3.3 Wat is diagnostiek? Diagnostiek is het op een systematische wijze verzamelen en op een zinvolle manier ordenen, wegen en interpreteren van informatie over de psychische klachten of ontwikkelingsstagnatie van een patiënt.
Diagnosen worden in het dagelijks leven door iedereen gesteld (zal wel een griepje zijn), maar in een meer formele context - vooral als er juridische, financiële of andere gevolgen aan verbonden zijn - is diagnostiek voorbehouden aan gekwalificeerde personen die zich beroepsmatig met gezondheidszorg bezighouden, vooral ...
Diagnostiek is dat je onderzoek doet om een ziekte of aandoening vast te stellen. Een voorbeeld is als de dokter lichamelijk onderzoek doet. Om goede zorg te geven moet er beeldvorming en diagnostiek gedaan worden. Het Zorginstituut heeft onderzoek gedaan naar beeldvorming en diagnostiek.
Een diagnostisch onderzoek is een manier om: erachter te komen wat er precies aan de hand is;te onderzoeken waar de problemen vandaan komen;een goed onderbouwd advies te kunnen geven over eventuele behandeling en/of begeleiding.
Door het stellen van een tijdige en accurate diagnose wordt in elk geval uitgesloten dat er onderliggend een ander ziektebeeld is dat kan worden behandeld. Soms kan in een beginnend stadium medicatie voorgeschreven worden die het ziekteproces tijdelijk vertragen.
De psychiatrische diagnostiek bij een nieuwe ambulante volwassen patiënt neemt gemiddeld in totaal ongeveer twee uur in beslag (Beerthuis e.a., 2007). Hier is de verslaglegging niet bij inbegrepen. Een onderzoek voor een second opinion neemt meestal meer tijd in beslag, variërend van drie tot vier uur.
Het diagnostisch proces heeft als doel om een adequaat beleidsplan voor de patiënt te kunnen maken, waarin ook de psychosociale gevolgen van een ziekte voor de individuele patiënt worden meegenomen. Daarnaast draagt het diagnostisch proces bij aan het vormen van een prognose voor de patiënt.
Psychodiagnostiek is een specialisme binnen de psychologie. Het kan bijdragen tot verheldering (Waaruit bestaat de klacht?), onderkenning (Wat is er aan de hand?) en verklaring (Welke verbanden zijn er tussen factoren/probleemgebieden?).
Verklarende diagnostiek is erop gericht te achterhalen waarom dit kind met zijn mogelijkheden en beperkingen, uit dit gezin, in deze school, met deze leraar en deze medeleerlingen, de onderkende problemen heeft (Pameijer, M. & Beukering, T. van (1997). Handelingsgerichte diagnostiek.
Het gaat hierbij om onderzoek naar het feitelijke beperkingenniveau van de cliënt en de mogelijkheden om te behandelen. Aanvullende functionele diagnostiek is vooral gericht op het verbeteren van het functioneren of het voorkomen van verergering. Aanvullende diagnostiek wordt verricht door Wlz-behandelaars.
Er zijn drie soorten diagnoses die verschillen in de mate waarin de oorzaak bekend is: symptoomdiagnose (weinig bekend over oorzaak), syndroomdiagnose en ziektediagnose (veel bekend).
Wanneer uw huisarts een onderzoek voor u aanvraagt in het ziekenhuis, dan regelt de afdeling Diagnostiek dat.Zij plannen het onderzoek in en informeren u hierover. De afdeling Diagnostiek doet dit niet alleen voor huisartsen, maar ook voor alle andere zorgpartners.
Handelingsgerichte Diagnostiek (HDG) is een methode voor scholen die handelingsgericht willen werken met jonge kinderen die belemmeringen ervaren in de (schoolse) ontwikkeling. Zo krijgt een school – en de ouders – helder in beeld wat een kind nodig heeft en hoe de school daar het beste op kan aansluiten.
De beschrijvende diagnose omvat de meest recente psychiatrische diagnose(n) die geformuleerd wordt als een hypothese met betrekking tot oorzaak (etiologie) en gevolg. Tevens worden de factoren die de psychologische-, interpersoonlijke- en gedragsproblemen in stand houden beschreven.
De diagnostische cyclus
Deze cyclus is een model voor het wetenschappelijk verantwoord beantwoorden van vragen. Hij bestaat uit observatie, inductie, deductie, toetsing en evaluatie.
Een psycholoog behandelt mensen met een psychische aandoening, stoornis of andere mentale problemen. Hij of zij kan een diagnose stellen en begeleidt een persoon vervolgens bij de behandeling van het probleem of de stoornis.
U wordt neuropsychologisch onderzocht om inzicht te krijgen in uw functioneren in het dagelijks leven. Mensen kunnen verschillende klachten hebben zoals moeite om de aandacht vast te houden of vergeetachtiger zijn. Dit kan van invloed zijn op het uitvoeren van de dagelijkse activiteiten.
Met een psycholoog kun je gesprekken voeren om mentaal beter in je vel te komen zitten en de psychiater kan je medicijnen voorschrijven bij ernstige psychische problemen. Met de psycholoog kun je dan bijvoorbeeld praten over hoe de medicijnen je leven nu beïnvloeden en hoe je daarmee om moet gaan.
Diagnostische hulpvragen zijn vragen waarbij iets uitgezocht moet worden. Ze vallen uiteen in drie typen: onderkennend (wat is er aan de hand), verklarend (waarom is dit aan de hand) en indicerend (hoe is het op te lossen).
Een diagnostische gesprek betekent: mondelinge communicatie tussen tenminste twee personen om een oorzaak te vinden van een gevolg aan de hand van optredende verschijnselen.
In een diagnostisch verslag staat de diagnose vermeld met het specifieke beeld en de actuele ernst: licht, matig of ernstig.
Medische gegevens van psychiatrische patiënten die gedwongen zijn opgenomen moeten minimaal tot 5 jaar na hun ontslag bewaard blijven. Deze bewaartermijn komt voort uit het Besluit Patiëntendossier Bopz.
De huisarts bekijkt welke psychische klachten of aandoening u heeft, en welke behandeling en begeleiding het beste past. Ook kan de huisarts u zelf behandelen. Een huisarts kan daarbij medicijnen voorschrijven. Deze praktijkondersteuner kan u helpen om uw klachten beter te begrijpen en ermee om te gaan.
Met diagnostische vragen willen we hardnekkige misvattingen blootleggen. Bij een misvatting of misconcept is er sprake van het verkeerd begrijpen van een concept. Er is dus voorkennis of een preconceptie aanwezig die fout is.