U kunt na een PET-CT-scan gewoon naar huis. U hoeft niets te doen of te laten. De stof die u nog niet heeft uitgeplast, plast u binnen een paar uur na het onderzoek weer uit. Als u borstvoeding geeft, krijgt u advies over wat u het beste kunt doen.
Na het onderzoek heeft u nog ongeveer 24 uur lang radioactiviteit in uw lichaam. Dit is voor volwassenen niet gevaarlijk. Wel kunt u beter afstand houden van kinderen en zwangere vrouwen.
De radioactieve stof die bij de meeste onderzoeken gebruikt wordt, is Technetium 99m. De hoeveelheid radioactiviteit van deze stof halveert iedere zes uur. Daarnaast scheidt het lichaam deze stof ook via de natuurlijke weg uit. Hierdoor is de radioactieve stof slechts enkele dagen in uw lichaam aanwezig.
Vanaf 18 uur voor het afgesproken tijdstip van het onderzoek mag u niets meer eten, ook geen kauwgom. U mag alleen water drinken. De laatste twee maaltijden voorafgaand de nuchtere periode (ontbijt, lunch en/of avondeten) moeten koolhydraatarm en vetrijk zijn.
Contrastvloeistof kan allergische reacties veroorzaken zoals: jeuk, galbulten en verkleuring van de huid. De afdeling radiologie heeft medicijnen om dergelijke reacties direct tegen te gaan. Contrastdrank geeft soms bijwerkingen zoals misselijkheid, braken, diarree, buikpijn, hoofdpijn en galbulten.
Als u het contrastmiddel heeft gedronken, plast u dit vanzelf uit. Soms heeft u 1 of 2 dagen na de CT-scan last van diarree. Dit gaat vanzelf over. Als u het contrastmiddel via een infuus heeft gekregen, verdwijnt het weer uit uw bloed en plast u het ook weer uit.
U krijgt jodiumhoudende contrastvloeistof via een infuusnaaldje in uw arm. Hiervan kunt u een warm gevoel door uw lichaam krijgen. Dit gevoel verdwijnt na enkele minuten. Dit is niet schadelijk voor uw lichaam.
Na het onderzoek
Het is aan te bevelen de rest van de dag zelfs wat meer te drinken dan u gewend bent. Op die manier worden namelijk de radioactieve stoffen sneller uit uw lichaam afgevoerd. Wanneer u contrastmiddel kreeg toegediend, mag u geen NSAID-pijnstillers innemen tot 24 uur na het onderzoek.
Omdat spieren veel suiker gebruiken, is het belangrijk dat u vanaf 24 uur voor het onderzoek geen zware lichamelijke inspanning meer levert.
Het doel ervan is dat het lichaam vetten gaat verbranden in plaats van koolhydraten. Vanaf 18 uur voor het afgesproken tijdstip van het onderzoek mag u niets meer eten, ook geen kauwgom. U mag alleen water drinken. In de laatste 2 uur voorafgaand aan het onderzoek moet u minstens 1 liter water drinken.
Het onderzoek
Het is van groot belang dat u op tijd bent, omdat de radioactieve vloeistof zeer snel vervalt en zeer duur is. De kosten van het onderzoek bedragen ongeveer € 1.200.
Een CT-scanner geeft via röntgenstraling informatie over de structuur van weefsels. Een PET-scan brengt juist de stofwisseling van weefsels in beeld. Met de PET/CT-scan kan zowel de aard als de plaats van de afwijking nauwkeurig worden vastgesteld.
Met de PETscan brengen we de glucosestofwisseling van het hart in beeld met behulp van een radioactief suiker. De computer combineert de resultaten van de CT-scan met die van de PET-scan. Hierdoor is beter te zien waar de radioactieve stof in de verschillende structuren van het hart is opgenomen.
Op de PET-scan zie je alleen de plekken waar de radioactieve stof zit. Deze plekken worden zwart. Maar daardoor weet je meestal niet waar in je lichaam die zwarte punten zitten. Met CT wordt er tegelijkertijd een afbeelding van je lichaam gemaakt.
De nieuwe PET/CT-scan onderscheidt zich van zijn voorgangers in die zin dat het gedeelte van het lichaam dat in één keer gescand kan worden, bijvoorbeeld een orgaan, groter is. Dat levert een betere kwaliteit op, waardoor kleine afwijkingen, zoals uitzaaiingen van tumoren en kleine infectiehaarden, beter te zien zijn.
Een PET-CT-scan wordt niet standaard gedaan bij dunnedarmkanker. Deze scan kun je krijgen als de andere scans en onderzoeken niet genoeg duidelijkheid geven. Op een PET-CT-scan is te zien of de tumor zich heeft verspreid naar andere organen of uitgezaaid is. Een PET-CT-scan gebruikt een andere techniek dan een CT-scan.
Een CT-scan geeft een arts een compleet overzicht van bijvoorbeeld het gehele boven- en onderlichaam. Een MRI daarentegen laat meestal maar een beperkter deel van het lichaam zien, bijvoorbeeld alleen de onderbuik en toont organen meer op detailniveau.
We doen dit onderzoek om te kijken of iemand een bepaalde aandoening heeft. Bijvoorbeeld een abces, verwijd bloedvat, gebroken bot, bloeding, tumor, galsteen, niersteen of ontsteking. Met een CT-scan kunnen we ook controleren wat het resultaat is van een behandeling zoals een operatie of een medicijnenkuur.
U hoeft zich niet helemaal uit te kleden voor dit onderzoek. Een hemd of T-shirt, onderbroek en sokken of kousen kunt u gewoon aanhouden. Dit geldt niet voor kleding waarin metaal is verwerkt, zoals beha, knopen, rits, piercings. In de CT kamer krijgt u een bekertje contrastmiddel te drinken.
Na het onderzoek
Neem de tijd om uw darmen tot rust te laten komen. U mag na het onderzoek weer gewoon eten en drinken. Tot enkele uren na het onderzoek kunt u last houden van een onrustige buik. Sommige mensen houden nog een of twee dagen last van diarree.
Wat merkt u ervan? Op het moment dat een jodiumhoudend contrastmiddel direct in uw bloedbaan wordt toegediend, kunt u hiervan een warm gevoel krijgen. Dit zal vanzelf weer verdwijnen. Ook is het mogelijk dat u een vreemde smaak in de mond krijgt of het gevoel dat u moet plassen.
Om de buikorganen goed zichtbaar te maken op de scan, moeten uw maag en darmen goed gevuld zijn met water. Daarom is het nodig dat u een half uur voor het onderzoek start met het drinken van een halve liter water (drie goed gevulde glazen).
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Contrastvloeistof (via een bloedvat)
Met contrastvloeistof worden onder andere organen en bloedvaten zichtbaar gemaakt. Deze contrastvloeistof bevat jodium. De vloeistof geeft een warm gevoel dat snel weer wegtrekt. Ook kunt u het gevoel krijgen dat u nodig moet plassen.
Door het toedienen van een contrastvloeistof kan een orgaan of bloedvat beter onderscheiden worden. Afhankelijk van het onderzoek moet de contrastvloeistof gedronken worden of via een injectie of infuus ingebracht worden in een bloedvat of lichaamsholte.