Definities die `praatgraag` bevatten:
Kletserig = 1) Babbelachtig 2) Babbelziek 3) Flapuit 4) Geneigd tot kletsen 5) Geneigd tot veel kletsen 6) Indiscreet 7) Kletsgraag 8) Loslippig 9) Mededeelzaam 10) Niet kunnende zwijgen 11) praatgraag 12) Praatziek 13) Spraakzaam... extravert = ...
snel geneigd tot spreken.
1) Al te praatlustig 2) Babbelachtig 3) Flapuit 4) Geneigd tot veel kletsen 5) Indiscreet 6) Kletserig 7) Kletsgraag 8) Loslippig 9) Mededeelzaam 10) Praatgraag 11) Praat...
snel geneigd tot spreken. 1) Babbelachtig 2) Babbelziek 3) Flapuit 4) Gaarne sprekend 5) Geneigd tot spreken 6) Indiscreet 7) Kletserig 8) Kletsgraag 9) Loslippig 10) Mededeelzaam 11) Praatgraag 1...
Vorm van zelfgerichtheid, 'narcisme', waarbij iemand op een verhaal van iemand anders alleen maar reageert met het delen van zijn eigen ervaringen.
Neem regie voor dat gevoel, voor het idee dat je niet gehoord wordt. Dat kun je doen door te stoppen met je verhaal en een vraag te stellen, zoals: “Wat hebben jullie mij horen zeggen? Ik blijf namelijk maar praten omdat ik het gevoel heb dat jullie nog niet gehoord hebben wat ik eigenlijk wil zeggen.”
Mensen die introvert zijn praten vaak alleen als ze ook echt denken dat ze wat te zeggen hebben. De 'small talk' wordt dan vaak achterwege gelaten. Maar spreek een introvert persoon eens in een rustige situatie aan en praat over een onderwerp dat hem of haar interesseert, dan zal je snel op dit vooroordeel terugkomen.
Egocentrische mensen vinden het bijvoorbeeld fantastisch om telkens over hun favoriete onderwerp te praten: zichzelf. Ze doen er dan ook alles aan om het gesprek hun kant op te sturen. Jouw inbreng? Ach, niet belangrijk.
Als iemand slecht luistert, ook nadat je hem nadrukkelijk aandacht hebt gevraagd voor jouw boodschap, dan is het zaak de teugels wat strakker aan te halen. Nodig de slechte luisteraar uit voor een gesprek. Leg uit waarom het belangrijk is dat de boodschap goed overkomt. Vraag hem expliciet om er goed naar te luisteren.
Gebruik instemming als middel om het gesprek te onderbreken. Geef je gesprekspartner gelijk en wees enthousiast. Hierdoor is de kans groot dat hij of zij zich gevleid voelt en dat je gesprekspartner denkt dat jij aan dezelfde kant staat in het gesprek. Dit geeft jou een kans om het gesprek over te nemen.
Zorg dat je bewust extra langzaam gaat praten. Praat zo langzaam mogelijk, zonder dat het het echt te langzaam wordt. Als je de hele tijd langzaam praat, wen je eventueel (na een paar weken) aan die rustige tempo. Soms zul je vergeten langzaam te praten, dat geeft niet.
Genegeerd worden
Je voedt hun ego niet meer, je geeft geen narcistische voeding. Een narcist wordt nog liever gehaat dan genegeerd. Zelfs negatieve aandacht is voeding. Zij hebben het gevoel dat zij niet kunnen leven zonder aandacht, of dit nou positief of negatief is.
Mensen met een narcistische persoonlijkheidsstoornis houden weinig rekening met anderen. Ze kunnen zich niet zo goed in een ander inleven en gebruiken andere mensen vooral voor hun eigen doelen. Ze hebben een grote behoefte aan bewondering en reageren doorgaans met woede op elke vorm van kritiek of afwijzing.
Stel jezelf regelmatig bloot aan sociale situaties. Oefen zo vaak als je kunt. Begin klein, bouw je skills en zelfvertrouwen langzaam op, en merk hoe je steeds beter wordt in het aanknopen van gesprekjes. Weet dat de meeste mensen het heerlijk vinden om meer contact te hebben met de mensen om hen heen.
Je kunt vragen wat iemand nodig heeft of wat je voor iemand kunt doen maar wat als diegene dat gewoon niet weet. In dat geval kun je zelf ook met een voorstel komen. Huilen is misschien wel het beste wat er kan gebeuren. Huilen is een manier om emoties los te laten en spanning te verlichten.
Actief luisteren bestaat uit: iemand je volle aandacht geven, belangstelling tonen, iemand de ruimte geven zijn verhaal te doen, laten merken dat je aandachtig bent met een samenvatting, vragen stellen, doorvragen en feedback geven. Het lijkt vanzelfsprekend, maar ben jij een goede luisteraar?
Maak oogcontact, kijk de ander aan (maar ga niet zitten 'staren' naar de ander). Zet je belemmerende gedachten opzij, denk niet alvast na over wat jij wilt zeggen. Laat je niet afleiden, dus: mobiel uit, niet 'even' een verslag doorlezen of je mail checken. Luister' naar de lichaamstaal van de ander, observeer goed.