In de Renaissance werden figuren in de schilderkunst in een denkbeeldige driehoeks/ovaal-compositie gerangschikt, dit werd als evenwichtig en harmonieus ervaren. In de barok was er echter sprake van een feestelijke en uitbundige stijl en actie die de schilders probeerde vast te leggen.
Ze werden opdrachtgevers van een wereldlijke schilderkunst die bloeide als nooit tevoren. De barok volgt de renaissance op. Er zijn een aantal grote verschillen in benadering van de kunsten, maar ook overeenkomsten tussen beide stromingen.
De stijl die tussen 1600 en 1750 beeldende kunst en architectuur overheerste, wordt aangeduid met 'barok'. Kenmerkend voor de barokstijl zijn draaibewegingen, sterke licht-donkercontrasten en andere theatrale effecten om de toeschouwer in vervoering te brengen. De naam ontstond eind 18de eeuw.
De barok heeft zijn oorsprong in Italië, waar rond 1600 Caravaggio met grote lichteffecten meer dramatiek in zijn werk probeert te krijgen. Zijn realistische stijl wordt snel populair en vindt navolgers in heel Europa.
In de 19e en 20e eeuw krijgt de barok opnieuw aandacht en komt een neobarokke stijl op, een voorbeeld van historisme. Misschien wel het bekendste voorbeeld van deze neobarokke stijl is de Opéra Garnier in Parijs. In Nederland is de stijl weinig gebruikt.
De renaissance is – onder andere – een stijlperiode. Het gaat daarbij met name om de schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur uit de veertiende tot en met de zestiende eeuw. De levensopvattingen, levensstijl en kunst van de renaissance verspreidden zich vanuit Italië over een groot deel van Europa.
Oorzaken van de Renaissance
In Italië waren zelfstandige stadstaten zoals Florence en Venetië rijk geworden door handel met het Midden-Oosten tijdens de Kruistochten . Naast rijkdommen kwam er ook veel kennis uit deze gebieden, waar de wetenschap verder ontwikkeld was dan in het middeleeuwse Europa.
Het was in de late middeleeuwen tijd geworden voor een nieuwe manier van denken over wetenschap en kunstvormen. In die periode, omstreeks 1400, begint de kunst van de renaissance op te komen. Een eeuw later komt de renaissancestijl kortstondig tot bloei tijdens de hoogrenaissance (ca. 1500-1520).
De mensfiguren uit de Renaissance zijn stuk voor stuk geïdealiseerd. Ze doen denken aan Griekse en Romeinse beelden. Daarnaast vormen ze niet meer een onderdeel van architectuur, maar zijn het vrijstaande beelden. David was het eerste naakt dat sinds de Oudheid op dit enorme formaat (5,50 meter) werd gemaakt.
In de muziek omvat de Barok de periode van ca. 1600 tot 1750. De Barok volgde op de Renaissance.
Er kwamen steeds meer rijke mensen en de mensen kregen steeds meer vrije tijd. Niet alleen de adel beschikte over vrije tijd, maar ook de burgers. De mensen deden spelletjes, dronken gezellig iets samen, studeerden of maakten muziek. Tijdens de Renaissance maakten de mensen voor hun plezier muziek.
Kenmerken van de Renaissance
De belangrijkste vooruitgang op het gebied van de schilderkunst was het gebruik van perspectief. Hierdoor kregen de werken een betere dieptewerking. De gouden en éénkleurige achtergronden van de Middeleeuwen werden daarom vervangen door landschappen en stadsgezichten.
Het dagelijks leven De manier van leven veranderde in de renaissance drastisch. De meest in het oog springende verandering was wel dat er een scheiding kwam tussen het privé-leven en het openbare leven. In de middeleeuwen was er nauwelijks sprake van privacy, ook niet voor de rijken.
Samenvatting Renaissance (1500-1700)
Er zijn een aantal belangrijke verschillen tussen de Middeleeuwen en de Renaissance. Zo staat bijvoorbeeld in de Middeleeuwen God centraal en dit maakt in de Renaissance plaats voor de mens. Ook draait het in de Middeleeuwen vooral op de hemel en om het geloof.
Het concept is enigszins vergelijkbaar met school (stroming) of stroming. Enkele bekende stijlperioden zijn romaans (kunst/architectuur), gotiek (kunst/architectuur), renaissance, barok, neoclassicisme, symbolisme, modernisme en postmodernisme.
De rococo is een Europese stijlperiode in de beeldende en toegepaste kunsten, die haar hoogtepunt beleefde tussen 1730 en 1760. De naam is afgeleid van het Franse woord rocaille, een asymmetrisch schelpmotief dat in de 18e-eeuwse barok veel gebruikt werd in met name de toegepaste kunst.
Georg Friedrich Händel (Engels: George Frideric Handel) (Halle an der Saale, 23 februari 1685 – Londen, 14 april 1759) was een barokcomponist. Händel schreef veel muziek-dramatische werken: 42 opera's, 29 oratoria, meer dan 120 cantates, trio's en duetten.
Toonaangevend meester van de gouden eeuw
Rembrandt van Rijn is een van de beroemdste Hollandse meesters uit de zeventiende eeuw. De stijlperiode waarin Rembrandt zijn schilderijen, tekeningen en etsen maakte staat bekend als de barok.
Bouwkundige kenmerken van de Renaissance
- Het gebouw bestaat uit geometrische vormen, gescheiden of geaccentueerd door pilasters en lijsten (banden die uit de gevel komen) en later voluten en rolwerk.
Aan het begin van de Renaissance was Nederland achtergebleven gebied. Maar dankzij een nieuwe generatie reizende kunstenaars kwam ons kikkerlandje in contact met Dürer, Rafael en Van der Weyden. Uit deze multiculturele mix ontstond de Nederlandse renaissancekunst.