Autoriteitsargument of verkeerde autoriteitHierbij wordt een autoriteit gebruikt die het met het standpunt eens is, dus dan moet het ook wel waar zijn. Dit hoeft geen deskundige autoriteit te zijn. Er wordt dan ten onrechte beroep gedaan op deze autoriteit.
een type informele drogreden of een overtuigende techniek waarbij wordt aangenomen dat de meningen van een erkende expert op het ene gebied in acht moeten worden genomen op een ander gebied . Bijvoorbeeld, meneer X zou moeten weten hoe hij met overheidstekorten moet omgaan omdat hij een succesvolle zakenman is. Ook wel expert fallacy genoemd.
Een onjuist beroep op een autoriteit
Er wordt een bekend persoon aangehaald om het standpunt mee te onderbouwen, maar deze persoon heeft weinig te maken met de zaak. Voorbeeld: De economie is alleen nog te redden als de Nederlandse staat eigenaar wordt van alle banken. Gordon zei dit gisteren nog op tv!
De laissez-faire stijl uit zich in volledig loslaten en is 180 graden tegenovergesteld aan autoritair leiderschap. Een leider met een laissez-faire stijl neemt geen initiatief, komt over alsof hij of zij alles prima vindt en zal niemand aanspreken op zijn of haar gedrag.
Onjuiste oorzaak-gevolgrelatie (onjuist beroep op causaliteit): Beweren dat twee gebeurtenissen die samen voorkomen een oorzaak-gevolgrelatie hebben, ook al kan dit niet worden bewezen.
Een autoriteitsprobleem uitgelegd
Dit kan iemand zijn met een officiële autoriteit zoals de politie, iemand in een bepaalde functie zoals een manager, maar ook een partner die zich dominant opstelt of familie die invloed op jou probeert uit te oefenen.
Een persoon is een autoriteit als diegene door positie en kwaliteiten anderen kan beïnvloeden. Je hebt een unieke expertise op een bepaald gebied, zoals een hoogleraar. Of je bent in de positie dat je sancties kan opleggen aan anderen, denk aan een politieagent.
Autoritair leiderschap betekent dat de leider eenzijdig zijn/haar wil oplegt aan anderen. Hij/zij is heerszuchtig, niet gericht op het gesprek of overleg, niet gericht op consensus of democratisch genomen besluiten.
Autoriteitsargument of verkeerde autoriteit
Hierbij wordt een autoriteit gebruikt die het met het standpunt eens is, dus dan moet het ook wel waar zijn. Dit hoeft geen deskundige autoriteit te zijn. Er wordt dan ten onrechte beroep gedaan op deze autoriteit.
Beroep op autoriteit drogreden is een type informele drogreden , wat betekent dat de logische fout in de inhoud van het argument ligt. Ongeacht of de bewering waar is of niet, een beroep op autoriteit is drogreden omdat het niet voldoende bewijs heeft om de bewering te ondersteunen.
Een vals dilemma, valse tweedeling of valse dichotomie (ook wel zwart-witdenken genoemd) is een drogreden of denkfout waarbij twee alternatieven voorgesteld worden als de enige mogelijkheden, terwijl er in werkelijkheid nog andere zijn. Als zodanig is het een foute toepassing van het principe van de uitgesloten derde.
Wanneer iets of iemand over dusdanige kennis, kwaliteiten en/of verdiensten beschikt dat deze door andere als gezaghebbend wordt beschouwd binnen zijn vakgebied, spreken we van (een) autoriteit.
Voorbeeld van een beroep op autoriteitsmisvatting: " Ik heb een boek gelezen van een voedingsdeskundige die zegt dat alle koolhydraten slecht zijn.Daarom vermijd ik ze volledig. " Dit argument benadrukt een minderheidsstandpunt in voeding, waarbij het feit wordt genegeerd dat de meeste voedingsdeskundigen pleiten voor een meer uitgebalanceerd dieet met koolhydraten.
Gezag of autoriteit is in de sociologie de aanvaarde macht van een persoon of een organisatie om een andere persoon of groep te leiden. In politieke zin staat gezag ook voor de macht en heerschappij over een gebied of land, de overheid of de regering. Door de wet of de overheid gelegitimeerd gezag heet 'bevoegd gezag'.
autoriteit (zn) : overheid, gezag, bestuur, bewind, regime, gouvernement, gezagsdrager. autoriteit (zn) : gezag, bevoegdheid, macht, invloed, zeggenschap, overwicht.
Een persoon met een emotionele autoriteit neemt beslissingen op basis van hun emoties, maar niet op het moment dat ze deze emoties ervaren.
Antisociale persoonlijkheidsstoornis. Als je een antisociale persoonlijkheidsstoornis (ASP) hebt, vertoon je antisociaal gedrag. Je kunt roekeloos, agressief, prikkelbaar, impulsief en onverschillig overkomen.
Hoe autoriteitsproblemen zich manifesteren. Als u deze problemen hebt, zult u merken dat u op ongepaste manieren reageert op autoriteiten . U zult merken dat u heen en weer schommelt tussen overcompliance en vijandigheid. Als u een baas bent, zult u zich misschien realiseren hoe uw gebruik van autoriteit hetzelfde drama herhaalt dat u als kind meemaakte.
Een typisch voorbeeld van vertrouwensproblemen is het helemaal niet aangaan van een verbintenis. Ook wel bindingsangst genoemd. Dit ontstaat vaak omdat er veel moeite is met open en kwetsbaar opstellen, omdat het gevoel van vertrouwen en een echt liefdevolle relatie onmogelijk lijkt.
Binnen de logica wordt er gekeken of een redenering klopt of niet. Als een redenering 'klopt' dan noemen we dat een geldige redenering. Een redenering bestaat altijd uit twee argumenten die samen leiden tot een conclusie (C).