Heeft iemand anders dan de ouders het gezag over een kind? Dan is er sprake van voogdij. Bijvoorbeeld als de ouders allebei zijn overleden. Ook een gecertificeerde instelling (een stichting jeugdbescherming bijvoorbeeld) kan de voogdij over een kind hebben.
Een vader, die getrouwd is met de moeder van het kind, krijgt automatisch het gezag. Een vader die niet getrouwd is met de moeder, dient echter het kind te erkennen en apart het gezamenlijke gezag aan te vragen. In de praktijk blijkt vaak dat de vader van het kind wel het kind erkend heeft, maar geen gezag heeft.
Werkt een gezagdragend ouder onvoldoende mee, dan kan een gezinsvoogd een schriftelijke aanwijzing geven. Wordt een aanwijzing niet nageleefd door de ouders, dan moet de GI weer naar de rechter voor een dwangmiddel. Dit kan een dwangsom zijn. De gezinsvoogd mag niet eenzijdig bijvoorbeeld een omgangsregeling inperken.
Het ouderlijk gezag is het gezag dat meestal beide ouders gezamenlijk hebben: gezamenlijk gezag. Het houdt in dat ze de plicht en het recht hebben om hun kind op te voeden en te verzorgen. Bij echtscheiding blijft het gezamenlijk gezag meestal in stand.
De ouder zonder gezag heeft geen recht op inzage of afschrift, maar enkel recht op informatie op basis van het dossier. Die informatie mag mondeling en/of op schrift worden verstrekt. Verder mag de ouder zonder gezag geen informatie ontvangen die de ouder met gezag ook niet mag ontvangen.
Het kind opvoeden en verzorgen
In de wet staat dat u moet zorgen voor het lichamelijke en geestelijke welzijn van uw kind. En dat u het moet helpen om zijn of haar persoonlijkheid te ontwikkelen. U mag het kind niet mishandelen. En u moet de band van het kind met de andere ouder bevorderen.
U mag als voogd officiële handelingen uitvoeren namens het kind. In plaats van de ouder(s) beheert u ook het vermogen van het kind.
Een voogd is in het recht een handelingsbekwame (rechts)persoon die instaat voor de persoon en de goederen van een onbekwame minderjarige, soms pupil genoemd. De voogd kan de taak van de ouders overnemen wanneer deze komen te overlijden of wanneer deze het kind "niet meer kunnen hanteren".
Uw gezag eindigt automatisch als uw kind 18 jaar wordt. U kunt uw gezag ook verliezen omdat de rechter dat bepaalt. Bijvoorbeeld als u uw kind slecht behandelt.
Ontzetting uit het ouderlijk gezag
Als ouders zich verwijtbaar misdragen tegenover hun kind, kunnen zij uit het ouderlijk gezag ontzet worden. Het gezag over het kind wordt dan meestal overgedragen aan het Bureau Jeugdzorg. Dit bureau oefent dan de voogdij over het kind uit. Het kind gaat naar een pleeggezin of tehuis.
U kunt niet zelf een verzoek tot eenhoofdig gezag doen bij de rechtbank. Dat moet een advocaat voor u doen. Wordt het verzoek tot eenhoofdig gezag toegewezen? Dan geeft de rechtbank het gezag aan 1 van beide ouders.
De moeder heeft van rechtswege het gezag over een kind. Bij het weigeren van de moeder om medewerking te verlenen aan het aanvragen van gezamenlijk gezag, kan de vader een verzoek bij de rechtbank indienen. Onze advocaat personen- en familierecht bespreekt die procedure aan de hand van een recente uitspraak.
Als u een voogd wilt aanwijzen voor uw minderjarig kind, heeft u 2 mogelijkheden. U kunt een voogd aanwijzen in het gezagsregister bij de rechtbank. Of u kunt een voogd benoemen in uw testament. Een voogd krijgt het gezag over minderjarige kinderen na het overlijden van de ouder(s).
Geen voogd
In het geval dat niemand de voogdij op zich wil of kan nemen, krijgt een instantie (bijvoorbeeld Stichting Jeugdbescherming) het gezag over het kind. Vervolgens zal de instelling een pleeggezin zoeken of het kind begeleiden met zelfstandig wonen.
Om als vader of partner het ouderlijk gezag te krijgen, moet u samen een verzoek doen bij de rechter. Dit kan pas als u juridisch ouder bent. Daarvoor moet u het kind erkennen.
U voorkomt getouwtrek om uw kinderen tussen families, Kinderbescherming en rechter. U zorgt voor een veilige en vertrouwde situatie voor uw kinderen voor het geval ze in een dergelijke verdrietige situatie terecht komen. U stelt het vermogen van uw kinderen veilig.
Voogdij is een vorm van gezag waarbij het gezag niet bij de ouders ligt, maar bij een of twee voogden. De keuze hiervan kan door de ouders of door de rechter worden gedaan. Wanneer een minderjarige onder voogdij staat, is de voogd verplicht om te zorgen voor de minderjarige en om hem op te voeden.
Uw voogdij eindigt als het kind 18 jaar wordt. De voogdij kan ook stoppen omdat 1 of beide ouders het gezag weer terugkrijgen. Als de voogd overlijdt, benoemt de rechter opnieuw een voogd.
Een gezinsvoogd of jeugdbeschermer heeft, anders dan de ouder(s) of voogd van een kind, geen gezag over het kind waarop hij toeziet. Dat betekent dat u een gezinsvoogd geen toegang mag geven tot het medisch dossier van het kind.
Ouders met gezag zijn verplicht om bij te dragen in de zorg en opvoeding over hun kinderen. In veel gevallen is het zo dat de moeder het eenhoofdig gezag heeft. Geeft de moeder geen toestemming voor het gezamenlijk gezag, dan moet de vader het gezag aanvragen via de rechtbank. Dit verloopt via een advocaat.
Recht op omgang met je kind is dus een wettelijk recht voor vaders. De wet geeft aan dat alleen in uitzonderlijke gevallen dit recht van vader op een omgangsregeling kan komen te vervallen. Moeder kan niet zomaar een omgangsregeling van vader weigeren en het kind weghouden bij vader.
Juridisch gezien hebben zowel de biologische vader als de juridische vader (na erkenning) recht op omgang met het kind. Ook als je als biologische vader het kind niet hebt erkend heb je recht op omgang. Dit is wettelijk vastgelegd. De omgang van de ouders met het kind wordt doorgaans vastgelegd in een ouderschapsplan.
Gezag andere ouder stoppen
De rechter stopt het gezamenlijk gezag alleen als het in het belang is van het kind. De rechter bepaalt ook wie van u het gezag dan krijgt. Heeft u meer kinderen, dan bepaalt de rechter voor ieder kind apart wie het ouderlijk gezag krijgt.