De term sporthart verwijst naar veranderingen in het hart als gevolg van intensieve en langdurige training. Het kan gaan om wijzigingen in de structuur (de hartspier en de grootte van het hart) en in de elektrische activiteit van het hart (het hartritme).
Als je een sporthart hebt, merk je dit aan je hartslag. De normale hartslag in rust (60-80 slagen per minuut) is in het geval van een sporthart lager. Dit kan zelfs teruglopen tot een hartslag tussen de 40 en de 60 slagen per minuut. Je hart kan bovendien in één hartslag meer bloed rondpompen dan een 'normaal' hart.
Er is in feite een soort overcapaciteit ontstaan: als je rustig achter je bureau zit hoeft het sporthart nog maar heel zachtjes te pompen, want met één slag kan het al een enorm volume aan bloed uitstoten. Daarom kun je een sporthart herkennen aan een relatief lage hartslag. Dat wil zeggen: 40 tot 60 slagen per minuut.
Het hart wordt groter en de spiermassa neemt toe, waardoor het meer bloed rond kan pompen en de hartslag in rust lager wordt. Deze aanpassingen kunnen geen kwaad. Een sporthart is dus een gezond hart, aangepast aan de eisen die eraan worden gesteld.
Door training is hun hart meer gespierd en pompt het krachtiger. Daardoor werkt het efficiënter en hoeft het minder vaak samen te trekken. Voor hen is een hartslag onder de 60 geen enkel probleem. Dit wordt ook wel een sportershart genoemd.
1 - 2 jaar: 100 - 150. 2 - 5 jaar: 95 - 140. 5 - 12 jaar: 80 - 120. ouder dan 12 jaar: 60 - 100.
Zo was een harslag in rust tussen 51 en 80 slagen per minuut gelinkt met een 40 tot 50 procent hoger risico op een vroege dood, in vergelijking met degene met een hartslag onder de 50 slagen.
De kans op een hartstilstand wordt tijdens het sporten vergroot omdat het hart dan harder moet pompen, terwijl het hart deze extra inspanning dus eigenlijk niet aan kan. Daardoor kan sporten een trigger vormen bij het ontstaan van een hartstilstand.
"Je hartspier wordt niet sterker", zegt Nieca Goldberg, MD, medisch directeur van het Joan H. Tisch Center for Women's Health in NYU Langone Medical Center. "Maar de fysiologie eromheen verbetert de functie van het hart waardoor het efficiënter is en je bloedvaten flexibeler.
Rusthartslag (HF rust) is de laagste hartslag die je hebt wanneer je wakker en in rust bent. Het is een goede indicator van jouw niveau van aerobe conditie. Wanneer je rusthartslag verlaagt ten gevolge van je training op lange termijn, kun je gerust zijn dat je aerobe conditie is verbeterd.
De ideale vetverbrandingszone ligt zo tussen de 50 en 65 % van je maximale hartslag. Als vuistregel kun je 45 tot 50 slagen onder je maximale hartslag gaan zitten. Deze hartslag kun je bepalen met de formule '220 – je leeftijd'. Dit is slechts een indicatie van je maximale hartslag.
Hartspier die minder goed knijpt
De hartspier is vergroot, dunner en slapper dan normaal. Het hart vult zich goed met bloed, maar knijpt minder goed.
een vergroot hart gezien. Op langere termijn ontstaat hartfalen. Vaak voorkomende symptomen zijn dan kortademigheid bij inspanning en hartritmestoornissen. In meer gevorderde stadia zal hartfalen leiden tot vochtophoping (oedeem).
Een gezond hart slaat 60 tot 100 keer per minuut. Deze frequentie is nodig om zuurstofrijk bloed naar uw lichaam te pompen. Patiënten met bradycardie hebben een hartslag die langzamer is dan 60 slagen per minuut, wat vaak duizeligheid, kortademigheid en zelfs flauwvallen tot gevolg heeft.
Bij volwassenen is de hartslag in rust gemiddeld 60 tot 70 slagen per minuut. Tijdens de slaap kan de hartslag zelfs terugzakken naar 50 slagen per minuut. Baby's hebben een veel hogere hartslag in rust: gemiddeld 130 slagen per minuut.
Wat merk ik bij een hartaanval? 3 van de 4 mensen met een hartaanval hebben een drukkend gevoel op de borst of pijn in de borst. Dit gaat niet weg bij rustig zitten of liggen. Het drukkende gevoel en de pijn zijn na 15 minuten nog niet weg.
Met een hartaanval kunt u ernstige pijn op de borst of andere symptomen voelen. U blijft meestal wakker en kunt om hulp roepen. Bij SCD daarentegen zijn er geen tekenen dat er iets gaat gebeuren - u verliest plotseling het bewustzijn en kunt niet om hulp roepen. Het kan gebeuren als u wakker bent of als u slaapt.
Wat de maximale hartslag is, verschilt per persoon. Normaal ligt de hartslag van een volwassene in rust tussen de 60 en 100 slagen per minuut. Bij inspanning kan deze oplopen naar 180, soms zelfs boven de 200. Het is geen probleem als je hartslag niet te snel oploopt en na afloop weer geleidelijk afzakt.
Hoe hartslag en bloeddruk invloed hebben op elkaar
Doordat je hart het bloed door je lichaam pompt, ontstaat er bloeddruk, oftewel druk op je bloedvaten. Als je bloedvaten heel nauw zijn, zal je hart harder zijn best moeten doen en ontstaat er een hogere bloeddruk.
Bij een te snel hartritme loopt uw hartslag in rust op tot meer dan 100 slagen per minuut. Het hart kan dan soms niet meer voldoende bloed rondpompen. Daardoor krijgen de organen, zoals hersenen, nieren, lever en de hartspier zelf te weinig zuurstof. Medische hulp is dan noodzakelijk.
De meest gehoorde klachten zijn onder andere vermoeidheid, kortademigheid en vocht vasthouden. Doordat vocht in het lichaam ophoopt. Het verzwakte hart kan de bloedsomloop minder in beweging houden, waardoor vocht niet goed wordt afgevoerd. Op verschillende plaatsen in het lichaam ontstaat vochtophoping.
Denk aan groenten zoals spinazie, andijvie, broccoli, paksoi … Het chlorofyl – de stof die deze groenten hun groene kleur geeft – bevat veel magnesium, en dat is goed voor het hart. Verder bevatten ze ook veel kalium, dat een hoge bloeddruk voorkomt.
Heb je een saturatie van 95% of hoger, dan is de saturatie normaal en heb je genoeg zuurstof in je bloed. Een saturatie van 91, 92 of 93% is lager dan normaal, maar nog geen reden om je zorgen te maken. Is de waarde 90% of lager, dan heb je een tekort. Dit heet desaturatie.