In groep 4 leert een kind steeds beter technisch en begrijpend lezen en spellen.Daarnaast leert het de tafels (vermenigvuldigen). De kernvakken in groep 4 zijn: lezen, schrijven, spellen en rekenen. Vakken gericht op de brede ontwikkeling zijn biologie, aardrijkskunde, geschiedenis, techniek, beeldende vorming en gym.
Op school leert je kindje veel nieuwe vaardigheden zoals getallen, vormen en letters herkennen, luisteren naar elkaar en verhaaltjes navertellen. Ook maakt hij kennis met rijmen, lettergrepen, seizoenen, dagen in de week en oefent hij met het schrijven van zijn naam.
Een kind van 4 jaar kan goed zijn evenwicht bewaren en kan hinkelen. Hij kan een kleine bal vangen en hij begint te oefenen met activiteiten als fietsen (zonder zijwieltjes) en rolschaatsen. Hij vindt het erg leuk om te rennen, te springen en te klimmen.
Je kind van 4 jaar:
herkent groepjes van twee en drie zonder te tellen. kan een cirkel, driehoek, vierkant en rechthoek benoemen. herkent de kleuren rood, geel, blauw en groen.
Ze kunnen al veel dingen zelf, maar blijven nog echte speelvogels. Spelen is echter ook lezen, de kleuterschool is dan ook niets anders dan spelend leren. Kleuters rennen, klimmen, fietsen, schommelen, knippen, plakken, kleuren… Ze oefenen de gehele dag.
Je kind van 4 jaar kan:
tellen tot 10. de cijfers 1 t/m 5 herkennen.
6 tot 10 jaar. Wanneer je kind naar groep 3 gaat kent het de dagen van de week en soms ook de verschillende maanden. In groep 3 en 4 groeit het tijdsbesef verder en leert je kind klokkijken. Eerst leert het hele en halve uren herkennen en benoemen.
Op de meeste basisscholen leren kinderen letters schrijven vanaf groep 3, terwijl er in groep 1 en 2 al veel voorbereidend schrijfonderwijs plaatsvindt. Leren schrijven is een kwestie van goed oefenen, waarbij de leerkracht let op hoe je kind de pen vasthoudt.
Favoriet speelgoed vanaf 4 jaar
Laat kleuters aan de slag gaan met speelgoed zoals LEGO blokken en Playmobil. De grove en fijne motoriek komt bij het spelen met dit speelgoed vanaf 4 jaar goed aan bod, waardoor zij dit spelenderwijs beter kunnen ontwikkelen.
Een kind is schoolrijp als het de kennis, vaardigheden en houdingen heeft die nodig zijn om daarbij een goede start te nemen. Ook de motorische vaardigheden, wat je kind met zijn lichaam kan, tellen mee. En daarnaast is er het emotionele aspect: je kind moet zelf zeggen en laten voelen dat het er klaar voor is.
In groep 4 leert een kind steeds beter technisch en begrijpend lezen en spellen. Daarnaast leert het de tafels (vermenigvuldigen). De kernvakken in groep 4 zijn: lezen, schrijven, spellen en rekenen. Vakken gericht op de brede ontwikkeling zijn biologie, aardrijkskunde, geschiedenis, techniek, beeldende vorming en gym.
In groep 4 moeten de tafels van 1, 2, 3, 4, 5 en 10 vlot door elkaar worden gemaakt. De andere tafels worden wel aangeboden, maar hoeven pas in groep 5 te worden gememoriseerd. Rekenen tot 100: Om te rekenen tot en met honderd zijn er veel basisvaardigheden die geautomatiseerd moeten zijn.
In groep 4 wordt de ontwikkeling van dit leesproces voortgezet en leert je kind steeds vlotter lezen. Woorden worden moeilijker, zinnen worden langer en de woordenschat wordt uitgebreid. Het leesproces verloopt niet voor elk kind gelijk. Zo leest het ene kind wat sneller dan het andere.
Kinderen uit groep drie, vier en vijf die net hebben leren lezen zijn experts in het herkennen van rijm. Ze hebben veel sneller door dat woorden niet rijmen die veel op elkaar lijken, bijvoorbeeld mes en mus, dan jongere kinderen en dan volwassenen.
Tellen is een vaardigheid die zich geleidelijk aan ontwikkelt, met vallen en opstaan. Gemiddeld leren kinderen tellen vanaf de leeftijd van 2 jaar, maar het is een proces dat duurt tot het kind 5 à 6 jaar is.
Aan het einde van groep 2 moet een kind de cijfers tot en met 12 kunnen benoemen en aanwijzen. Veel scholen oefenen met het herkennen tot en met 20. Daarom hangt er in veel kleuterklassen een getallenlijn van 1 tot en met 20. De kinderen leren de getallen te benoemen.
6-9 jaar. Op deze leeftijd zijn veel kinderen dol op voetbal, fietsen, skaten, verstoppertje spelen et cetera. Ze willen vooral motorische grenzen verleggen.
Voor kleuters is tellen een spelletje, dat ze vaak eindeloos kunnen herhalen. Door vragen te stellen bij het tellen, maak je je kleuter ongemerkt bewust van de betekenis van getallen. Samen tellen, bijvoorbeeld hoeveel bomen of lantaarnpalen er staan op de route van huis naar school. Dek samen de tafel.
Hij kan het verschil van een volle en lege blaas leren voelen en leren zijn blaas op commando te ontspannen als hij gaat plassen. Je kunt je kind nu lekker zijn gang laten gaan, zeker in de speeltuin. Hij kan zelf op de glijbaan, hij wil zelf klimmen. Het is goed voor zijn spierontwikkeling, motoriek en zelfvertrouwen.