Voor het vak Nederlands in het Nederlandse onderwijs gelden de referentieniveaus taal (1F, 2F, 3F en 4F). Niveau 2F geldt als eindniveau voor de opleidingen op niveau mbo-2 en -3. Het niveau B1 van ERK/CEFR is sterk vergelijkbaar met niveau 2F. Niveau 3F geldt als eindniveau voor havo en mbo-4.
basisonderwijs: niveau 1F; vmbo, mbo-1, mbo-2 en mbo-3: niveau 2F; havo en mbo-4: niveau 3F; vwo: rekenen niveau 3F en taal niveau 4F.
Onderscheid 2F en 3F
De referentieniveaus 2F en 3F onderscheiden zich in de mate van abstractie, nabijheid en complexiteit. Op niveau 2F zijn de onderwerpen concreter en meer vertrouwd dan op niveau 3F. Niveau 3F kent meer complexe teksten, met een hoger abstractieniveau.
In alle vormen moet de kandidaat de hoofdgedachte kunnen weergeven, onderscheid kunnen maken tussen hoofd -en bijzaken, relaties leggen tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten, informatie ordenen voor een beter begrip (bijvoorbeeld op basis van signaalwoorden) en beeldspraak herkennen.
Per beroepsniveau is een taalniveau vastgesteld: Voor MBO-beroepen (zoals verpleegkundigen): taalniveau B1. Voor HBO-beroepen (zoals fysiotherapeuten, physician assistants, verloskundigen en de geregistreerd-mondhygiënisten): taalniveau B2.
Wat is niveau 3F? Het COE-3F is gebaseerd op de lees- en luistertaken die bij niveau 3F omschreven worden. Het gaat om het lezen van: informatieve teksten met een hoge informatiedichtheid, instructieve teksten en betogende teksten.
In het secundair volwassenenonderwijs kunt u cursussen volgen van de 2de en 3de graad BSO en TSO. Vroeger noemde men dit 'B2'. Het omvat ook het studiegebied 'Algemene Vorming' (het vroegere tweedekansonderwijs). Zo is het mogelijk om een volwaardig diploma secundair onderwijs te behalen.
Bij Schrijven en Spreken een of meer punten per vraag. Bij Lezen en Luisteren voor elk goed antwoord een punt; men kan dus 40 punten halen. De scores van de examens worden geprojecteerd op een 500-punten-schaal. Een score boven de 500 punten betekent geslaagd, onder de 500 punten gezakt.
De referentieniveaus (1F, 2F) kunnen op dezelfde manier worden geïnterpreteerd als bij Nederlands. Het instroomniveau in de brugklas moet hoger zijn dan 1F om het eindniveau van het rekenexamen (2F, oftewel score 91 of hoger) met enig gemak te kunnen halen.
Niveau 1S / 2F (streefniveau)
Kan teksten lezen over alledaagse onder- werpen, onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld van de lezer en over onder- werpen die verder van de lezer afstaan.
Eindexamen Nederlands
Op het havo wordt je kennis van de Nederlandse taal getoetst op niveau 3F. Bijvoorbeeld soorten teksten noemen, drogredenen herkennen en teksten samenvatten. Informatie verzamelen en in een gesprek presenteren en reageren op bijdragen van luisteraars en gespreksdeelnemers.
Niveau 2F geldt als eindniveau voor de opleidingen op niveau mbo-2 en -3. Het niveau B1 van ERK/CEFR is sterk vergelijkbaar met niveau 2F.
Basisschool: niveau 1F en 1S
Voor taal staat 1S gelijk aan de tweede stap in het basisniveau: 2F. Bij taal op niveau 1F moet je denken aan teksten met een eenvoudige structuur en met vaak gebruikte woorden. Bij 2F zijn de teksten iets ingewikkelder. Bij rekenen wordt op niveau 1F met eenvoudige getallen gerekend.
Taalniveau B1 staat voor eenvoudig Nederlands. De overgrote meerderheid van de bevolking begrijpt teksten op taalniveau B1. Ook mensen die geen (hoge) opleiding hebben gehad. Een tekst op B1-niveau bestaat uit makkelijke woorden die bijna iedereen gebruikt.
Het kan gebeuren dat je merkt nog maar één dag hebt om te leren voor een belangrijke toets. Misschien heb je dingen uitgesteld of had je te weinig tijd. Met discipline en focus kun je nog steeds slagen voor je examen, ook al heb je slechts één dag om je voor te bereiden.
Op een gewone dag volstaan 8 uur, zoals op een normale werkdag. Althans tijdens het semester. In de examens zelf is het anders. In de examens kan je beter 10 uur per dag studeren.
Taalniveau vwo
Op het vwo wordt je kennis van de Nederlandse taal getoetst op niveau 4F.
Het gemiddelde van al je cijfers op het centraal examen is een 5,5 of hoger (voldoende). Je voldoet aan de kernvakkenregel. Dit houdt in dat je maximaal één 5 als eindcijfer mag staan voor de kernvakken Nederlands, Engels of Wiskunde. Het gemiddelde van al je eindcijfers is een 6 of hoger (voldoende).
Als een examen relatief makkelijk is, wordt de N-term laag (minimaal 0,0). Je moet dan meer scorepunten halen voor een voldoende, dan wanneer een examen relatief moeilijk is. Is een examen relatief moeilijk, dan wordt de N-term hoger (maximaal 2,0, in principe).
Nederlands: eindcijfer minimaal een 5 (dan moet je voor rekenen dus wel minimaal een 6 halen). Telt mee voor slagen of zakken. Rekenen: eindcijfer minimaal een 5 (dan moet je voor Nederlands dus wel minimaal een 6 halen). Het resultaat van het rekenexamen telt mee voor het halen van je diploma.
taalniveau C2
C2 is het taalniveau van zeer taalvaardige mensen. Ze begrijpen eigenlijk alle teksten.
Taalniveau C2
Beheersing – kan zonder moeite alles begrijpen wat hij/zij hoort of leest en kan zichzelf spontaan, zeer vloeiend, precies en genuanceerd uitdrukken, ook in meer complexe situaties.
Vroegere benamingen voor diploma's in verschillende onderwijsniveaus. Afgestudeerden in een hogeschool behaalden een A1-diploma, afgestudeerden in het technisch secundair onderwijs (tso) behaalden een A2-diploma, enz.