In het Nederlandse recht zijn rechtsbron: 1 de wet; 2 de jurisprudentie (de rechtspraak); 3 de gewoonte; 4 verdragen en sommige besluiten van volkenrechtelijke organisaties. Niet al het geldende recht staat dus in de wet. Ook de rechter vormt rechts- regels.
Het Nederlands recht kent vier zogeheten rechtsbronnen: de wet, de gewoonte, het verdrag.
Er zijn binnen de rechtspraak verschillende rechtsgebieden, zoals strafrecht, civiel recht, bestuursrecht, en familie- en jeugdrecht.
Artikel 38 van het Statuut van het Internationaal Gerechtshof (IGH) noemt de belangrijkste rechtsbronnen: Internationale verdragen;Internationale gewoonte, en;Door beschaafde naties erkende algemene rechtsbeginselen.
De rechter moet zich, net als iedereen, houden aan het Nederlandse recht. Veel recht staat in wetten, maar er zijn ook andere bronnen. Dat zijn de jurisprudentie (het geheel van uitspraken), gewoonten en gebruiken en internationale verdragen.
Bronnen zijn de werken waar je informatie uithaalt. Denk hierbij aan boeken, krantenartikelen, wetenschappelijke artikelen, tijdschriften, documentaires, filmpjes, websites en televisieprogramma's. Voor het schrijven van een artikel gebruik je bronnen. Hierdoor weet een ander waar de informatie vandaan komt.
De rechter baseert zich bij een uitspraak op verschillende rechtsbronnen, zoals wetten en verdragen. U vindt hier meer informatie over die rechtsbronnen. Het civiel recht wordt ook wel burgerlijk recht genoemd. Het beschrijft de regels voor de onderlinge verhoudingen tussen personen.
Dus het wettelijk recht, het gewoonterecht, de doctrines van billijkheid en het gewoonterecht zijn van toepassing in het Oegandese rechtssysteem. Al deze wetten zijn vastgelegd in hun Judicature Act. De grondwet is de superieure wet boven alle andere wetten in Oeganda. Geen enkele andere wet zal in overweging worden genomen die in strijd is met de grondwet.
Het positief recht - ook wel vigerend recht of objectief recht genoemd - is het recht dat op een bepaald tijdstip en op een bepaalde plaats geldt.
Klassieke grondrechten: de burgerlijke en politieke rechten. Dit zijn onder andere het kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod. Sociale grondrechten: de economische, sociale en culturele rechten.
Tot het privaatrecht behoren onder meer het burgerlijk recht en het handelsrecht (of commercieel recht). Het grondwettelijk recht of staatsrecht, het fiscaal recht of belastingrecht, het administratief recht of bestuursrecht en het strafrecht behoren tot het publiek recht.
De belangrijkste rechtsgebieden in Nederland zijn privaatrecht, strafrecht en bestuursrecht. Met wat voor soort recht u te maken hebt, hangt af van het soort conflict.
Er zijn vijf categorieën formele rechtsbronnen. Drie categorieën zijn van dwingende aard: de wet, het gewoonterecht en de algemene rechtsbeginselen.De twee andere categorieën zijn niet dwingend, maar louter "gezaghebbend": het betreft de rechtspraak en de rechtsleer.
Het Tanzaniaanse rechtssysteem is gebaseerd op het Engelse Common Law, dat voortkomt uit de Britse koloniale erfenis. In tegenstelling tot het ongeschreven Britse constitutionele systeem heeft Tanzania echter een geschreven grondwet, die de eerste bron van recht is.De statuten of wetten van het parlement zijn de tweede bron van recht .
In het Nederlandse recht zijn rechtsbron: 1 de wet; 2 de jurisprudentie (de rechtspraak); 3 de gewoonte; 4 verdragen en sommige besluiten van volkenrechtelijke organisaties. Niet al het geldende recht staat dus in de wet. Ook de rechter vormt rechts- regels.
In Oeganda heerst veel extreme armoede. Zeker driekwart van de bevolking woont op het platteland en heeft vaak geen toegang tot schoon drinkwater en gezondheidszorg. Dat maakt dat ruim tweederde van de totale bevolking elke dag in grote voedselonzekerheid leeft.
Internationaal recht is ten eerste het straf- en privaatrecht tussen staten (ook volkenrecht genoemd) en ten tweede het recht dat boven nationaal recht gaat. De mensenrechten die in internationale verdragen zijn vastgelegd vallen onder de laatste categorie.
Volgens de Leidraad voor juridische auteurs neem je alleen bronvermeldingen op voor boeken, tijdschriften en online bronnen. De literatuurlijst bevat geen bronvermeldingen voor wet- en regelgeving en jurisprudentie.
Precedent verwijst naar een rechterlijke beslissing die wordt beschouwd als een autoriteit voor het beslissen over latere zaken met identieke of soortgelijke feiten, of soortgelijke juridische kwesties . Precedent is opgenomen in de doctrine van stare decisis en vereist dat rechtbanken de wet op dezelfde manier toepassen op zaken met dezelfde feiten.
In het algemeen geldt dat internationale verdragen (VN/Europa) bovenaan de rangorde staan, gevolgd door landelijke wetgeving zoals de Grondwet, Algemene wet bestuursrecht, Wmo, ministeriële besluiten en regelingen en tot slot de provinciale en gemeentelijke verordeningen en beleidsregels.
Er zijn drie basistypen informatie, primair, secundair en tertiair , hoewel tertiaire bronnen soms worden gegroepeerd met secundair. Primaire bronnen zijn originele werken, secundaire bronnen zijn analyses van die originele werken en tertiaire bronnen zijn verzamelingen van secundaire broninformatie.
Primair onderwijs (basisonderwijs) heeft als doel om kinderen basisvaardigheden aan te leren, zoals lezen, schrijven en rekenen. Secundair onderwijs daarentegen bouwt voort op deze basisvaardigheden en bereidt leerlingen voor op vervolgonderwijs of de arbeidsmarkt.