Iemand met PDD-NOS heeft bovengemiddeld veel autisme-kenmerken, maar niet genoeg voor de diagnoses
een aantoonbare achterstand of beperkingen in de sociale omgang, sociale contacten en – interactie met andere mensen. de communicatievaardigheden, zowel in woord als gebaar, schieten duidelijk te kort. het zich in een ander kunnen verplaatsen is niet goed ontwikkeld.
De exacte oorzaak van PDD-NOS is onduidelijk. Wel is gebleken dat aangeboren erfelijke factoren vaak een rol spelen. Naar schatting heeft ongeveer 80-90% van de mensen met PDD-NOS een erfelijke aanleg in de vorm van een kwetsbaarheid voor het ontwikkelen van de stoornis.
Mensen met het syndroom van Asperger hebben een normale tot hoge intelligentie. Mensen met de PDD-NOS hebben de sociale en communicatieve problemen zoals we die ook zien bij autistische stoornis/ klassiek autisme, alleen niet zo uitgebreid. In deze gevallen wordt dan gesproken over 'aan autisme verwante problematiek'.
PDD-NOS is nog niet te genezen en nog maar beperkt te behandelen. De behandeling bestaat uit een combinatie van voorlichting, medicatie, opvoedingsondersteuning, begeleiding op school en psychotherapie in de vorm van gedragstherapie en/of sociale vaardigheidstrainingen.
Kinderen die na de puberteit de diagnose PDD-NOS kwijtraken, zou je 'genezen' kunnen noemen. Greaves-Lord gebruikt die term liever niet. 'Ze blijven veelal belemmerd in het dagelijks leven door verminderd sociaal contact en hebben mede daardoor ook problemen op bijvoorbeeld school of werk.
PDD-NOS heeft invloed op de emotionele-, taal-, motorische ontwikkeling en het vermogen zich op anderen te richten en het sturen van het eigen gedrag in sociale situaties. Kinderen met deze stoornis ervaren vaak een ernstige beperking in het dagelijks functioneren en heeft gevolgen voor het gehele gezin.
Raakvlakken met ADHD en ADD
Belangrijk verschil is dat de concentratieproblemen en het hyperactieve gedrag bij PDD-NOS een andere onderliggende oorzaak hebben dan bij ADHD of ADD. Aan de hand van testen en ander onderzoek kan de juiste diagnose worden gesteld.
Voor zowel PDD-NOS als het Syndroom van Asperger en klassiek autisme werd Risperdal het meest gebruikt, gevolgd door Dipiperon en Ritalin. De geneesmiddelen werden voor diverse symptomen gebruikt.
Het kind en zijn of haar familie kan hierdoor zo vroeg mogelijk beginnen met de behandeling en begeleiding (Gezondheidsraad, 2009). Is de diagnose ASS of autisme levenslang? ASS wordt meestal gezien als een levenslange diagnose.
Hierdoor moet je als partner van iemand met autisme rekening houden met de volgende 'problemen': Een gebrek aan intimiteit en seks. Iemand met autisme voelt onvoldoende aan wat een ander wil, tenzij hem of haar dat duidelijk wordt gemaakt. Daarnaast ervaren autisten aanrakingen vaak meer of minder intens.
Klassiek autisme is de zwaarste vorm van autisme. PDD-NOS. Dit is een mildere variant van autisme. PPD-NOS heeft verschillende kenmerken, maar je hebt bij deze vorm van autisme vooral moeite met spreken, schrijven en lezen.
Problemen hebben met het goed aanvoelen van andere mensen. Weinig rekening houden met andere mensen. Moeite hebben met het maken van oogcontact (vooral kinderen), in sommige gevallen langs je heen kijken. Het lachen in reactie op de lach van iemand anders, lijkt zich minder te ontwikkelen.
PDD-NOS kenmerken kind en jongere
onhandig en angstig gedrag in sociale situaties. weinig begrip en gebruik van non-verbale signalen (oogcontact, gelaatsexpressie, lichaamshouding) het niet of nauwelijks leren van sociale ervaringen. het ontbreken van wederkerigheid in contacten.
Bijna 3 procent van de kinderen van 4 tot 12 heeft volgens de ouders of verzorgers autisme of een aanverwante stoornis, zoals het syndroom van Asperger of PDD-NOS. Dat komt overeen met zo'n 43 duizend kinderen. Deze stoornissen komen meer dan twee maal zo vaak voor bij jongens als bij meisjes.
Autisme komt voor bij 2 tot 5 personen per 10.000. PDD-NOS bij ongeveer 2 per 1000. Hoe wordt autisme of PDD-NOS vastgesteld? Het stellen van de diagnose autisme of PDD-NOS is specialistenwerk.
Asperger lijkt wat betreft sociale problemen en communicatieproblemen op klassiek autisme. Het verschil is dat mensen met Asperger wel goed kunnen praten en leren. Het is echter wel moeilijker voor deze groep om taal te begrijpen en te begrijpen wat andere mensen denken en voelen.
Autisme en ADHD komen vaak gezamenlijk voor, hoe vaak precies is nog onbekend. Wat betreft gedrag kennen de twee diagnoses opvallend veel overlap. Dit maakt het stellen van de juiste diagnose vaak lastig. De oorzaken van het gedrag kunnen totaal verschillend zijn.
Een goed diagnostisch traject neemt volgens de Zorgstandaard Autisme ongeveer twaalf tot veertien uur in beslag. Autisme-kenmerken komen bij alle mensen in meer of mindere mate voor.
Mensen met autisme kennen geen emoties. Smalltalk, oogcontact of een knuffel… Mensen met autisme hebben het doorgaans moeilijk met sociale interactie. Als kind valt het hen al zwaar om vriendschap te sluiten met leeftijdgenoten en vaak komen ze ronduit ongeïnteresseerd over.
"In een relatie is het geven en nemen", zegt Oscar, "maar als je met iemand met autisme bent, is het vooral geven. Je krijgt nooit hetzelfde terug als van iemand die geen autisme heeft. Mensen met autisme vinden intiem contact vaak lastig. Een knuffel kan dan al een romantisch gebaar zijn.