"Vertrouw bij steil parkeren niet alleen op de handrem. Zet de auto ook in de eerste versnelling of beter nog, in de achteruit. Een steen achter de wielen helpt ook. Draai met het stuur de voorwielen zodanig, dat als de auto toch zou gaan rollen, hij tegen een obstakel tot stilstand komt."
Zie je bijvoorbeeld een steile helling waar stenen naar beneden zijn gerold, kies dan een ander plekje anders kan er bij terugkomst een steen op je autodak liggen. Draai daarnaast je wielen altijd richting de berg, zodat wanneer je auto toch zou gaan rollen, deze snel tot stilstand komt tegen de berghelling.
Gebruik bij het parkeren op een helling altijd de parkeerrem. Een ingeschakelde versnelling of stand P is niet voldoende om de auto in alle situaties staande te houden. Bij het parkeren van de auto op een oplopende helling: Draai de wielen van de trottoirband af.
U vraagt in welke versnelling je de auto het beste kan parkeren. In de eerste versnelling (of achteruit) is de auto het beste vergrendeld. In een hogere versnelling zou de motor gemakkelijker kunnen meedraaien als de auto een duwtje krijgt. Op hellingen blijft het advies om de parkeerrem cq handrem te gebruiken.
Parkeer je ergens voor een langere tijd, dan doe je er goed aan om die handrem niet op te trekken. Je zet de auto dan beter in eerste versnelling. Bij streng winterweer kunnen namelijk de handremkabels bevriezen. Dat geeft problemen wanneer je weer wil vertrekken.
Als je de auto parkeert in de versnelling, weerhoudt de compressie in de motor de auto ervan om te gaan rollen. De gekozen versnelling vergroot of verkleint de kracht die nodig is om de motor in beweging te brengen.
Eerst gas loslaten (dus afremmen op de motor), daarna remmen met de voetrem (remsysteem) en niet voor de 1000 toeren de koppeling in te trappen. Wanneer je stationair rijdt (is iets onder de 1000 toeren) mag wel eerst ontkoppeld worden en daarna worden geremd.
Er kan altijd lucht weglekken langs de zuigerveren en kleppen. Op een helling parkeren in de versnelling is dus niet verstandig. Altijd de handrem gebruiken (en een extra klikje aantrekken). Als je de auto in de 1e versnelling nog kan wegduwen dan lekt er wel heel veel lucht langs de kleppen of zuigers.
Hellingen op doorgaande (auto)snelwegen zijn zelden steiler dan 7% en hellingen op doorgaande wegen, zelfs in het echte hooggebergte, zijn zelden veel meer dan 12%. Maar ook al ga je niet naar 'de bergen', dan nog kan je onverwacht korte en steile hellingen tegenkomen.
Stap 1: Voordat je de hellingproef uitvoert, zet je je rechterknipperlicht aan, kijk je over je linkerschouder – de linkerbuitenspiegel – de binnenspiegel, de rechterbuitenspiegel en over je rechterschouder. Wanneer er geen verkeer aankomt, breng je de auto tot stilstand door je rem in te trappen.
''Gebruik altijd de parkeerrem bij parkeren op een hellende ondergrond - de P-stand van de automatische versnellingsbak is niet voldoende om de auto in alle situaties vast te houden''. U zou dus kunnen kiezen voor P en de handrem. Wielblokken lijkt me dan overbodig. Met de neus omhoog of omlaag maakt niet uit.
Bij vriezend weer kan het voorkomen dat de bedieningskabels vastvriezen in de buitenkabels. Dit komt doordat de waterafdichgtings rubbers dusdanig versleten zijn zodat er water kan in sijpelen. Als er dan natte sneeuw of regen valt, gevolg door vorst kunnen de bedieningskabels van de handrem bevriezen.
Met een automaat heeft u geen last meer van de hellingproef. Als je de rem loslaat begint de auto namelijk vanzelf te rijden. Geen gedoe meer met achteruit rollen, snel schakelen en gas geven dus.
Houdt het rempedaal goed ingedrukt en zet de auto op de handrem. Zet de versnellingspook in de eerste versnelling. Laat vervolgens het koppelingspedaal opkomen tot het aangrijpingspunt en geef eventueel iets gas bij. Op het moment dat de neus van de auto omhoog komt houd je de pedalen op dat punt vast.
Steiler dan honderd procent
Een helling die over een afstand van honderd meter stijgt, heeft een hellingspercentage van honderd procent. Die helling is dus niet kaarsrecht, maar maakt een hoek van 45 graden. Een hellingshoek van méér dan honderd procent is daardoor ook mogelijk.
Rijd bergaf in dezelfde versnelling als omhoog. Zo remt de auto af op de motor en dat voorkomt schade aan de remmen. Ga je in een te hoge versnelling de berg af, dan moet je continu bij remmen.
We hebben de tien steilste skipistes van de Alpen op een rijtje gezet. Op de 1e plaats staat de Langer Zug in Lech (Oostenrijk). Deze heeft een hellingspercentage van 142 %.
Hardlopen over de steilste straat ter wereld
De straat is daarmee steiler dan voorgaande nummer 1: de Baldwin Street in Dunedin in Nieuw-Zeeland, dat een helling heeft van 35%.
Als je eenmaal wegrijdt en snelheid begint te maken door meer gas te geven, gaan de toeren omhoog. Om snel en zuinig te kunnen rijden is het noodzakelijk om tijdig naar een hogere versnelling te schakelen. Schakel daarom zo vroeg mogelijk naar een hogere versnelling het liefst tussen de 2.000 en 2.500 toeren.
Met de handrem rijden kan nodig zijn
Als men stilstaat op een hellende weg zijn beide voeten nodig voor gaspedaal en koppeling. In die gevallen is het verstandig de handrem te gebruiken met je vrije hand. Een andere situatie waar de handrem nuttig is tijdens het rijden, is wanneer de voetrem het begeeft.
De conclusie is: een versnelling overslaan is geen enkel probleem, als je de juiste mechanische sympathie toepast. Heb respect voor de mechanische delen en hun werking en je kunt gerust van z'n twee naar z'n vier en andersom.
Bij het nemen van de bocht met de koppeling ingedrukt zal je snelheid veel lager zijn, terwijl je als je niet de koppeling indrukt de motor stationair de snelheid blijft aanhouden. Wat misschien ook is, is dat je stuurtechniek niet snel genoeg is om de bocht aan die snelheid te nemen.
Met koppeling ingetrapt, heeft de startmotor het wat gemakkelijker (kan vooral helpen als je accu wat minder is/wordt) > Je kunt langer 'doorstarten' als je de koppeling intrapt bij het starten waardoor de kans dat de auto aanslaat voordat de accu het niet meer trekt groter is.