Binnen 24 uur na het strippen kan er een effect optreden zoals echte weeën, menstruatieachtige krampen, meer harde buiken of voorweeën. Bij ongeveer een derde van de zwangeren die gestript zijn komt de bevalling op gang, een derde krijgt voorweeën en/of harde buiken en bij een derde gebeurt er helemaal niets.
Binnen zes uur na het strippen moet er een effect merkbaar zijn. Dit kan zijn: echte weeën. eerst wat menstruatieachtige krampen.
Bij ongeveer een derde van de zwangeren die gestript zijn, komt de bevalling op gang. Een derde krijgt veel voorweeën en/of harde buiken, zonder dat de bevalling doorzet. Bij het overige deel van de vrouwen gebeurt er helemaal niks. Als er niets gebeurd is, kunnen we na 48 uur het strippen herhalen.
De kans op slagen is ongeveer 40-50%. Uit onderzoek is gebleken dat strippen voor de 41 weken weinig zin heeft wanneer je nog niet eerder eens bevallen bent. Je lichaam is er dan vaak nog niet klaar voor en ervaar je er meer nadelen dn voordelen van. Strippen is niet gevaarlijk voor je kindje.
Na het strippen heb je meer kans om te gaan bevallen doordat je lichaam prostaglandines (hormoonachtige stoffen die weeën opwekken) aan gaat maken. Die prostaglandines zorgen ervoor dat de baarmoedermond “rijper” wordt en kunnen ervoor zorgen dat je binnen 24 uur weeën krijgt.
Uit onderzoek is gebleken dat strippen vanaf 41 weken bewezen zinvol is om de bevalling op gang te brengen. Binnen 24 uur na het strippen kan er een effect merkbaar zijn.
Bij een strippoging wordt een inwendig onderzoek verricht. De verloskundige voelt dan met 2 vingers in de vagina of de baarmoedermond al wat open staat. Dit is in de 41e week meestal het geval, maar niet altijd. Als de baarmoedermond nog dicht is, valt er niet te strippen.
Dit is natuurlijk een schatting, maar soms is het helemaal niet nodig om gestructureerd te gaan voelen naar je ontsluiting. Aan de sterkte van je weeën en aan de verandering in je houding kunnen we al veel aflezen. En ook zelf zou je dit kunnen opmerken.
Als het strippen effect heeft, ga je binnen 6 tot 12 uur merken dat je buik reageert. Dit kan zijn door menstruatie-achtig gevoel, (regelmatige) harde buiken, of direct weeën. Als het strippen niets doet, kunnen we het onderzoek na 48 uur herhalen.
Als de baarmoedermond al aan het verweken en verstrijken is en er is 1 cm ontsluiting, dan kan de verloskundige met een vinger de baarmoedermond ingaan en de vliezen losmaken van de wand van de baarmoeder. De vliezen worden alleen losgemaakt van de wand, ze worden dus NIET kapot gemaakt!
Na het strippen kan je nog zo'n 24 uur menstruatieachtige krampen of harde buiken hebben.
Als er dus geen ontsluiting is kunnen we ook niet strippen. Daarnaast zullen we je ook niet strippen wanneer het hoofdje nog niet is ingedaald en wanneer je bloeddruk te hoog is. Helaas zal niet iedereen die gestript wordt ook bevallen. Soms brengt het een hoop “gerommel” met zich mee, maar zet de bevalling niet door.
Een andere mogelijkheid om de bevalling zonder inleiding op gang te brengen is “strippen”. De verloskundige of gynaecoloog maakt dan met de vingers tijdens het toucher de baarmoedermond los van de vliezen. Dit kan onaangenaam voelen en gepaard gaan met bloederig slijmverlies.
De verloskundige kan met haar vingers meten in hoeverre de ontsluiting is gevorderd. Het voelen van de baarmoedermond. Naarmate de bevalling vordert, wordt de baarmoeder weker en de baarmoederhals korter. Hierdoor kan de verloskundige een inschatting maken van de vordering van de bevalling.
Bij het strippen woelt de verloskundige haar vingers de vliezen van de baarmoedermond los. Hierbij komen hormonen vrij (prostaglandines) die nodig zijn om de bevalling op gang te brengen. Sommige vrouwen vinden het strippen vervelend. Andere vrouwen voelen er niet veel van.
Het is goed om te weten dat je zelf als zwangere vrouw mag bepalen of je gestript wil worden of niet. Het besluit doe je altijd samen met een verloskundige nadat je de 41 weken zwangerschap voorbij bent. De voornaamste reden dat vrouwen voor strippen kiezen, is omdat ze liever niet de 42 weken zwangerschap passeren.
Door bepaalde drukpunten op je voeten te stimuleren kan de bevalling worden opgewekt. Zelf proberen? Ongeveer twee centimeter onder je enkelknobbel aan de binnenkant van je voet zit zo'n belangrijk drukpunt die verbinding maakt met je baarmoeder. Af en toe flink stimuleren zou kunnen helpen.
Na het strippen kun je bloedingen, pijn en onregelmatige weeën krijgen. Dit kan zorgen voor onrust en slaapgebrek, waardoor je moe de bevalling in gaat terwijl je juist al je energie nodig hebt. Het kan zorgen voor een gevoel van ongeduld en onrust en een verlies van vertrouwen in je lichaam.
Het is vrij normaal dat je bij een tweede, door de voorweeën, al een week of wat rondloopt met bijvoorbeeld 2-3 centimeter ontsluiting. De baarmoedermond is dan ook al verweekt en verstreken, dus als je bevalling echt gaat beginnen heb je het eerste stuk eigenlijk al gehad.
Strippen. Een andere mogelijkheid om de bevalling zonder inleiding op gang te brengen is 'strippen'. De verloskundige of gynaecoloog maakt dan met de vingers tijdens het toucher de baarmoedermond los van de vliezen. Dit kan pijnlijk zijn.
Dit kun je merken doordat je krampen in je onderbuik voelt, maar soms merk je er niets van. Normaal gesproken is de baarmoedermond een stug tuutje en staat deze wat naar achter. Tijdens deze fase wordt de baarmoedermond zachter en korter (verstrijken noemen we dat) en komt de baarmoedermond meer naar het midden.
De pijn tijdens de bevalling neemt meestal toe als de ontsluiting vordering laat zien. Het is in deze fase vaak te voelen in de onderbuik, de onderrug of soms richting de bovenbenen. Ook de pijn tijdens het persen verschilt per persoon. De meesten vinden het een opluchting en prettig om actief aan het werk te gaan.
Er zijn drie belangrijke voortekenen van het begin van de naderende bevalling: Het begin van de weeën. Verlies van slijmprop. Vliezen breken.
Je voelt ze als een pijnlijke kramp door je hele bekkengebied. De een voelt ze meer in de buik, de ander in de rug. Sommige vrouwen voelen ze (ook) in hun benen. De weeën worden krachtiger en pijnlijker naarmate de ontsluiting vordert.
Je kunt al weken van tevoren 2-3 cm ontsluiting hebben zonder dat je echt weeën hebt, vaak heb je wel last gehad van voorweeën. Als de bevalling dan echt begint heb je al een voorsprong en hoef je die eerste 4 cm, die bij het eerste kindje soms zo lang duren, niet meer te gaan.