Wat te doen als je de zuurheid kent? Indien je grond zuurder wil maken om sommige planten een juiste bodem te geven, vul de grond dan aan met turf of afgemaaid gras. Is de grond te zuur om planten te kweken, voeg dan kalk toe of compost. De grond meer of minder zuur maken, doe je niet in één seizoen.
Kalk en zure grond
Zure regen bijvoorbeeld, wat ontstaat als zwaveldioxide (SO2), stikstofoxiden (NOx), ammoniak (NH3) en vluchtige organische stoffen oplossen in de regenwolken. Maar ook door het gebruik van sommige meststoffen, waarvan delen reageren met stoffen in de bodem.
De voedingsstoffen die kalk vrijgeeft aan de planten zijn calcium en magnesium. Deze combinatie maakt magnesiumcalciumcarbonaat. Deze stof zorgt voor de verhoging van de zuurgraad en verbetert het structuur van de grond. Om de pH-waarde met 0,1 te verhogen is ongeveer 5 kg tuinkalk per 100 m² nodig.
De structuur van de grond kan je verbeteren door er organisch materiaal (bijv. compost) in te werken. Dat is een weldaad voor de grond. De compost zorgt ervoor dat in een zandige grond de losse korrels aaneenkitten tot kruimels die het water (en dus ook de voedingsstoffen) beter vasthouden.
De behoeften van zuurminnende planten
Zuurminnende planten zoals azalea, rododendron, heide (Erica, Calluna), blauwe hortensia, skimmia, camellia, pieris, brem… vragen een luchtige, goed doorlatende en eerder zure grond (pH 4,5-5,5).
De PH waarde van de grond heeft een waarde van 0 tot 14, waarbij 7 neutraal is. Grond met een PH waarde van lager dan 7 is een zure grond. Grond met een PH waarde hoger dan 7 noem je een basisch of alkalisch milieu.
Let op: hortensia's , azalea's en heideplanten zijn zuurminnende planten. Voor deze planten is bekalken niet nodig. Overige planten als buxus, taxus, rozen, sierstruiken, etc.
Lava verbetert de structuur van de bodem
Vooral in zandgronden verhoogt lava de waterabsorberende kwaliteit van de grond. In natte periodes kan de lavakorrel het water vasthouden om het vervolgens tijdens droge periodes terug af te geven. Er is gewoon een grotere waterbuffer aanwezig.
Je kunt de bodem verbeteren door de eerste 20 centimeter tuingrond eenmalig goed los te maken door te spitten en daarna hoogwaardige compost in de bovenste grondlaag aan te brengen. Daarna doet de natuur de rest. Gebruik geen GFT compost of andere, vaak goedkope of gratis af te halen, compostsoorten.
Maart: verticuteren
Heb je in februari geen kalk gestrooid, dan kun je dit aan het begin van maart nog doen. Mocht het gazon wat aan de lange kant zijn, dan kun je voor de eerste keer maaien. Hierna kun je het gazon voor de eerste keer verticuteren. Doe dit alleen bij gazons die ouder zijn dan drie jaar.
Maar let op: strooi je ieder jaar te veel kalk, dan wordt de pH te hoog. In dat geval moet je een bodemverbeteraar toevoegen die de zuurtegraad verlaagt.
Zuurminnende planten houden niet van kalk, denk aan heide, veenbes en rododendron. Kalk verspreidt zich ook door de bodem, dus zorg dat je flink ver van deze planten blijft tijdens het strooien.
Je kunt zure grond meer basisch maken (dus de pH laten stijgen) door kalk toe te voegen aan je moestuin. kalk bevat calcium en Magnesium. Je kunt dus de grond minder zuur maken en voeden tegelijkertijd.
De beste tijd om kalk over je gazon te strooien is aan het begin van het jaar (februari of maart) en aan het einde van het jaar (oktober of november). De beste resultaten haal je als je 2x per jaar kalkt strooit.
Tuinturf is zuur en zeer geschikt voor zuurminnende planten als rododendrons of coniferen. Voor planten die behoefte hebben aan minder zure grond is compost meer geschikt. Omdat turf niet snel afbreekt heb je een langdurige grondverbetering.
De meeste planten verkiezen een licht zure grond (pH tussen 5,5 en 7). Maar zuurminnende planten zoals azalea's en rododendrons voelen zich het best bij een pH tussen en 4,0 en 5,5. Kalkminnende planten zoals buxus en lavendel daarentegen verkiezen een licht alkalische bodem (pH tussen 7,0 en 7,5).
Harde kleigrond kun je spitten met een goede stevige spade, maar ga nooit hele scheppen tegelijk proberen te nemen. Eerst stukje bij beetje ene klein kuiltje graven. Heb je eenmaal genoeg diepte om de hele spade in te steken, dan kun je van daaruit verder spitten.
Kleigronden zijn over het algemeen slecht waterdoorlatend. Als er water blijft staan in je tuin dan is dat vaak een gevolg van een storende laag in de ondergrond. Zo'n laag kun je doorbreken door de border diep door te spitten met een mobiele kraan.
Lavameel is de beste grondverbeteraar en is veruit het goedkoopste en meest efficiënte middel om uw bodem terug gezond te maken. Het heeft alle mineralen en sporenelementen in de goede verhouding en dit zijn er meer dan 80!
Lavameel kan net als kalk over de tuin en gazon worden gestrooid. Het best na de middag op een regenachtige/bewolkte dag, dit om verbranding op blad te voorkomen. Na de lavameel gift kan wormenmest toe worden gevoegd of water zodat de lavameel niet weg waait. De lavameel hoeft niet in gewerkt te worden.
Eigenlijk zijn alle tomatenrassen vatbaar voor de plaag! - Stuif regelmatig wat basaltmeel of lavameel ( = vulkanisch gesteente tot poeder gemalen) over de bladeren. - Tomaten in openlucht die geen regenbescherming hebben kan je om de 7-10 dagen preventief behandelen met een schimmelwerend product.
Vooral tuinplanten als rododendrons en hortensia's houden wel van wat koffiedik. Het is namelijk licht zurig en deze planten doen het goed op een licht zure grond. Strooi ook wat koffiedik in de moestuin. Zeker weten dat de wortelen, pompoenen en tomaten in je tuin het heel goed doen met net dat beetje extra!
Kalk is bedoeld om de bodem te verbeteren onder andere om ervoor te zorgen dat de meststof beter opgenomen kan worden. Het voordeel van kalk is dat het ook bij koude temperaturen toegepast kan worden. Kalk kan daarom het beste gestrooid worden in de maanden november tot en met januari.
Bepaalde planten, bloemen en gewassen in je (moes)tuin worden helaas graag opgegeten door slakken. Om dit te voorkomen kun je gebroken eierschalen rondom je planten en gewaassen leggen. De schalen zijn te scherp voor de lijfjes van de slak waardoor ze er niet overheen gaan.