Een holding kan één of meer werkmaatschappijen hebben. Dus de ondernemer is eigenaar van de holding en de holding is eigenaar van de werkmaatschappij. Zo spreidt u risico. De risicovolle bedrijfsactiviteiten zoals producten maken, opdrachten uitvoeren en personeel inhuren voert u uit met de werkmaatschappij.
Het grote nadeel is dat een holding extra werk oplevert. Je dient ook de boekhouding van de holdingmaatschappij bij te houden, een jaarrekening op te stellen en deze te deponeren bij de kamer van Koophandel. Er zijn dus operationele kosten verbonden aan een holdingmaatschappij.
Als het geld in de holding wordt belegd, dan moet over de eventuele winst immers vennootschapsbelasting (VpB) worden betaald. Wordt de winst vervolgens naar privé uitgekeerd, dan moet over het dividend nog ab-heffing worden betaald.
Als een dga de behaalde winst wil uitkeren naar privé, betaalt hij hierover inkomstenbelasting (IB). Deze belasting, ook wel box 2 belasting of aanmerkelijkbelangheffing genoemd, bedraagt vanaf 2021 26,9% en blijft vooralsnog hetzelfde in toekomstige jaren.
Stel je wilt privé een huis kopen, hierbij wil je het vermogen gebruiken dat in jouw holding zit. Om het huis vanuit de holding te betalen zijn er twee opties: Dividend uitkeren naar privé; Hypotheek vanuit de holding verstrekken aan jezelf.
1. De holding zelf Een holding draait geen omzet. Het is de bv waarin belangrijke vermogensonderdelen zoals geld, vaste activa als onroerend goed zijn ondergebracht. Meestal staan op de balans van een holding alleen financiële vaste activa.
De vuistregel voor veel ondernemers is dat een BV pas interessant is vanaf €100.000 winst. Dit is niet helemaal waar. Dit is namelijk geheel afhankelijk van het soort activiteiten, de branche waar je actief bent, en het aantal personeelsleden dat je hebt. De range loopt van €75.000 – €200.000.
De juridische route voor het tot stand brengen van een holdingstructuur bij omzetting van een eenmanszaak is de holding BV op te richten, waarbij deze tegelijkertijd de werk-bv opricht. De holding BV en werk-bv zullen vervolgens meteen een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting aan gaan.
Als ondernemer met een holdingstructuur zorg je ervoor dat jij je activiteiten scheidt van de waardevolle zaken, zoals bijvoorbeeld je website, merkrecht en de winst van je BV. Door deze zaken onder te brengen in je holding, kan jij ze niet 'kwijtraken' als de werk-BV failliet zou gaan.
Verkoop van de onderneming
In een holdingstructuur is het makkelijker om investeerders toe te laten treden of volledig te verkopen, omdat alleen de werkmaatschappij verkocht wordt. De persoonlijke pensioenvoorziening en eventuele panden en winstreserves blijven in de holding en worden niet mee verkocht.
Wat is een holding
Een holding is eigenlijk gewoon een doodnormale BV. De holding is gewoon de moedermaatschappij binnen een concern. Dat houdt in dat de holding meestal 100% van de aandelen houdt in de dochter; de werkmaatschappij. Dat kunnen er ook meerdere zijn.
Het verschil tussen een BV en de holding is dat de holding passief houdster is van aandelen in een BV. Een holding wordt gebruikt als kapstok om onderliggende BV's onder te hangen. Dit biedt juridisch en fiscaal voordeel. Een holding BV is niet meer dan de verzamelnaam voor meerdere BV's die zijn samengebracht.
Bij de start van je onderneming
Voor een holdingstructuur richt je bij de notaris eerst de holding bv op. Daarna richt de holding bv de werkmaatschappij bv op. Jij vertegenwoordigt daarbij de holding bv. Je wordt bij de oprichting van de holding eigenaar van de aandelen in de holding bv.
Een holdingstructuur houdt in dat één BV aandelen houdt in een andere BV. Deze andere BV wordt dochtervennootschap of werk-BV genoemd. Deze dochtervennootschap is hiërarchisch ondergeschikt aan de holding-BV. Als ondernemer houd je aandelen in de holding en de holding houdt op haar beurt weer aandelen in de werk-BV.
De vennootschapsbelasting is verdeeld in twee schijven. Over de eerste €395.000 winst betaal je 15%% belasting. Over de winst boven de €395.000 betaal je in 2022 25,8%. In 2021 was dit tarief nog 25%.
Je omzet bestaat uit de totale som van inkomsten die jij in een jaar gegenereerd hebt. Hier trek je alle gemaakte kosten (exclusief btw) vanaf. Het bedrag dat overblijft is je winst uit onderneming. Over deze winst uit onderneming betaal je belasting.
Als de BV geen winst maakt, of heel weinig winst maakt dan hoeft er ook geen loon aan de directeur uitbetaald te worden. Dat zou immers het paard achter de wagen spannen zijn. De Belastingdienst is er niet op uit om bedrijven verlies te laten leiden.
Besloten vennootschap (BV)
Wanneer je onderneemt vanuit een BV, wordt er vennootschapsbelasting betaald over de winsten die het bedrijf maakt. Over de eerste € 245.000 is dat 15% en daarboven 25%. Als de winst wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders, wordt er over dit bedrag 15% dividendbelasting geheven.
Vaak krijgt een holding geen BTW-nummer toegewezen. Op het Kamer van Koophandel (KvK) uittreksel staat in dat geval de SBI-code 'Financiële Holding' aangegeven. Een zuivere holding die alleen aandelen houdt, zal dan ook vaak geen BTW-nummer krijgen.
Een holding heeft recht op aftrek van btw voor zover de gemaakte kosten een rechtstreeks verband hebben met de door de holding verrichtte btw-belaste prestaties. Dit betekent dat de holding prestaties moet verrichten waarover zij btw berekent en afdraagt en met het oog hierop de kosten maakt.
Vanaf 2023 worden de mogelijkheden beperkt voor aanmerkelijkbelanghouders (aandeelhouders met tenminste 5% aandeel) om onbelast geld te lenen van hun eigen onderneming. Zij mogen vanaf dan nog tot 500.000 euro lenen, met uitzondering van bestaande eigenwoningschulden.
Het inkomen voor de maximale hypotheek wordt nu: € 25.000, het gemiddelde van de laatste 3 jaar. Wanneer de DGA een hypotheek aanvraagt, zal voor de bepaling van zijn inkomen voor de maximale hypotheek zijn salaris ad € 40.000 en het gemiddelde bedrijfsresultaat voor belastingen ad € 25.000. Totaal € 65.000.
Hoeveel kan ik maximaal lenen bij een verhuurhypotheek? De meeste geldverstrekkers financieren tot 70% van de woningwaarde in verhuurde staat. Bij sommige hypotheekverstrekkers is het mogelijk om tot 90% van de waarde in verhuurde staat te lenen.