Voor het vervangen van een accu is niet veel gereedschap nodig. Begin altijd met het losmaken van de min- klem en dan pas de plus+ klem, als u weer monteert doet u precies het tegenovergestelde, eerst de plus-klem en dan pas de min-klem vast.
De reden dat vroeger werd geadviseerd om bij het losmaken eerst de min los te maken en daarna pas de plus en bij het aansluiten eerst de plus aan te sluiten en dan pas de min is omdat dit de minste kans geeft op ongewenste kortsluiting wanneer je de accuklem losmaakt.
Draai met een dopje of sleutel de accu klem los (vaak maat 10). Maar welke accu klem haal je nu als eerst van de pool? Zorg altijd dat je eerst de geaarde kabel als eerste los haalt. Dat is de negatieve pool klem, ook wel de min genoemd.
Begin met de pluspool van de helpende auto, daarna die van de te helpen auto. Gebruik daarvoor de rode kabel. Dezelfde volgorde hanteer je voor de zwarte kabel, die je op het motorblok (massa maken) aansluit.
autofabrikanten raden het aan om de min los te schroeven , daarmee maak je de minste kans om kortsluiting te maken zoals je wel kan hebben met de plus , de kans dat je met de plus zowel aan de klem zit met je sleutel dertien of tien en de carrosserie is niet ondenkbeeldig .
Van een batterij krijg je geen schokken. Maar een kortsluiting komt wél voor. Herinner je: elektriciteit stroomt van de negatieve pool naar de positieve pool in een batterij. Als de plus- en minpool van een batterij rechtstreeks met elkaar in contact komen, ontstaat kortsluiting.
Neem eerst de rode kabel. Sluit een rode krokodillenklem aan op de pool “+” van de batterij van de auto die komt depanneren. Sluit vervolgens de andere rode klem aan op de pool “+” van de auto die u wil opstarten.
Er wordt vaak expliciet vermeld dat de rode kabel op de plus polen moet en de zwarte op de min polen. Maar waarom is dat zo? Beide kabels zien er (los van het kleurverschil) hetzelfde uit en het draad is in beide gevallen even dik.
Ontkoppel de startkabels
Wanneer je automotor al 5 minuten loopt, kun je de startkabels loskoppelen. Let wel: dit moet in omgekeerde volgorde gebeuren. Verwijder eerst de zwarte kabel van je eigen auto en vervolgens die van de hulpauto. Daarna ruim je de rode kabel op dezelfde manier op.
Om een auto met een lege accu te starten heb je startkabels nodig, en een auto met een volle accu. Je kunt dan de lege accu verbinden met de volle accu door middel van de startkabels, en vervolgens de lege accu nieuw leven inblazen door energie over te brengen vanaf de volle accu.
Een accupool is het metalen deel waarop een accukabel wordt aangesloten. Een accu in een auto heeft altijd twee polen. De pluspool is rood van kleur, de minpool zwart. Met behulp van accukabels is het mogelijk om energie van de accu te gebruiken om een andere auto te starten.
- Bevestig de accuklem op de plus-pool (doorgaans een rode kabel / aansluiting). - Bevestig hierna de accuklem op de min-pool (doorgaans is dit een zwarte kabel / aansluiting).
Op de acculader zit een rood (+) en een zwart (-) draad die je aan de accu dient te koppelen. Vaak is de aansluiting van deze kabels in de vorm van krokodillenklemmen of kabelogen. De rode kabel moet je eerst aan de positieve accupool (+) verbinden en daarna verbind je de zwarte kabel met de negatieve accupool (-).
Jazeker. Elke accu die wij leveren is volledig geladen en kan dus direct gebruikt worden. Je kunt de nieuwe accu ter controle altijd even opladen via een acculader.
Je stelt de multimeter in op ongeveer 20 volt gelijk spanning. Je zet de minkabel (zwarte kabel) van de multimeter op de minpool van de accu en de plus kabel (rode kabel) op de plus van de accu. Buiten de zwarte en rode ring om de accu polen zijn deze ook te herkennen aan het op de accu zichtbaar zijnde + en – teken.
Hoe lang de auto stationair voor een volle accu laten draaien? Houd rekening met 5 minuten. Een lege accu opladen hoeft niet veel tijd te kosten. Na 5 minuten kunt u de startkabels loskoppelen en gaan rijden.
De controle van de batterij (en van de alternator) is in elk geval steeds aanbevolen vóór de eerste winterprik. Een batterij zal pas degelijk kunnen opladen wanneer men met de wagen over een voldoende afstand (minimum 25 km) kan rijden zonder (vaak) te moeten stoppen. Ideaal hiervoor is dus een autosnelweg.
Net zoals bij een auto kun je ook voor je motoraccu startkabels gebruiken. Een andere motor (of auto) kan je lege accu zo helpen starten. Je dynamo doet vervolgens de rest en laadt de accu verder op, als hij tenminste nog goed werkt. Sommige motoren kun je ook aanduwen als je geen startkabels hebt.
Bruin of zwart maakt niet uit. Ze mogen aan elkaar.
De schakeldraad is zwart, deze wordt gebruikt om stroom vanaf een wandschakelaar naar het armatuur (de lamp). Sluit de zwarte draad aan op de bruine draad aan.
Voor de werking maakt het niets uit. Maar de nul zit normaal op de schroefdraad van de fitting en de spanning op de stift, dit voorkomt dat je bij uitdraaien van een lamp onder spanning kan komen. Een aardlek kan altijd weigeren!
Een kortgesloten accu trekt erg grote stromen en kan in een extreem geval ontploffen. De vonken tijdens de slechte werkzaamheden zouden een waarschuwing moeten zijn. Als we "juist" te werk gaan, dan sluiten we dus eerst de rode (+) aan.
Bij een diesel zal namelijk de startstroom een stuk hoger zijn, dan bij een benzine auto. Andersom is dan ook absoluut geen probleem. Startkabels voor een diesel kun je voor een benzine auto prima gebruiken.
Plaats de batterij met de uitersten tegen de juiste aansluiting, anders wordt er geen stroom doorgegeven. Welk uiteinde aan welke kant geplaatst moet worden staat meestal in het batterijencompartiment aangegeven met een plus- en minsymbool. Zorg dat de batterij er recht in zit, zodat de polen goed contact maken.