ION staat voor "Inclusief ONderwijs". Dit bestaat erin om kinderen met speciale noden (bv. door een beperking) op te nemen in het gewone onderwijs en ze het onderwijsparcours van hun leeftijdsgenoten mee te laten volgen.
GON staat voor Geïntegreerd Onderwijs en is een samenwerkingsverband tussen het 'gewoon' en 'buitengewoon' onderwijs. Een leerkracht of paramedicus vanuit het buitengewoon onderwijs komt kinderen met een bepaalde diagnose en hulp- en zorgvragen begeleiden in het gewoon onderwijs, evenals het schoolteam.
Inclusief onderwijs, afkorting IOn, is een alternatief voor speciaal onderwijs (Nederland) of buitengewoon onderwijs (Vlaanderen) waarbij de nadruk ligt op het aanvaarden van de verscheidenheid en gelijkwaardigheid middels inclusie.
Samenwerkingsverbanden tussen scholen voor gewoon en buitengewoon onderwijs en ondersteuningsnetwerken zijn in de plaats gekomen van het geïntegreerd onderwijs (GON) en het project inclusief onderwijs voor leerlingen met een matige of ernstige verstandelijke beperking (ION).
Bij inclusief onderwijst ligt de focus op kwaliteitsvol onderwijs voor iedereen, zodat alle scholen elke leerling kunnen ondersteunen om de beste resultaten te behalen en volledig te participeren. En dit door van meet af aan te erkennen dat elke leerling anders is en andere behoeften heeft, en daaraan te voldoen.
,,Bij passend onderwijs is het vooral het kind dat zich – eventueel met ondersteuning – aanpast aan het bestaande systeem; bij inclusief onderwijs wordt het systeem passend gemaakt voor het kind”, zo luidde het in één van de bijgaande filmpjes.
Om tot dit inclusiever onderwijs te komen doet de Onderwijsraad drie aanbevelingen: Waarborg ondersteuning en toerusting op álle scholen en verbreed de huidige zorgplicht. Scholen moeten in elk geval lichte ondersteuning en toerusting bieden en werken toe naar zwaardere ondersteuning en toerusting.
Ondersteuningsvragen kunnen gesteld worden aan alle scholen voor buitengewoon onderwijs die in het schooljaar 2016-2017 GON/ION-begeleiding voor type 2, 4, 6 en 7 (auditieve beperking) deden. In een gewone school kunnen verschillende scholen voor buitengewoon onderwijs voor ondersteuning instaan.
Dit zijn ondersteuners met deskundigheid uit 3 types van het buitengewoon onderwijs: type basisaanbod: ernstige leermoeilijkheden. type 3:gedrags en emotionele problemen. type 9: autisme.
Onderwijsbehoeften zijn de voorwaarden of dingen die een kind nodig heeft om goed te kunnen leren. De onderwijsbehoeften verschillen per kind; een kind met dyslexie heeft andere onderwijsbehoeften dan een hoogbegaafd kind.
Inclusie gaat over het meedoen en erbij horen van mensen met een beperking. Vaak hoor je ook de term inclusieve of gevarieerde samenleving. Een samenleving waar iedereen kan meedoen. Een eenvoudige definitie van inclusie is: 'insluiting, het tegenovergestelde van exclusie (uitsluiting)' (van Dale).
Inclusief onderwijs betekent dat elke leerling kwalitatief onderwijs volgt in zijn eigen omgeving, samen met leeftijdsgenootjes. Lange busritten naar speciale scholen of internaten, dat is niet meer van deze tijd. We moeten de zorg naar de leerling brengen, niet de leerling naar de zorg.”
ReDiCoDi staat voor remediëren, differentiëren, compenseren en dispenseren.. ReDiCoDi-maatregelen zijn gelinkt aan de onderwijsbehoeften van leerlingen. Ze kunnen in elke fase voorkomen en behoren tot de redelijke aanpassingen die de school voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften moet doen.
Het ondersteuningsteam type 7 biedt ondersteuning in het basis- en secundair onderwijs voor kinderen en jongeren met een spraak-taalontwikkelingsstoornis en voor dove en slechthorende kinderen en jongeren.
Met een 'verslag van het CLB' kan een kind kiezen tussen het buitengewoon onderwijs of een individueel aangepast curriculum in een gewone school. Een 'gemotiveerd verslag van het CLB' geeft recht op ondersteuning in het gewoon onderwijs om het gemeenschappelijk curriculum te kunnen volgen.
Buitengewoon kleuter- en lager onderwijs type 7 richt zich tot kinderen met Spraak- en Taalontwikkelingsstoornissen (STOS) en een auditieve beperking.
Buitengewoon kleuter- en lager onderwijs type 4 richt zich tot kinderen die door een motorische en/of meervoudige beperking het gewoon onderwijs tijdelijk of permanent niet kunnen volgen.
Het buitengewoon kleuter- en lager onderwijs type 2 richt zich tot kinderen met een matige of ernstige mentale beperking. Bij De Leerexpert kunnen deze leerlingen een volledig leertraject volgen op dezelfde locatie, van kleuter tot schoolverlater.
Buitengewoon kleuter- en lager onderwijs type 3 is aangepast aan de opvoedings- en onderwijsbehoeften van kinderen met ernstige sociale, emotionele en/of gedragsproblemen, ook in combinatie met een autisme spectrumstoornis.
Gesprekken en afspraken van bijvoorbeeld de mentor met u en uw kind hebben nog niet tot het gewenste resultaat geleid. Het ondersteuningsteam wil daarom de zorgen uitgebreider met u en uw kind bespreken, om met elkaar tot de beste aanpak en ondersteuning voor uw kind te komen.
Het ondersteuningsteam op school is een deskundig team dat bij elkaar komt om leerlingen te bespreken die extra ondersteuning nodig hebben.
Bij peer tutoring gaat het om interventies waarbij studenten in paren of kleine groepen samenwerken en elkaar ondersteunen bij het leren. Dit kan in de vorm van cross-age tutoring, waarbij een oudere leerling een jongere leerling of een groepje jongere leerlingen studiebegeleiding aanbiedt.
Mensen bewust laten worden van wat ze kunnen en mensen mee laten doen. ' 'Inclusie is het samenbrengen van groepen mensen, laten integreren. Persoonlijk vind ik inclusie belangrijk zodat zwakkere doelgroepen binnen de samenleving ook mee kunnen draaien.
In het schooljaar 2020/2021 waren er 3.328 langdurig thuiszitters. Dat zijn leerlingen die langer dan drie maanden ongeoorloofd niet naar school zijn geweest. Dit aantal is fors minder dan een jaar eerder. Toen ging het om 4.921 langdurig thuiszitters.