Aardappelloof, tomatenloof, courgetteloof etc. kan mits gezond prima op de composthoop. Zieke planten kunnen mits de temperatuur hoog genoeg wordt op de hoop. Beter is dit niet te doen als je niet 100% zeker bent dat je de vereiste temperatuur haalt.
'Het loof van de aardappel wordt verhit door de vlammen onder de brander. Het is de vlam die het werk doet, maar ook de infraroodstraling van het vuur die er voor zorgt dat het sap in de cellen van het blad gaat koken en de celwanden doet knappen. Zo doden wij het aardappelloof. '
Indien er al aardappelplaag aanwezig is moeten de zieke plekken zo grondig mogelijk verwijderd worden en onmiddellijk gevolgd worden door een bespuiting. Zo kan je de kieming van sporen – (afkomstig van de zieke planten) – op het gezonde aardappelloof voorkomen.
De schimmel overleeft als mycelium in knollen en groeit door de stengel in. Wanneer de bovengrondse delen zijn bereikt worden er sporangioforen gevormd die uit de huidmondjes van stengels en bladeren naar buiten komen. Hierop verschijnen sporangiën die vrijkomen en terechtkomen op bladeren.
Zoals reeds aangehaald, kan je bladgewassen als voor- of nateelt zetten op andere percelen. Hoofdgewassen waar geen voor- of nateelt mogelijk is, zijn: winterwortel, witloof, knolselder, pastinaak, schorseneer, rode biet en late aardappelen. Aardbeien worden in het najaar gepland, dit kan na een aardappelteelt.
Waar halverwege de vorige eeuw nog vele handen hielpen bij het looftrekken van aardappels om het blad te doen afsterven, wordt loof tegenwoordig vooral doodgespoten. Met metingen kan de hoeveelheid gif beter worden afgestemd op de fase waarin de plant zich bevindt.
Wil je grotere aardappels telen, dan oogst je pas als de plant geel wordt en afsterft: in juli of augustus. Aardappels oogsten: altijd leuk! Pas op dat je bij het oogsten de aardappels niet beschadigt want dan kan je ze niet meer bewaren.
Aan de bovenkant van het blad ziet phytophthora eruit als een necrotische donkere plek en aan de onderkant als een witachtige schimmelpluis, wat lijkt op fijn katoen aan de rand van de necrotische vlekken.
Om het risico op aardappelziekte zoveel mogelijk te beperken kies je bij voorkeur voor aardappelen met een hoge resistentie tegen deze aandoening. Zogenaamde gecertificeerde pootaardappelen bieden je de meeste garantie om de ziekte te voorkomen.
Phytophthora infestans of aardappelziekte is een schimmelziekte, die in aardappelen enorme schade kan aanrichten. De ziekte is in het blad in het groeiseizoen herkenbaar aan de donkere vlekken. Deze vlekken zijn het gevolg van aantasting van de Phytophthora schimmel.
Bij de middelvroege en late soorten wacht je tot het loof afgestorven is. Dit zorgt ervoor dat de aardappelen afharden, en veel langer zullen bewaren. Opgelet: verwijder alle aardappelen uit de grond, ook de kleine knolletjes. Deze kunnen er anders voor zorgen dat de aardappelplaag het jaar nadien doorgegeven wordt.
Eigenlijk zijn alle tomatenrassen vatbaar voor de plaag! - Stuif regelmatig wat basaltmeel of lavameel ( = vulkanisch gesteente tot poeder gemalen) over de bladeren. - Tomaten in openlucht die geen regenbescherming hebben kan je om de 7-10 dagen preventief behandelen met een schimmelwerend product.
Aardappelziekte voorkomen
Gebruik basaltmeel en een fijnmazige zeef om de bladeren ermee te besprenkelen. Dit natuurlijke middeltje werkt tegen schimmels. Het is ook een goed idee om aan de voet wat basaltmeel te geven, omdat het de bodem voedt. Vermijd water geven op het blad.
In volle zomer vreten rode larven van de coloradokever aan jouw aardappelloof.
Om een mooie aardappelplant te bekomen, zet je een aardappel met uitlopers in de grond. Die uitlopers worden het begin van je nieuwe plant. Wanneer je de uitgelopen aardappel met aarde bedekt en water geeft, groeit hij vanzelf naar het licht.
Het duurt ongeveer 4 weken voor de aardappelen boven de grond komen (afhankelijk van het weer). En zo ziet dat er dan uit. Niet erg mooi. Maar wel heel handig.
Aardappelen rooien is niet moeilijk. Je rooit je aardappelen met een speciale aardappelriek, deze is iets kleiner en korter dan een gewone riek. Steek de riek onder de plant en duw zo de volledige plant in één keer omhoog. Maak de aardappelen alvast een klein beetje schoon door wat te schudden met de gerooide plant.
Ja, groene, bruine en beurse plekken en uitlopers moet je goed wegsnijden uit aardappels. In de uitlopers van oudere aardappelen en in de schil van onrijpe aardappelen kan namelijk de stof solanine voorkomen. In grote hoeveelheden is deze stof giftig voor de mens.
Bedenk dat je moet gaan spuiten vanaf het moment dat de aardappelen zijn uitgelopen (dus na het poten boven de grond komen), en dat moet je elke 8 dagen herhalen tot de oogst (en de oogst valt altijd zo'n 90-150 dagen na het poten en dus kun je uitrekenen hoe vaak je het chemische middel moet gebruiken.
Hoeveel pootaardappelen je nodig hebt, hangt af van hoeveel plaats je vrij hebt in de moestuin en hoeveel kilogram je wenst te oogsten. Gemiddeld mag je rekenen op ongeveer 4 kg oogst per vierkante meter geplante pootaardappelen.
Een flinke bemesting met compost of verteerde stalmest is voldoende om aan de behoefte van een aardappelteelt te voldoen. Aardappels hebben een relatief hoge kalium behoefte. Een te hoge stikstof bemesting kan averechts werken, doordat het loof zich te sterk ontwikkeld ten koste van de knollen.
Wanneer aardappels poten? Als u zelf aardappelen wilt planten, dan poot u ze bij voorkeur tussen juni en oktober. De bodem dient voldoende bemest en los te zijn. Een vaste structuur is voor de late aardappelsoorten echter geen probleem.