Ga alle dieren bekijken, benoem ze, imiteer hun geluid als je dat kent en laat je peuter naar hen kijken zolang hij wil. Hij zal dolblij zijn met dit exotische uitstapje, dat hem extra veel nieuwe dingen laat ontdekken!
Je baby van 15 maanden kan steeds steviger staan en is waarschijnlijk aan het oefenen met lopen of cruisen (of kan dit al). Tijd om die beentje en heupjes eens lekker los te schudden en een potje te swingen! Zet de favoriete muziek van je kleine aan, pak je kindje bij zijn handjes en dansen maar!
Nu zijn vier à vijf woorden voldoende. Waarschijnlijk begrijpt hij al wel veel van wat je zegt. Push je kind niet om te praten, maar oefen het met leuke spelletjes. Laat je kind wijzen naar zijn eigen lichaamsdelen of bekende voorwerpen (in een boekje) en benoem ze.
13 t/m 18 maanden
Tussen 9:00 en 9:30 start ochtendslaapje van ongeveer 1 uur (niet alle kindjes van deze leeftijd slapen nog in de ochtend) Tussen 13:00 en 14:00 start middagslaapje van ongeveer 1,5 voor een tweede slaapje en 2 tot 2,5 uur als dit het enige slaapje is. Tussen 18:00 en 18:30 start bedtijdroutine.
Ieder kind is anders, dus kijk naar wat werkt voor jullie. Maar gemiddeld is ons advies: Middagdutje baby: gemiddeld 2 tot 2,5 uur. Middagdutje dreumes: gemiddeld 2 uur.
Dat is de welbekende '5-10 minuten regel', ook wel de gradual extinction of de gecontroleerde uitdoving genoemd.. Hierbij ga je elke 5 minuten terug om je baby of kind te troosten en het aantal minuten voer je stapsgewijs op. `Je laat je baby gecontroleerd huilen.
Waarschijnlijk over 2 tot 4 weken. Even doorbijten dus. Het is sowieso een lastige periode, dit tweede levensjaar van je kleintje, want de volgende slaapregressie staat alweer bijna voor de deur.
Slaaptijden dreumesen en peuters
Wanneer je dreumes ongeveer 1,5 jaar oud is, kan hij of zij het ochtenddutje overslaan, om 's middags 1 lang slaapje te doen, die ongeveer 1 tot 3 uur duurt. Peuters gaan gewoonlijk tussen 19:00 en 20:00 naar bed en worden tussen 6:00 en 8:00 uur weer wakker.
Je kind begint de eerste woordjes te zeggen als het één tot anderhalf jaar oud is. Als je kind vier jaar wordt, kan het al (eenvoudige) zinnetjes maken. Wanneer je dagelijks veel aandacht besteedt aan praten met je kind en luisteren, dan leert het steeds beter praten.
Een stuk of vijf, zes regels is voldoende. Stel alleen regels op over dingen die jij belangrijk vindt. Het kan best zo zijn dat jouw peuter wel met eten mag spelen en zijn buurjongetje niet. Hanteer geen regels alleen omdat andere moeders het ook doen, dan wordt het moeilijk om consequent te blijven.
Jouw kindje zal waarschijnlijk tussen de 15 en 18 maanden klaar zijn om de overgang te maken van twee slaapjes naar 1 slaapje . Rond de 18 maanden is het beste, dan weet je zeker dat jouw kindje niet oververmoeid zal raken van de overgang. Jouw kindje is er meestal klaar voor als ze het ochtendslaapje gaan weigeren.
Je kleine kan op deze leeftijd al ongeveer 1.000 woorden zeggen, en hij begrijpt er 1.250. Onder die woorden zijn ook abstracte begrippen, zoals gevoelens en bijvoeglijk naamwoorden. Daarnaast krijgt je peuter meer begrip van grammaticale regels. Hij probeert bijvoorbeeld werkwoorden te vervoegen en meervoud te maken.
Een dreumes kan nog niet heel lang alleen spelen. Ze willen vooral graag bij een geliefd persoon in de buurt zijn en die nadoen of “helpen”. Ook dat is spelen! Geef ze een doekje om mee te helpen poetsen, een handdoekje om op te vouwen of laat ze de geschilde aardappels in de pan gooien.
Naar een speelbos
Een speelbos of een natuurspeeltuin is net weer anders dan de speeltuin om de hoek. Je bent even lekker buiten en in de natuur. Je kind kan zich toch heerlijk uitleven op de speeltoestellen. Soms zijn er schommels en een glijbaan, maar vaak ligt de nadruk op natuurlijke elementen.
Rond het derde levensjaar stoppen de meeste kinderen met het middagslaapje. Ze gaan dan naar een langere aaneengesloten slaap 's nachts van twaalf tot dertien uur. Terwijl het voortzetten van dat slaapje misschien helemaal niet zo'n verkeerd idee zou zijn!
Handig is het wel om het middagslaapje af te bouwen zodra je kindje 4 jaar wordt, zodat hij er geen behoefte meer aan heeft zodra hij naar de basisschool gaat. Het beste begin je hier al mee een aantal maanden voordat je kind 4 jaar wordt.
5-6 jaar: tussen 19:00 en 19:30 uur. 7-8 jaar: tussen 19:30 en 20:00 uur. 9-10 jaar: tussen 20:00 en 20:30 uur. 11-12 jaar: tussen 20:30 uur en 21:00 uur.
Zorg voor een rustige omgeving en laat hem niet naar beeldschermen kijken vlak voor bedtijd. Misschien wil je peuter nog even spelen, of kan je hem een boekje voorlezen. Zeg op tijd dat het bijna bedtijd is, zodat je peuter weet dat het einde van de dag eraan komt.
Al vanaf 6 maanden kan je baby de eerste tekenen van verlatingsangst en eenkennigheid laten zien. Sommige baby's laten het al wat eerder zien. Je kindje heeft er vaak het meest last van als hij tussen de 8 en 18 maanden is. Meestal zijn de ergste klachten verdwenen als je kind 3 jaar is.
Ria Blom beschrijft twee methodes in haar boek Regelmaat en Inbakeren. In beide methoden komt dus het aanbrengen van regelmaat naar voren. Regelmaat wil zeggen dat je dingen iedere keer in dezelfde volgorde goed. Daarnaast is eenduidigheid belangrijk: zorg dat je dingen iedere keer op dezelfde plek doet.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.
Het idee is dat je de baby oppakt en zijn armpjes rond de borst vouwt. Vervolgens moet je de armpjes zacht tegen de borst drukken terwijl je de kin ondersteunt. Met je ander hand kan je de baby ondersteunen. Ten slotte houd je de baby in een hoek van 45 graden en wieg je de baby langzaam heen en weer.