De prijs voor individuele dyslexiebehandeling bedraagt €.55,- per uur, waarvan 45-50 minuten effectief besteed worden aan de behandeling en 10-15 minuten aan dossieropbouw en periodiek contact met ouders en/of de leerkracht.
Sinds 2009 bestaat er een vergoedingsregeling voor gespecialiseerde dyslexiezorg voor basisschoolleerlingen met ernstige enkelvoudige dyslexie. De gemeenten zijn sinds 2015 verantwoordelijk voor deze dyslexiezorg (zowel voor onderzoek als behandeling).
Aanvullende verzekering voor dyslexie
In een beperkt aantal gevallen kunnen kinderen die op school problemen hebben met lezen en/of spelling in aanmerking komen voor 100% vergoeding van dyslexiezorg vanuit de basisverzekering.
De dyslexie test wordt afgenomen door deskundigen orthopedagogen en GZ-psychologen. Service en persoonlijke aandacht staat bij SEN Support centraal. De kosten dyslexietest afname bedragen 799,- euro.
De leeftijd van uw kind ligt bij aanmelding voor een dyslexieonderzoek en behandeling tussen de 7 en 12 jaar. De dyslexiezorg mag in elk geval niet gestart worden nadat uw kind 13 jaar is geworden.
Dyslectici maken meer spelfouten dan leeftijdsgenoten: 'luisterfouten', (bijv. verspeken in plaats van verspreken), 'onthoudfouten' (bijv. ou-au of ei-ij) of regelgebaseerde fouten (bijv. dt-fouten).
Wanneer de kosten voor een dyslexieonderzoek niet vergoed worden door uw gemeente, bedragen de kosten voor een dyslexietest €. 715,-. Een particulier dyslexieonderzoek is verder identiek aan een vergoed onderzoek.
Ten eerste kun je problemen hebben met het herkennen van het visuele woordbeeld. Daarnaast kun je ook moeite hebben met het begrijpen van taal en klanken. Veel kinderen overwinnen hun dyslectische problemen, maar kunnen als volwassenen subtiele problemen met lezen en schrijven hebben.
Onderzoekers schatten dat een kind met een ouder met dyslexie 40 tot 60 procent kans heeft op het ontwikkelen van dyslexie, en het risico is groter als een extra familielid dit heeft.
Bij ernstige dyslexie kan uw kind dyslexiezorg krijgen. Dit valt onder de Jeugdwet. Gemeenten zijn daarvoor verantwoordelijk. De zorgverzekeraar heeft geen rol bij dyslexiezorg, ook niet in aanvullende verzekeringen.
Onderzoek en behandeling
Wanneer je denkt dat je kind dyslexie heeft, kun je een onderzoek uit laten voeren. Dit kan het beste in samenwerking met de school. School weet vaak goed welk traject nodig is. Bij het vermoeden van ernstige dyslexie is het mogelijk het onderzoek door de zorgverzekeraar te laten vergoeden.
Ouders van kinderen met dyslexie stellen ons vaak de vraag of de Cito-toets of Entreetoets daar rekening mee houdt. Het antwoord is: ja. Zowel op de Entreetoets in groep 7 als op de Cito-toets in groep 8 wordt rekening gehouden met kinderen die dyslexie hebben. In dit artikel leest u er meer over.
Veel instituten voor diagnostiek en begeleiding zijn te vinden op provincie en plaats, via de website van het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie. Goed om te weten: Ouders hebben een keuze. Je hoeft niet per sé bij het instituut dat de diagnose heeft gesteld ook een behandeltraject te volgen.
Dyslexie is voor een deel erfelijk. Dat wil zeggen dat de kans groter is dat een kind dyslexie heeft als één van de ouders dyslexie heeft. Kinderen van wie één van de ouders dyslexie heeft, hebben ongeveer een vier keer grotere kans om dyslexie te ontwikkelen dan kinderen van wie de ouders geen dyslexie hebben.
Wat wordt onderzocht tijdens een dyslexie onderzoek? Er wordt een dyslexieonderzoek gedaan. Bij dit onderzoek worden enkele schoolse opdrachten gedaan zoals leesteksten, dictee, letteroefeningen en geheugentaken. Ook doet je kind opdrachten die specifiek op dyslectische kenmerken gericht zijn.
Een kind kan dyslexie hebben wanneer extra hulp op het gebied van lezen en/of spellen én hard oefenen niet tot betere resultaten leidt. Het kan schoolprestaties ernstig belemmeren, waardoor kinderen met lees- en/of spellingproblemen vaak onder hun niveau presteren.
Dyslexie en hoogbegaafdheid
Kinderen die zowel hoogbegaafd als dyslectisch zijn, zijn vaak te herkennen aan de volgende signalen: Veel spellingsfouten. Wel goed mondeling taalgebruik, maar schriftelijk wel problemen. Negatief beïnvloede prestaties (verveling, faalangst, enz.)
Kinderen van ouders met dyslexie hebben een grotere kans om zelf dyslexie te krijgen, dan kinderen waarbij geen dyslexie in de familie voorkomt.
Om dyslexie te kunnen behandelen, is het belangrijk dat kinderen en ouders goed met elkaar samenwerken. Een dyslexiebehandeling wordt vaak gegeven door een orthopedagoog, in samenwerking met een psycholoog. Een psycholoog is soms nodig omdat kinderen met dyslexie zich vaak niet begrepen voelen.
Dyslexie is een leerstoornis waarbij je veel moeite hebt met lezen en/of spellen. In Nederland heeft ongeveer 4% van alle kinderen ermee te maken. Het woord dyslexie betekent 'niet kunnen lezen'. Kinderen met deze leerstoornis vinden het lastig om de juiste letters met de juiste klanken te koppelen.
Het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie pleit voor het gebruiken van een niet-cursief lettertype zonder versieringen, van lettergroottes van 12 of 14 en van voldoende afstanden tussen letters, woorden en tekstregels.
Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie, het komt voor bij zowel mensen met hoge, gemiddelde of lage intelligentie. Vaak wordt dyslexie geconstateerd als er verder geen andere oorzaken worden gevonden voor lees– en schrijfproblemen.
Dyslexie gaat nooit over. Je kunt wel leren om er minder last van te hebben. Daarnaast kan het veel oefenen helpen om steeds iets beter te worden in het lezen en spellen. Niet ieder kind met dyslexie heeft veel moeite met zowel het lezen als de spelling.