Uw kind heeft het schooladvies praktijkonderwijs
Heeft uw kind het schooladvies praktijkonderwijs en het toetsadvies pro/vmbo-bb dan past de school het schooladvies niet aan. Heeft uw kind het schooladvies praktijkonderwijs gekregen met een toetsadvies vmbo-bb/vmbo-kb of hoger? Dan stelt de school het advies wel bij.
De onderwijssoorten in het voortgezet onderwijs
Een advies voor het voortgezet onderwijs kan enkelvoudig zijn: vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gt, havo, vwo; of dubbel met twee aan elkaar grenzende schooladviezen: vmbo-b/k, vmbo-k/gt, vmbo-gt/havo, havo/vwo.
Eind groep 7 krijgt een leerling een voorlopige basisschooladvies. De school baseert dit voorlopige advies onder andere op (toets)gegevens uit het leerlingvolgsysteem en methodetoetsen. Maar ook op gedrag, werkhouding en motivatie.
Amsterdamse basisscholen kunnen de volgende adviezen geven: praktijkonderwijs, vmbo-basis, vmbo-basis/kader, vmbo-kader, vmbo-theoretisch, havo, havo/vwo, vwo en kopklas. Scholen geven een dubbeladvies aan leerlingen bij wie nog niet helemaal duidelijk is welk niveau het meest passend is.
Het gemiddelde cijfer in Nederland was afgelopen schooljaar een 7,79, dit staat gelijk aan een vmbo/havo advies. Op de kaart hieronder is per basisschool zo'n zelfde cijfer te zien. Waren de adviezen op jouw school hoger of lager afgelopen schooljaar?
Als basisschool geeft u in een schooladvies aan welk type voortgezet onderwijs het beste bij een leerling past. Vanaf schooljaar 2023-2024 geeft u de leerling een voorlopig schooladvies en een definitief schooladvies. U wisselt beide adviezen uit met het Register Onderwijsdeelnemers (ROD).
In groep 8 herhalen leerlingen veel lesstof uit voorgaande leerjaren, zoals regels voor (werkwoord)spelling, leesstrategieën, breuken en procenten. Daarnaast besteedt de leerkracht aandacht aan 'leren leren', zoals planning van huiswerk, taakaanpak en reflectie op werk.
Groep 7 wordt vaak als het moeilijkste rekenjaar van de basisschool beschouwd. Op Squla oefent je kind op een leuke manier met alle rekenstof uit groep 7, zoals procenten, breuken en kommagetallen. Ook lengtematen komen aan bod, zoals omtrek en oppervlakte, inhoud en gewichten.
Een middelbare school plaatst een leerling op basis van het schooladvies van de basisschool. De school moet bijvoorbeeld een leerling met een havo-advies minimaal op havo-niveau plaatsen.
Veel scholen geven aan het eind van groep 7 of het begin van groep 8 al aan welk vervolgonderwijs na groep 8 het beste bij je kind past. Dit wordt meestal het 'voorlopig schooladvies' genoemd.
De meest voorkomende eerste schooladviezen zijn vwo, havo of vmbo-gt (voorheen mavo). In 2015/'16 kreeg 61 procent van alle leerlingen dit als eerste advies. Nog eens 14 procent kreeg een dubbel advies vmbo-gt/havo of havo/vwo. In totaal kreeg driekwart van alle leerlingen minimaal een vmbo-gt advies.
Maar de betekenis van advies of van adviseren duidt op: Je geeft de ander raad: je staat iemand bij met raad en daad. Je geeft aanwijzingen hoe iets aangepakt moet worden. Je schrijft aanbevelingen op een bepaalde kwestie.
Mavo, oftewel vmbo-t of vmbo-tl, is een theoretische leerweg. De afkorting mavo staat voor 'middelbaar algemeen voortgezet onderwijs' en duurt 4 jaar. Onze leerlingen volgen op de mavo voornamelijk algemeen vormende avo-vakken.
In Nederland kun je na het eindexamen van de middelbare school doorstuderen op drie niveaus: Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) is het laagste niveau. Een mbo-opleiding leidt mensen op voor een praktisch beroep, zoals kapper, kok of automonteur.
lager dan 80 LWOO of praktijkonderwijs 80 t/m 90 vmbo bbl of vmbo bbl/kbl 90 t/m 100 vmbo kbl of vmbo kbl/tl 100 t/m 105 vmbo-tl of vmbo-tl/havo 105 t/m 110 vmbo tl/havo 110 t/m 115 havo vanaf 115 havo/vwo vanaf 130 vwo (gymnasium, TTO etc.)
Vwo staat voor 'voorbereidend wetenschappelijk onderwijs'. Het vwo duurt zes jaar en bereidt leerlingen voor op een wetenschappelijke opleiding aan de universiteit. Deze onderwijssoort is dan ook het meest theoretisch.
Het voortgezet onderwijs omvat het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo), het hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo), het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het praktijkonderwijs. Het vwo, havo, vmbo en praktijkonderwijs vallen onder de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO).
Groep 5: 8-9 jaar. Groep 6: 9-10 jaar. Groep 7: 10-11 jaar. Groep 8: 11-12 jaar.
Het schoolbestuur van de middelbare school bepaalt of uw kind wordt toegelaten. Daarbij kijkt het schoolbestuur onder meer naar het schooladvies van de basisschool. Hierin staat welk niveau het beste bij uw kind past. Bijvoorbeeld vmbo, havo of vwo.
vijfde klas: 10-11 jaar (groep 7)zesde klas: 11-12 jaar (groep 8)
Dubbeladviezen worden gegeven aan kinderen over wie de basisschool twijfelt of ze een hoger niveau aankunnen. Er staat dan vaak vmbo-tl/havo of havo/vwo op het advies. Veel ouders verwachten vervolgens dat ze hun kind ook kunnen aanmelden voor een brugklas van het hoogste niveau dat in het dubbeladvies wordt genoemd.
Niveau B: gemiddeld tot goed (volgende 25%); percentiel 51 t/m 75. Niveau C: zwak tot gemiddeld (volgende 25%); percentiel 26 t/m 50. Niveau D: zwak (volgende 15%); percentiel 11 t/m 25.
Alhoewel het schooladvies leidend is, is het niet bindend. Dit houdt in dat middelbare scholen zich niet aan het schooladvies hoeven te houden. Het kan zijn dat middelbare scholen bij jou in de buurt openstaan voor aanvullende informatie. Temeer omdat middelbare scholen vaak gemengde brugklassen aanbieden.