Alle vissoorten in Nederland zijn wel te lokken met maïsmeel als bestanddeel. Het is bindend door de bloem die in het maïsmeel zit. Er kan behoorlijk wat maïsmeel door het voer, de voedingswaarde is beperkt al kan teveel door het voer wel weer schadelijk zijn.
Bij levend aas kunt u denken aan muggenlarven, maden, casters of wormen. Muggenlarven zijn een sterk aas en gelukkig gewoon te koop in hengelsportzaken. De vleesmade is ongetwijfeld de meest populaire aassoort; gemakkelijk, goedkoop en overal te krijgen. Vissers gebruiken ook vaak casters als aas.
Als je de vissen wil lokken, kun je dat het beste doen door wat balletjes voer bij je dobber te gooien. Zo lok je de vis naar je haakje en maak je meer kans dat de vis ook daadwerkelijk jouw haakje kiest. Het is hierbij belangrijk dat je dit visvoer aanmaakt.
Naast pellets kan als lokvoer ook tijgernoten, hennep of speciaal grondvoer voor witvis worden gebruikt.
De beste visstekken vind je bij beschutte plekken als een brug, steiger of vlonder. Werp wat lokvoer in het water om de vissen aan te trekken.Bevestig een dobber en vishaak aan het einde van je lijn, hang aas aan de haak en gooi je hengel uit. Geluid schrikt vissen af, dus wees stil tijdens het vissen.
Lokvoer voor witvis
Ook voor witvis zoals brasem en voorn zijn pellets voor witvis geschikt als lokvoer. Naast pellets kan als lokvoer ook tijgernoten, hennep of speciaal grondvoer voor witvis worden gebruikt.
Veel lokvoer heb je voor het vissen op voorn niet nodig. Neem een wat groot uitgevallen koffiekopje en vul die 4x met bruin broodmeel, 2x met notenmeel en 1x met maïsmeel.Gooi al dit droge meel in een teiltje of emmer en meng het goed door elkaar.
Maden en pinkies zijn verreweg het meest gebuikte haakaas voor witvis. Je kunt hier alle witvissen aan vangen.
Zowel in de zomer als winter in de winter werkt het goed voor het vangen van grote voorns. Door veel vissers wordt het gebruikt voor de brasemvisserij maar dan kun je beter kiezen voor koriander. Vismeel is een meelsoort waarin gedroogde vis wordt verwerkt en heeft een scherpe voor de vis aantrekkelijke geur.
Van een goede waterkwaliteit wordt elke vis blij. Veel sierslakken, garnalen en algeneters kun je blij maken met een schijfje komkommer. Dit kun je bijv. met een elastiekje vast maken aan een steen, zo kunnen ze er makkelijk bij komen.
Aan de waterkant neem je de boterham die je apart gedaan heb en leg deze in een aasbak (of iets met harde ondergrond). Druk er met de punch een schijf uit het brood, en zet deze op de haak. Afhankelijk van de haak kan je er wel 3 achter elkaar zetten. Hou er rekening mee dat het brood zal uitzetten in het water.
Kaas Is een goed vangend aas, zeker voor barbelen, kopvoorns en karpers, maar ook voor andere vissen die in dit aas een lekkere hap zien. Dat getuigen de talrijke bijvangsten. Mijn favoriete kaas is het Babybel-mini kaasje. De reden hiervoor is simpel, het is een zacht maar taai kaasje dat goed op de haak houd.
Brood is een aas dat je nog steeds voor iedere vissoort kan gebruiken. De voorns, brasems en karpers zijn er verzot op. Het brood kan je als pluim of als schijfje op de haak zetten. Het beste kan je witbrood gebruiken omdat het beter op de haak blijft zitten (al thans mijn ervaring).
Ook wedstrijdvissers gebruiken om die reden graag maden. Zelfs karper, paling en snoek worden met maden gevangen! Het zijn echter vooral de witvissers die van dit aas gebruikmaken. Vissen met maden levert je namelijk ongetwijfeld een voorn, blei of brasem op.
Watervlooien, insecten en insectenlarven worden graag gegeten, net als slakken, mosseltjes en kreeftachtigen. Grote voorn heeft ook geen moeite met kleine visjes. Dit verklaard waarom er wel eens grote voorns worden gevangen aan klein kunstaas zoals kleine spinners.
Nadat ze de wintermaanden vaak op 'beschutte' plaatsen hebben doorgebracht, trekken ze in het voorjaar weer naar wat meer open water en zijn daar tot aan de paaitijd soms heel goed te vangen. Vooral de avonduren zijn bijzonder geschikt. In het vroege voorjaar is de voorn vaak goed te vangen.
Brasem kan je het beste vangen met brood, deeg, aardappel, maden, wormen en muggenlarven. Een andere manier om op brasem te vissen is met de winkle picker of de feederhengel. Aan de laatste hangt een voerkorfje. Daarin doe je wat zoet lokvoer.
Vissen op witvis met een grote haak is erg lastig. Zeker wanneer je een vaste hengel gebruikt zal je sneller succes hebben met een kleiner haakje. Kies bijvoorbeeld voor een haak in maat 18,20 of 22. Met dat formaat is het vangen van witvis over het algemeen het makkelijkst.
Een van de belangrijkste dingen om goed in de gaten te houden bij de verzorging van vissen is de waterkwaliteit. Vissen 'gewoon' in het kraanwater laten zwemmen is geen optie. Het water moet aan specifieke eisen voldoen willen de vissen er in kunnen overleven.
Aan de waterkant neem je de boterham die je apart gedaan heb en leg deze in een aasbak (of iets met harde ondergrond). Druk er met de punch een schijf uit het brood, en zet deze op de haak. Afhankelijk van de haak kan je er wel 3 achter elkaar zetten. Hou er rekening mee dat het brood zal uitzetten in het water.
De essentie? De haak wordt geborgen in 'een bol' paste ter grootte van een pingpongbal.Onder water brokkelt deze bol langzaam af.Zo lang de haak er in blijft geborgen, kun je vis vangen.
Een vis die in de zee leeft heeft eigenlijk altijd dorst en drinkt veel water via de kieuwen. Een vis die in meren of rivieren leeft heeft nooit dorst, maar die plast juist heel veel! Een vis die in de zee leeft heeft eigenlijk altijd dorst en drinkt veel water via de kieuwen.
Ze foerageren dan graag in de bovenste waterlagen waar ze insecten van het wateroppervlak af snoepen. Voorns vinden we in elke waterlaag, ze zoeken graag voedsel op de bodem maar pikken ook graag insecten vanaf het wateroppervlak.
Nadelen mais:
Mais is lekker, en dat vinden niet alleen de karpers. Ook brasems, zeelten, graskarpers en (grote) voorns smullen van dit goedje. Zit je op een water te vissen met een groot bestand aan witvis, dan is dit aas misschien niet altijd de beste keuze.