Waarom dit onderzoek? Urineonderzoek wordt gedaan als uw huisarts of verloskundige meer wil weten over de werking van uw nieren of urinewegen. Zo kunnen urineweginfecties worden opgespoord, maar ook nog andere aandoeningen zoals geslachtsziekten (SOA) bij mannen en diabetes (suikerziekte).
Urineonderzoek kan duidelijk maken of er sprake is van geslachtsziekten (soa's), urineweginfecties, nierziekten, urinewegproblemen of stofwisselingsziekten. Wat u hiervoor precies moet doen, is afhankelijk van het type onderzoek dat door uw zorgverlener is aangevraagd.
Een urinetest controleert verschillende componenten van urine, een afvalproduct van de nieren . Het controleert de kleur, helderheid (helder of troebel), geur, concentratie en zuurgraad (pH) van uw urine. Het controleert ook uw niveaus van eiwitten, suiker, bloedcellen of andere stoffen in uw urine.
De uitslag van het urineonderzoek is, meestal binnen enkele dagen bekend. De uitslag van het 24-uurs urine duurt meestal wat langer. Uw arts neemt contact met u op voor de uitslag.
De arts kan je urine laten onderzoeken.Zo komt de arts erachter of je een infectie hebt of dat er kankercellen in je urine zitten. Je levert een potje met urine in. Een patholoog bekijkt je urine onder een microscoop.
Om erachter te komen of iemand daadwerkelijk blaaskanker heeft, moeten artsen een kijkonderzoek met cystoscoop doen. Slechts een klein deel van de mensen met bloed in de urine blijkt uiteindelijk blaaskanker te hebben. Zo'n kijkonderzoek is erg onprettig voor de patiënt en kost daarnaast erg veel geld.
In urine kan van alles worden gevonden: micro-organisamen, stofwisselingsproducten, rode bloedcellen, witte bloedcellen, cellen van slijmvlies van de urinewegen en allerlei chemische verbindingen. Wanneer u klachten heeft kan de huisarts aan Saltro vragen om in het laboratorium een aantal testen te doen.
Waarom dit onderzoek? Urineonderzoek wordt gedaan als uw huisarts of verloskundige meer wil weten over de werking van uw nieren of urinewegen. Zo kunnen urineweginfecties worden opgespoord, maar ook nog andere aandoeningen zoals geslachtsziekten (SOA) bij mannen en diabetes (suikerziekte).
Het wordt gebruikt om een breed scala aan aandoeningen te detecteren en te behandelen, zoals urineweginfecties, nierziekten en diabetes . Een urineonderzoek omvat het controleren van het uiterlijk, de concentratie en de inhoud van de urine. Een urineweginfectie kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat de urine er troebel uitziet in plaats van helder.
pH. Normale pH van ochtendurine is 5-7, licht zuur tot neutraal. De urine is na een maaltijd vaak basisch, rond een pH van 8, dit komt door een grotere productie van maagsap na de maaltijd. Een zuurdere urine (pH <5) wijst op diarree of diabetes mellitus.
Houd er altijd rekening mee dat als uw uitslagen wijzen op een ernstige ziekte die dringend actie vereist , wij u altijd met spoed zullen bellen om u verder te beoordelen via de telefoon of om u persoonlijk te zien. Probeer u dus geen zorgen te maken als wij u vragen om een test te herhalen.
Het verschil tussen een positieve urinetest en aantoonbaarheid. Aantoonbaarheid betekent dat er sporen van drugs kunnen worden gevonden in de urine. Maar als er sporen worden gevonden betekent dat niet altijd dat diegene ook een positieve test heeft.
Een normaal resultaat is 4 rode bloedcellen per hoogvermogenveld (RBC/HPF) of minder wanneer het monster onder een microscoop wordt onderzocht. Het bovenstaande voorbeeld is een veelvoorkomende meting voor een resultaat van deze test. Normaalwaardebereiken kunnen licht variëren tussen verschillende laboratoria.
Een positieve testuitslag verhoogt hiermee de kans op het bestaan van een urineweginfectie van 55% (voorafkans) naar 62% (positief voorspellende waarde), terwijl een negatieve testuitslag de kans op het bestaan van een urineweginfectie verlaagt van 55% tot 31%.
Jaarlijks krijgen ongeveer 6.800 mannen en vrouwen in Nederland de diagnose. Symptomen zijn onder meer vaak moeten plassen, aandrang hebben om te plassen, bloed in de urine of chronische blaasontsteking. Blaaskanker groeit meestal langzaam. In het begin zijn er weinig of geen klachten.
De nieren halen deze afvalstoffen uit het bloed. Daarna plas je ze uit. Als de nieren niet meer goed werken, blijft er te veel ureum in het lichaam achter. Daardoor kunnen klachten ontstaan, zoals moeheid, jeuk, hoofdpijn, misselijkheid en braken.
Urineonderzoek wordt gebruikt om de oorzaak van urineweginfecties (UTI's) zoals cystitis, bloedingen in het urinestelsel of nier- of leverziekte te vinden of te monitoren. Het kan ook worden gebruikt voor diabetes, sommige bloedziekten en urinestenen.
Bloedonderzoek is veel uitgebreider dan urineonderzoek . Daarom wordt het meestal gebruikt als onderdeel van de reguliere jaarlijkse onderzoeken.
Middels een urinekweek kan onderzocht worden of er sprake is van een infectie van de urinewegen. Dat kan een infectie van de blaas of een opstijgende infectie van het nierbekken zijn.
Voor de meeste onderzoeken duurt het enkele dagen tot een week voordat de uitslagen bij uw huisarts zijn.
Als u risico loopt op nierziekte, kan uw zorgverlener uw urine controleren op albumine. Albumine is een proteïne dat in uw bloed voorkomt. Een gezonde nier laat geen albumine in de urine terechtkomen. Een beschadigde nier laat wat albumine in de urine terechtkomen .
Wanneer de nieren niet goed meer functioneren, hopen afvalstoffen zich op in het lichaam. Deze afvalstoffen kunnen klachten veroorzaken als: weinig plassen. donkere urine.
Symptomen van blaaskanker
Blaaskanker wordt vaak bij toeval ontdekt. De meeste mensen met blaaskanker hebben in het begin geen klachten. Als de tumor groeit, kun je last krijgen van bloed in je urine. Opvallend is dat je hierbij geen andere klachten hebt, zoals pijn of het gevoel van een blaasontsteking.
Leukocyten zijn witte bloedcellen, deze horen normaal gesproken niet in urine gevonden te worden. Als er wel witte bloedcellen in de urine zitten, kan dat duiden op een blaasontsteking of urineweginfectie. In normale gezonde urine dient er nooit bilirubine aanwezig te zijn.