registratie van de incidenten.
De Nederlandse Arbeidsinspectie heeft de wettelijke taak om te inspecteren (op grond van de Arbowet) of een werkgever aan de bhv-verplichtingen voldoet.
Het redden en verkennen is de belangrijkste taak van BHV'ers. Hierbij moet een BHV'er kijken of ze slachtoffers in veiligheid kunnen brengen en controleren wat er nu daadwerkelijk aan de hand is. Belangrijk is dat dit in dezelfde actie gebeurt, zodat kostbare tijd niet verloren gaat.
Het diploma bhv, afgegeven door het Nederlands Instituut Bedrijfshulpverlening (NIBHV), behoudt zijn geldigheid voor 1 jaar. Op je diploma staat een afgiftedatum, dat is de datum waarop je het behaald hebt. Dus vanaf die datum is dat diploma nog 1 jaar geldig.
Op basis van die restrisico's moet je je afvragen hoeveel BHV'ers nodig zijn om in een noodsituatie werknemers in veiligheid te brengen. Er moet altijd ten minste één BHV'er aanwezig zijn, ook in ploegendiensten, bij overwerksituaties of als een deel van de medewerkers thuiswerkt.
De arbowet omschrijft dat dat bedrijven verplicht zijn om om maatregelen te treffen op gebied van BHV. Alle werkgevers zijn verplicht om zich goed voor te bereiden op ongelukken, brand en ontruimingen. Bij deze ongevallen ligt een duidelijke taak voor de opgeleide BHV-er.
Meld een incident via het interne alarmnummer of 1-1-2. Laat bij voorkeur iemand anders de melding doen; blijf zelf op de plaats van het incident. De meldregels zijn: ⚫ wie: uw naam en telefoonnummer plus afdeling; waar: plaats van het incident; ⚫ wat: soort incident en aantal slachtoffers.
De volgorde van ontruimen is: 1. de verdieping waarop brand is; 2. de verdieping boven de brand; 3. de verdieping onder de brand. Stap 3 Alles ontruimen vindt plaats in opdracht van de brandweer, de coördinator of de leiding.
Wanneer je gaat ontruimen na een bommelding, dan verloopt het proces van een ontruiming doorgaans wat anders bij een brand(melding). Bij een bommelding vraag je de aanwezigen wél hun persoonlijke bezitting mee te nemen.Ook is het belangrijk om ramen en deuren te openen om zo de schade van een drukgolf te verminderen.
De kubus methode kan je helpen dat een-en-dezelfde ruimte meerdere keren wordt gecontroleerd, of dat een andere ruimte wordt overgeslagen. Deze methode wordt ook wel de 3D-aanpak genoemd en is goed te combineren met “kijken, denken, doen”.
Een eerste hulpverlener mag geen handelingen uitvoeren die zijn voorbehouden aan mensen met een beroep zoals omschreven in de Wet BIG (Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg), zoals artsen en verpleegkundigen (zie ook pag. 07 en 08). Reanimatie en het bedienen van een AED vallen hier niet onder.