Wat betekent de Wet IKK? De Wet IKK staat voor Wet Innovatie en Kwaliteit in de Kinderopvang. Het doel van de wet is dat de kwaliteit van de kinderopvang verbetert. Dit zie je terug in een aantal nieuwe regels, aanscherping van bestaande regels en in de nadruk die gelegd wordt op de professionaliteit van jou en je vak.
Die pedagogische doelen zijn: het bieden van emotionele veiligheid; het bevorderen van de persoonlijke competentie; het bevorderen van de sociale competentie; de socialisatie van kinderen door overdracht van algemeen aanvaarde normen en waarden.
Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK)
De Wet IKK verbetert de kwaliteit en de toegankelijkheid van de kinderopvang. Over deze kwaliteitsverbeteringen zijn afspraken gemaakt in het Akkoord Innovatie en Kwaliteit kinderopvang met partijen uit de kinderopvangsector en de minister van SZW.
Aanpassingen Wet IKK door personeelstekorten
Drie-uursregeling: de 3-uursregeling is in juli 2023 ingevoerd en houdt in dat de kinderopvang drie uur per dag mag afwijken van de beroepskracht-kind-ratio. Het maximum aantal kinderen per begeleider geldt die uren niet.
Vanaf 1 januari van volgend jaar zijn kinderopvangorganisaties volgens de Wet IKK verplicht om elk kind in de opvang te koppelen aan een eigen mentor.
persoonlijk contact onderhouden met de betrokkene, zodat de mentor weet hoe het met de betrokkene gaat. de betrokkene ondersteunen of vertegenwoordigen tijdens gesprekken met zorgverleners, behandelaars of instellingen. in actie komen als de betrokkene niet de zorg krijgt die hij nodig heeft.
In Goed Mentorschap staat beschreven waar het goed uitvoering geven aan deze wettelijke beschermingsmaatregel volgens ons aan moet voldoen. Een mentor is niet bevoegd te beslissen over financiële zaken. Hiervoor kunt u een bewindvoerder of financieel vertegenwoordiger bij de rechtbank aanvragen.
Het doel van de Wet IKK is drieledig, namelijk i) een verhoging van de kwaliteit in de kinderopvang, 2) meer ruimte voor maatwerk en 3) meer houvast bieden voor de praktijk door een concretere beschrijving van de pedagogische doelen.
Per 1 augustus 2020 zijn gemeenten verplicht om per week ten minste 16 uur voorschoolse educatie aan te bieden aan kinderen met een VVE indicatie (960 uur per peuter per jaar). Voorheen was dat 10 uur per week. Hiervoor hebben de gemeenten extra budget van de Rijksoverheid gekregen.
Vierogenprincipe. Kinderdagverblijven moeten bij de dagopvang werken volgens het vierogenprincipe. Dat betekent dat er altijd 1 volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een pedagogisch medewerker. De precieze invulling van deze eis kan op ieder kinderdagverblijf anders zijn.
Het doel van het vierogenprincipe is het voorkomen van situaties waarin de gelegenheid bestaat tot het plegen van (seksueel) misbruik bij kinderen in de dagopvang. Als iemand vermoedens heeft dat een medewerker zich daar schuldig aan maakt, moet diegene dat melden bij de houder.
Zijn er 1 of 2 pedagogisch medewerkers vereist bij een groep volgens de BKR? Dan zijn er maximaal 2 vaste gezichten per baby.Voor kinderen van 1 jaar en ouder maximaal 3.Bij 3 of meer pedagogisch medewerkers zijn er maximaal 3 vaste gezichten per baby.
Het uitgangspunt van de kinderopvang is dat kinderen worden opvangen in één vaste stamgroep. Dit is belangrijk voor de stabiliteit. Als bij afname van extra dagdelen op de eigen stamgroep geen plek is, mag het kind op een tweede stamgroep worden opgevangen.
De hoofdtaak van de (V)VE-coach is het versterken van de kwaliteit van het VE-aanbod. Meestal gebeurt dit door het observeren en coachen van de pm'er bij het doelgericht en planmatig werken, coachend aanwezig zijn bij kind besprekingen en het opzetten, coördineren en onderhouden van een stevige kwaliteitscyclus.
De vergadering van eigenaars kan commissies benoemen voor bepaalde taken. Bijvoorbeeld een kascommissie die de jaarrekening controleert, een groencommissie die de tuin doet of een commissie die zich met het verduurzamen van uw VvE bezighoudt. Deze commissies mogen niet zomaar alleen beslissingen nemen voor de VvE.
Het bestuur beslist over het onderhoud aan de gemeenschappelijke delen en zaken. Hiervoor geldt een belangrijke uitzondering. Het bestuur beslist alleen als: de werkzaamheden niet duurder zijn dan het bedrag dat in de akte staat (artikel 37.2 modelreglement 1973)
Heeft uw kinderopvang 1 of 2 verplichte pedagogisch medewerkers op de groep (beroepskracht-kindratio)? Dan mag u voor een baby (nuljarige) maximaal 2 vaste gezichten benoemen. Bij 3 of meer verplichte pedagogisch medewerkers op de groep, mag een baby maximaal 3 vaste gezichten hebben.
Ben je pedagogisch medewerker en werk je met baby's?Dan is het vanaf 2025 verplicht om je hier specifiek voor te scholen. Dit wordt ook wel babyscholing genoemd.
Een curator beslist niet over hoogstpersoonlijke zaken. Denk hierbij aan scheiden, erkennen van kinderen of euthanasie. Ook over opname in een psychiatrisch ziekenhuis mag de curator niet beslissen. Een curator kan dus niet zorgen dat iemand tegen zijn zin opgenomen wordt of een behandeling ondergaat.
Als de vertegenwoordigde persoon zijn belangen niet goed zelf kan behartigen, kan een familielid door de kantonrechter benoemd worden als mentor, bewindvoerder of curator. Als er geen familielid beschikbaar is kan de kantonrechter ook een ander als mentor, curator of bewindvoerder benoemen.
U kunt curator, beschermingsbewindvoerder of mentor worden als u meerderjarig bent.En volgens de kantonrechter geschikt bent. De kantonrechter gaat over deze benoemingen.
Bij mentorschap regelt een mentor de verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding van iemand die dat zelf niet kan. Alleen een persoon van 18 jaar of ouder kan een mentor krijgen. U vraagt mentorschap aan bij de rechter. Een advocaat is niet verplicht.