Tijdens de onderzoeksperiode geldt een belangrijke spelregel. U mag de onderzoeksperiode niet gebruiken voor bedrijfsactiviteiten.
U kunt onder voorwaarden vanuit de bijstand starten met een zelfstandig beroep of bedrijf. Afhankelijk van de regels in uw gemeente kunt u zich eerst met behoud van uw bijstandsuitkering op de start van uw bedrijf voorbereiden in een voorbereidingsperiode.
Met een startperiode
De startperiode duurt 26 weken. Tijdens deze periode hoeft u niet te solliciteren. U krijgt 29% minder WW-uitkering. Eventuele inkomsten die u verdient en de uren die u besteedt aan uw bedrijf verrekent UWV niet met uw WW-uitkering.
Let op! Je mag tijdens de startperiode geen opdrachten aannemen van je voormalige werkgever. Doe je dit wel, dan komt je uitkering tot het einde van de startperiode te vervallen en moet je mogelijk een boete betalen. Na de startperiode mag je wel opdrachten uitvoeren voor je voormalige werkgever.
Spelregels onderzoeksperiode
Je mag nog geen klanten werven en reclame maken. Dus ook je website mag nog niet online. Kortom, bedrijfsactiviteiten zijn niet toegestaan. Doe je dit wel, dan kun je geen gebruik meer maken van de startersregeling van UWV.
U kunt als oudere werkloze mogelijk een IOW-uitkering krijgen na afloop van uw WW-uitkering. Of na afloop van uw loongerelateerde WGA-uitkering. Als u recht heeft op een IOW-uitkering, dan houdt u deze tot uiterlijk de leeftijd waarop u AOW krijgt.
Als u ziek wordt tijdens uw WW-uitkering, dan meldt u zich ziek bij UWV. U doet dit uiterlijk op de tweede dag dat u ziek bent via Mijn UWV. Dit geldt ook in de volgende situaties: U wordt ziek tijdens uw vakantie in het buitenland.
UWV kan u op verschillende manieren helpen als u een bedrijf start vanuit arbeidsongeschiktheid. U kunt misschien geld lenen voor de start van uw bedrijf. En u kunt een vergoeding krijgen als u een hulpmiddel of voorziening nodig heeft om uw werk te kunnen doen.
Uw loon van de periode van 12 maanden voordat u werkloos werd, bepaalt de hoogte van uw WW-uitkering. Dat heet het WW-maandloon. In de eerste 2 maanden is uw uitkering 75% van dat WW-maandloon. De volgende maanden ontvangt u 70%.
Heeft u geen afspraken gemaakt over het aantal sollicitaties? Zorg dan dat u minimaal 4 keer per 4 weken solliciteert. U bent ook verplicht te solliciteren op de vacatures die uw adviseur werk u toestuurt. De adviseur vraagt u regelmatig bewijzen te laten zien van uw sollicitatieactiviteiten.
Een Bbz-uitkering ligt op het niveau van de bijstandsnorm die op de gezinssituatie van toepassing is. Dit bedrag kan de gemeente verhogen met een woonkostentoeslag en een toeslag voor premie arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Heeft u al langere tijd een eigen bedrijf en heeft u tijdelijk financiële problemen? Dan kunt u misschien ondersteuning krijgen van de gemeente. U kunt in aanmerking komen voor een periodieke uitkering en/of bedrijfskapitaal. Dit kan vanuit het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz).
De beoordeling door de verzekeringsarts
Het gesprek duurt ongeveer een uur. Soms doet de verzekeringsarts ook een kort lichamelijk onderzoek.
Het Bbz, Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen, houdt zzp'ers uit de bijstandswet. Je kunt deze uitkering tijdelijk bij de gemeente krijgen totdat je zelf weer in je levensbehoeften kunt voorzien. Je kunt in aanmerking komen voor een Bbz-uitkering als je zelfstandig bent en in (tijdelijke) financiële problemen zit.
Werkte u eerst in loondienst voordat u begon als zelfstandige en wordt u werkloos? Dan heeft u in sommige gevallen recht op een WW-uitkering. Heeft u ontslag gekregen of zelf ontslag genomen, omdat u een eigen bedrijf bent gestart? En komt u er na aantal maanden achter dat het niet lukt uw bedrijf te laten slagen?
Hoeveel spaargeld mag je hebben met een uitkering? Als je een bijstandsuitkering ontvangt dan mag je maximaal €6.225 spaargeld hebben als alleenstaande en €12.450 als alleenstaande ouder of gezin. Voor een WW ,WIA, Wajong en WAO uitkering maakt de hoeveelheid spaargeld niet uit.
Hoelang u de loongerelateerde uitkering krijgt, hangt af van de duur van uw arbeidsverleden. Meestal krijgt u de loongerelateerde uitkering minimaal 3 maanden en maximaal 24 maanden. In de beslissingsbrief van uw WIA-uitkering leest u tot en met welke datum u deze uitkering ontvangt.
Als zelfstandige moet je, als je dat wilt natuurlijk, zelf een voorziening treffen voor het geval je arbeidsongeschikt raakt. Je kunt dan een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) afsluiten.
Dit ondanks het feit dat voor een werknemer het “beter”is om ziek uit dienst te gaan, immers de aanspraak op een WW-uitkering wordt daardoor uitgesteld en de werknemer houdt langer recht op een uitkering. In dat geval gaat de werknemer niet ziek uit dienst.
De eerste 13 weken dat u ziek bent, heeft u nog recht op WW. Dit betekent dat u aan de WW-verplichtingen moet blijven voldoen. U moet dus blijven solliciteren en afspraken nakomen die u met ons heeft gemaakt. Als u niet genoeg solliciteert of afspraken niet nakomt, dan kan dat gevolgen hebben voor uw WW-uitkering.
U krijgt de Ziektewet-uitkering maximaal 2 jaar (104 weken). Uw Ziektewet-uitkering stopt als u volgens ons uw oude werk weer kunt doen.
De arts en de arbeidsdeskundige van UWV bepalen uw mate van arbeidsongeschiktheid. Dit gebeurt door een sociaal-medische beoordeling. U krijgt die beoordeling als u na 2 jaar ziekte niet of niet volledig aan het werk kunt.
Als je volledig arbeidsongeschikt bent en de kans dat je nog herstelt erg klein is, krijg je een IVA-uitkering. Je krijgt dan een uitkering van 75 procent van je laatstverdiende loon.
Als u geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt raakt, krijgt u altijd te maken met inkomensverlies. Uw uitkering is lager dan uw laatstverdiende loon en bovendien gebonden aan een maximum. Verdiende u meer, dan krijgt u daarover geen uitkering.