De toestand waarbij je te veel spanning in je systeem hebt, wordt ook wel hyper-arousal genoemd. Je kunt je dan heel gespannen, onrustig, angstig of boos voelen. Je lijf heeft je vecht-vlucht systeem ingeschakeld, waardoor je de neiging kan hebben om actie te ondernemen en dingen te doen.
verhoogde prikkelbaarheid (hyperarousal symptoms), bijvoorbeeld moeite met in- en doorslapen; snel geprikkeld raken of woede-uitbarstingen krijgen, concentratieproblemen, verhoogde waakzaamheid en versterkte schrikreacties.
Hyper-arousal: hyperalertheid en spanningsklachten
Veel mensen met PTSS herkennen het gevoel van constant 'AAN' staan, niet kunnen ontspannen, altijd op je hoede zijn. Dit is een uiting van hyper-arousal: té gespannen zijn.
Patiënten met PTSS hebben verhoogde levels van noradrenaline in hun hersenen. Deze chemische boodschapper is betrokken bij onrust en stress. Dit kan verklaren waarom het voor mensen met PTSS moeilijk is om zich weer veilig te voelen na het meemaken van het trauma.
PTSS wordt gekenmerkt door 4 clusters van in totaal 20 symptomen, waarbij van elke categorie een minimaal aantal symptomen aanwezig moet zijn om te kunnen spreken van PTSS (zie Tabel 1). De vier symptoomcategorieën zijn: herbeleving, vermijding, negatieve gedachten en stemming, en hyperactivatie.
Complex trauma (type III) is een specifieke vorm van chronisch trauma. Dat komt voor als er verschillende traumatische gebeurtenissen zijn geweest die zijn begonnen toen een kind nog heel jong was en die veroorzaakt werden door volwassenen die voor het kind zouden moeten zorgen en het zouden moeten beschermen.
Prikkelbaarheid of hyperactivatie: dit kan zich uiten als moeite met in slaap komen en doorslapen, prikkelbaarheid, woede-uitbarstingen, concentratieproblemen, overmatige alertheid of stress. Vermijdingsreactie: het vermijden van gedachten, gevoelens of situaties.
Herbelevingen worden meestal uitgelokt (getriggerd) door een zogenaamde 'trigger'. Dit kan gaan om subtiele dingen, zoals een geur of de klank van iemands stem.
Wat maakt PTSS erger? Lang wachten met behandelen is de voornaamste reden voor toename van de PTSS klachten. Hoe langer je wacht, hoe erger de klachten worden. Een slechte leefstijl, waaronder ongezonde voeding, alcohol- of drugsgebruik, is een risicofactor voor toenemende klachten.
Exposure-therapie, ook wel blootstellingstherapie genoemd, zorgt ervoor dat patiënten zich in een veilige omgeving bevinden en roept dan het opgelopen trauma weer op. Op deze manier – het herbeleven van het trauma in een veilige omgeving - wordt geprobeerd de angst bij de patiënt blijvend te verminderen.
Trauma en het brein
Als de stress te hoog oploopt kan het lichaam daarop reageren met een actieve toestand (hyperarousal) om aan het gevaar te ontsnappen of met een passieve toestand (hypo-arousal).
Hypervigilantie is een staat van verhoogde alertheid. Als je hypervigilant bent, ben je extreem gevoelig voor je omgeving. Je bent je bewust van alle verborgen gevaren. Vaak zijn deze gevaren evenwel niet echt.
Bij vermijding ga je alles uit de weg wat aan de traumatische gebeurtenis doet denken. Zo bescherm je jezelf tegen de heftige emoties. Je 'vergeet' de hele gebeurtenis of bepaalde momenten eruit. Dit heet verdringing.
Een te hoog arousal (overprikkeld en overspoeld) voelt hetzelfde als een stressreactie. Je voelt je geprikkeld, verhit of verstijfd. Als gedrag kun je vecht-, vlucht- of bevriesreacties laten zien. Het uitvoeren van taken lukt niet meer en het is lastig om contact te krijgen.
Dit noemen we hyper- of hypo- arousal. Als dit af en toe gebeurt, kunnen we dit vaak wel aan. Met een paar interventies (bijvoorbeeld rust nemen, met iemand praten, knuffelen), met eventueel wat hulp van onze omgeving komen we weer terug in onze optimale zone.
Lichaam: Trauma kan leiden tot fysieke symptomen zoals pijn, spanning, vermoeidheid, slaapproblemen, en hypervigilantie (een verhoogde alertheid). Trauma kan ook leiden tot veranderingen in de hormoonspiegels en het immuunsysteem.
Luister aandachtig en oordeel niet. Het kost tijd om te herstellen van een trauma. Zeg dus niet “het gaat vast snel over” en schep geen valse verwachtingen. Iemand met een PTSS heeft geen vertrouwen in een veilige wereld.
Onder de verschillende symptomen van PTSS vallen onder andere agressie en prikkelbaarheid, maar bijvoorbeeld ook emotioneel afgevlakt zijn. Deze klachten hebben ook invloed op het dagelijks leven. Ook op de relatie met de mensen om iemand met PTSS heen, die ermee om moeten leren gaan.
Triggers leren herkennen en erkennen
Je reageert heftiger op een situatie dan past bij de situatie. Dat kun je ook herkennen aan de reactie van de mensen in de situatie. Zij zullen verbaasd of geschokt reageren. Je blijft piekeren over de situatie.
Ontstaan van de stoornis
Een dissociatieve stoornis hangt meestal samen met traumatische ervaringen. Denk bijvoorbeeld aan kindermishandeling, seksueel misbruik, of een groot verlies. Door dissociatie kan iemand nare gevoelens die naar boven komen door een traumatische ervaring wegdrukken en eraan ontsnappen.
Een trauma verbrijzelt iemands veilige aannames over de wereld om zich heen. Een van de nadeligste gevolgen is innerlijke fragmentatie en emotionele splitsing tussen lijf en hoofd, emoties en handelingen, aan- en afwezigheid.
Het hebben van een partner met PTSS kan veel negatieve invloed hebben op uw relatie. Daarom is het belangrijk om het zeer serieus te nemen zodat u het uiteindelijk een plaats kunt geven binnen uw relatie. Het is lastig om met een partner met PTSS om te gaan.
Lichamelijke gevolgen van PTSS
Iemand met PTSS ervaart ook vaker chronische pijn, zoals hoofdpijn, rugpijn, spierpijn en gewrichtspijn. Dit komt omdat je lichaam nooit echt tot rust komt. Daarnaast heeft iemand met PTSS ook vaak last van darmproblemen, maagpijn en misselijkheid.