Voor- en tegenstanders In Eritrea heerst een dictatuur. Er is geen persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting en religie zijn beperkt, zegt de mensenrechtenorganisatie Amnesty International. Kritiek op de regeringspartij en president wordt bestraft met verdwijningen, marteling en lange gevangenisstraffen.
Veel mensen ontvluchten Eritrea vanwege de dienstplicht. Deze loopt vaak op tot meer dan tien jaar en is door de VN bestempeld als een vorm van dwangarbeid. Deserteurs en dienstweigeraars worden wreed bestraft en ook hun families lopen gevaar. Eritrea kent geen persvrijheid of vrijheid van meningsuiting.
Grensconflicten: Na de onafhankelijkheid van Eritrea in 1991 ontstonden er geschillen over de exacte grenslijn tussen Eritrea en Ethiopië. Dit leidde tot gewelddadige grensconflicten, vooral rond de betwiste regio van Badme, wat uiteindelijk uitmondde in de Eritrees-Ethiopische Oorlog.
Het onderzoek laat zien dat het overgrote deel van de recent gearriveerde Eritrese nieuwkomers van het platteland komt en weinig opleiding heeft genoten. De 'oneindige' dienstplicht is de belangrijkste reden om het land te ontvluchten. Een Eritreeër vertelt: 'Je weet niet tot wanneer je erin zit.
In deze rangschikking van top 5 landen met de meeste overheidsschulden vinden we op plaats 4 Eritrea terug met een verhouding schuld/bbp van 146,3%. De economie van het Afrikaanse land zit aan de grond, waarbij structurele hervormingen quasi onbestaande zijn en er niet geïnvesteerd wordt.
Vanaf 1961 voerden Eritrese opstandelingen een guerrillaoorlog om de provincie Eritrea te bevrijden van de controle van het Ethiopische rijk onder Haile Selassie en later de Derg onder Mengistu. Hun inspanningen waren uiteindelijk succesvol in 1991 met de val van het Derg-regime. Ethiopië werd een land zonder zeekust.
In Eritrea zijn de twee grootste godsdiensten het christendom en de islam (voornamelijk soennieten). 63% van de bevolking is christen. Het belijden van de christelijke religie is toegestaan voor volgers van de Eritrees-orthodoxe Tewahedo-kerk, de Rooms-Katholieke kerk en de Evangelische (Lutherse) Kerk van Eritrea.
Isaias (Isayas) Afewerki (Tigrinya: ኢሳይያስ ኣፈወርቂ), ook wel Afwerki of Afeworki (Asmara (Eritrea), 2 februari 1946) is sinds het land in 1991 onafhankelijkheid verkreeg president van Eritrea. Hij heerst sindsdien als dictator over zijn land.
Eritrea staat op plaats 175 van de 193 landen in de Human Development Index. Dit betekent dat het land laag ontwikkeld is met een laag inkomen per inwoner, waar veel mensen in armoede leven en tweederde van de bevolking analfabeet is. Er wonen onge- veer 3,5 miljoen mensen.
Dat is een groep tegenstanders van het Eritrese regime, die eerder ook bijeenkomsten verstoorde in Zweden, Canada en Israel. Leden van deze oppositiegroep zien de culturele bijeenkomsten en feesten van de regeringsgezinde landsgenoten als een manier om het Eritrese regime te verheerlijken.
In het kort. De kleurcode van het reisadvies is rood voor grensgebieden van Eritrea met de buurlanden. Wat uw situatie ook is: reis niet hierheen.Het is er te gevaarlijk.
In de oudheid kende het gebied wat we nu kennen als Eritrea zijn hoogtijdagen als het koninkrijk Aksum. Een handelsrijk dat bestond vanaf het jaar 100 tot 940 en dat rijkdom kende door de handel in ivoor. Het koninkrijk sloeg zijn eigen munten en rijkte zo ver als tot de Romeins-Egyptische grens.
De legers van Ethiopië en Eritrea en aanverwante milities zijn verwikkeld in een bloedige strijd met het Volksbevrijdingsleger van Tigray. Dat wil de macht over het eigen gebied. De oorlog in Tigray duurt al bijna twee jaar en heeft aan tienduizenden mensen het leven gekost. Miljoenen mensen zijn op de vlucht geslagen.
Het land heeft veel kerken en gebedshuizen, waardoor het een belangrijk spiritueel centrum is voor gelovigen over de hele wereld. Bovendien betekent de religieuze diversiteit van het land dat ook mensen met andere geloofsovertuigingen vrij hun gang kunnen gaan in Eritrea.
In Eritrea is er echter geen oorlog. Was het land tot 1991 nog verwikkeld in een bloedige onafhankelijkheidsstrijd tegen Ethiopië, inmiddels is het een officieel erkende staat, waar vrede heerst.
Er wordt afgeraden om te reizen naar en in de grensgebieden van Eritrea met de buurlanden. Niet alleen komen er in deze gebieden geweldsincidenten voor, er liggen ook nog landmijnen. In het grensgebied met Djibouti is er nog steeds een territoriaal conflict en zijn er politieke spanningen.
Er zijn drie officiële talen in Eritrea: Tigrigna, Arabisch en Engels. Soms spreken de wat oudere lokale zakenmensen ook nog wel eens Italiaans. Groet een Eritreeër met 'Selam', wat vrede betekent.
Suwa is een traditioneel lokaal bier dat populair is in Eritrea. Het wordt meestal gemaakt van gerst en soms ook van maïs. Suwa heeft een lichte zurigheid en wordt vaak thuis gebrouwen. Het is een sociaal drankje dat bij speciale gelegenheden en bijeenkomsten wordt genoten.
Eritrea scheidde zich af van Ethiopië tijdens hun onafhankelijkheidsoorlog (1961-1991). De onafhankelijkheid van Eritrea werd formeel erkend toen het land in 1993 na een referendum werd toegelaten tot de VN.
De belangrijkste godsdiensten in Ethiopië zijn de islam (34 procent) en het christendom (63 procent). Het merendeel van de christenen is aanhanger van de Ethiopisch-orthodoxe kerk. Daarnaast is er een kleine groep katholieken en protestanten.
Dezelfde man die de Eritrese onafhankelijkheidsstrijders naar de overwinning hielp, Isaias Afewerki, is nu de eerste en enige president van het land. Zijn partij, de People's Front For Democracy and Justice (PFDJ) is de enige toegestane partij.