Blijf, als je binnen bent, uit de buurt van ramen, spiegels en buitenmuren.Ga op de grond, en het liefst onder een tafel of bureau zitten; Zoek, als je buiten bent, een open ruimte op en blijf uit de buurt van gebouwen met glas of dakpannen. Ga op de grond zitten tot het schudden stopt.
Ga onder een meubelstuk zitten, zoals een tafel. Let goed op dat je niet op een plek bent waar boekenkasten of andere spullen op je kunnen vallen. Als je nergens onder kunt zitten of je je nergens aan kunt vasthouden, ga dan op de grond zitten naast een muur en bedek je hoofd en nek met je armen.
Ten eerste zeggen ze vaak dat je onder de tafel moet gaan zitten, zodat er niks op je hoofd kan vallen. De tweede tip is dat je in een deurpost moet gaan staan, want op die plek is je huis extra stevig.
Bij een aardbeving voel je de grond licht of hevig trillen. Dit kan enkele seconden duren. Vaak gaat het gepaard met een hard knallend geluid en het verschuiven of omvallen van voorwerpen. Ook ruiten kunnen breken.
Leg de rollen tussen de twee platen, zodat de platen over elkaar heen kunnen rollen. kun je door harder of zachter te duwen, verschillende aardbevingen nadoen! Je gebouw maak je straks vast op de bovenkant van de triltafel. Als voorbeeld hebben wij een klein huisje gemaakt.
Tektonische krachten
Midden op de min of meer stabiele platen kunnen ook aardbevingen voorkomen als gevolg van bewegingen in regionale breukensystemen in de aardkorst. Deze bewegingen ontstaan door tektonische krachten aan de randen van de platen.
Een aardbeving kan lang en kort duren dit hangt er vanaf hoe sterk de aardbeving is. Bij een lichte aardbeving duren de schokken van maar een paar seconde. Maar bij grote zware aardbevingen kan het trillen wel 5 minuten duren. Voor de meeste grote aardbevingen zijn er al voor schokken die wij niet voelen.
Een aardbeving begint ondergronds in het hypocentrum met schokgolven die doordringen tot de aardkorst. De schok is het grootst in het epicentrum, dit is de plaats aan het aardoppervlak loodrecht boven het hypocentrum. Op de grenzen (breuklijnen) van deze plaatdelen komen aardbevingen en vulkanen voor.
De sterkte van een aardbeving wordt aangegeven met een cijfer op de schaal van Richter en ligt tussen de 1 en de 12. Een aardbeving met een sterkte onder de 3 op de schaal van Richter voel je niet of nauwelijks. Boven de 7 is er een zware aardbeving met veel schade. Nog sterkere aardbevingen vernietigen de omgeving.
In Nederland waren er in 2021 in totaal 95 aardbevingen: 75 geïnduceerd (door gaswinning) en 20 tektonische (natuurlijke) aardbevingen. De meeste geïnduceerde bevingen vonden plaats in het Groningenveld, 72 in totaal.
Extreem sterk bouwen
Hoe sterker het gebouw, hoe beter het de krachten van een aardbeving kan weerstaan. Daarvoor worden extreem sterke staal- of betonconstructies toegepast. Betonconstructies zijn echter heel zwaar. De betonconstructie moet dus nóg steviger zijn om te compenseren voor zijn eigen gewicht.
Als uw huis dicht bij de kust ligt, is het belangrijk om een evacuatieplan te hebben waarmee u zo ver mogelijk van de kust of zo hoog mogelijk komt. Het is belangrijk om afspraken te maken met familieleden over communicatie na een tsunami in het geval dat familieleden gescheiden zijn, zoals ontmoetingsplaatsen etc.
Dat is de lijn waar twee tektonische platen bij elkaar komen. Er zijn een paar grote in de Stille Oceaan, in Zuid-Amerika, bij Japan, en bij de Himalaya. Europa is redelijk gevrijwaard van grote breuklijnen. Er loopt er alleen één door de Middellandse Zee.
De enige regio is Italië waar er geen kans op aardbevingen is, is Sardinië.
Platen bewegen niet soepel langs elkaar, maar met schokken. Deze schokken kunnen uiteindelijk een aardbeving veroorzaken. Bij een convergente plaatbeweging bewegen de platen naar elkaar toe. Dit kan tot gevolg hebben dat platen tegen elkaar opbotsen waarbij de zwaarste plaat onder de lichtste plaat kan duiken.
Japan staat bekend als het land met de meeste seismische activiteit ter wereld. Het land ligt in de zogenaamde Ring van Vuur, het hoefijzervormig gebied rondom de Grote Oceaan waar aardbevingen en vulkaanuitbarstingen schering en inslag zijn door diverse subductiezones van tektonische platen.
De Grote Chileense Aardbeving of de Valdivia-aardbeving was de sterkste aardbeving die ooit is gemeten. Deze beving, die plaatsvond op 22 mei 1960 in de provincie Valdivia in Chili had een kracht van 9,6 op de momentmagnitudeschaal, wat overeenkomt met ongeveer 32 gigaton TNT.
Zwaarste beving bij Loppersum
Op 14 juli vond de krachtigste aardbeving van 2020 plaats bij Loppersum. Deze had een magnitude van 2,7 op de schaal van Richter. De zwaarste geïnduceerde aardbeving ooit in Nederland gemeten was op 16 augustus 2012 in het Groningse Huizinge met een magnitude van 3,6.
'Net zoals de overheid een kans hanteert van een overstroming door rivieren van eens in de twaalfhonderd jaar is er op die tijdschaal kans op een forse aardbeving. Daar moeten we serieus rekening mee houden, zeker als we denken aan ondergrondse opslag van energie of kernafval.
Bij situatie A ligt een adres in een gebied waar bevingen zijn geweest met een trillingssnelheid van 8,5 millimeter per seconde (met 1 % overschrijdingskans) of hoger. Hier is de kans op schade hoger geweest dan in de randen van het effectgebied van bevingen.
We onderscheiden twee belangrijke groepen natuurlijke aardbevingen. Dat zijn tektonische aardbevingen en vulkanische aardbevingen. Tektonische aardbevingen ontstaan door spanningen in de korst van de aarde. Deze spanningen worden veroorzaakt door verschillen in temperatuur en druk.
Volgens het National Earthquake Information Center (NEIC) komen er ieder jaar ongeveer 20.000 aardbevingen voor. Dat is dus 50 aardbevingen per dag. Statistisch gezien hebben we tussen de nul en twee keer per jaar last van een grote aardbeving met een kracht van 8 of meer op de schaal van Richter.
Veel zware aardbevingen vinden plaats op plekken waar tektonische platen botsen of langs elkaar schuiven. Dit is bijvoorbeeld in landen rondom de Grote Oceaan, zoals Japan, China en Australië. Ook in het Middellandse Zeegebied, de Himalaya en bij Indonesië vinden regelmatig aardbevingen plaats.
Tijdens een aardbeving trilt of schokt de aardkorst omdat er veel energie vrijkomt. Vaak ontstaan aardbevingen door het verschuiven van tektonische platen . Deze platen kunnen naar elkaar toe bewegen (convergentie), van elkaar af (divergentie) en langs elkaar (transversaal).