Grondwerk zorgt ervoor dat het paard gehoorzaam en gemotiveerd met de ruiter meewerkt. Het paard leert om te luisteren naar de hulpen en ontwikkelt de juiste spieren. Zo wordt het paard voorbereid op het longeren, werk aan de hand en het rijden en het rechtrichten in vrijheid.
Grondwerk is eigenlijk een heel algemeen begrip. In principe is grondwerk al het werk of training wat je met je paard op de grond doet, dus waarbij je er niet op zit.
Grondwerk is niet meer weg te denken uit een goede training van het paard. Het zorgt niet alleen voor een beter communicatie maar brengt ook meer vertrouwen in de relatie tussen paard en ruiter. Op de grond is er ruimte om te praten met elkaar.
Denk bijvoorbeeld aan een laken (op de grond of laten wapperen), paraplu of parasol (neerzetten of onverwachts openklappen), zeil op de grond leggen en daaroverheen lopen, vlaggetjes of slingers ophangen, onder dingen door lopen, gebruikmaken van een toeter, ratel of radio.
Bewegen. De manier waarop je beweegt verraad spanning of laat ontspanning zien. Een paard is hier gevoelig voor en zal zich makkelijker aansluiten bij iemand die vanuit ontspanning beweegt. Zorg dan ook voor lichaamsbeweging en oefeningen buiten de tijd dat je met je paard bezig bent.
Het paard likt en bijt zachtjes in je handen
Misschien wil het paard gewoon een snoepje van je. Maar het kan soms ook duiden op iets wat speelt bij jou, bijvoorbeeld als je vingers gevouwen zijn en het paard iets harder gaat bijten in je vingers.
Een hele goeie plek, is de plek vlak achter de schoft, daar waar het zadel zou liggen. Het is de plek waar paarden elkaar 'groomen' (=elkaar zachtjes kroelen en masseren met de voortanden en lippen), uiteraard alleen als ze elkaar leuk vinden.
Leer je paard zelfcontrole door middel van een gang.
Heb je dat ook wel eens? Je begint te draven en de draf gaat harder en harder en opeens wordt het een angstige snelle galop. Om te stoppen moet je je paard inbuigen tot een halt. Laat je de teugel vieren, dan schiet hij er weer vandoor.
Ze rennen niet weg als ze rustig, vetrouwend en comfortabel met de ruiter zijn. Omdat op hol slaan een op angst gebaseerde reactie is, begint het herstel met het verdienen van het vertrouwen van je paard. Voor sommige mensen is dat erg moeilijk omdat ze er de tijd niet voor willen nemen.
Het grondwerk vormt in de bouwnijverheid en grond-, weg- en waterbouw het eerste stadium in een bouwproject. Het bestaat uit het ontgraven en verzetten van grond, het leveren en aanbrengen van grond, grind en zand.
Niet alleen rijden
Zorg ervoor dat je niet alleen naar je paard gaat om hem aan het werk te zetten. Maar ga ook een keer met hem wandelen of laat hem lekker grazen. Of geef hem eens een uitgebreide poetsbeurt. Probeer tijdens die lekkere poetsbeurt de plekjes op te zoeken die je paard lekker vind.
In tegenstelling tot mensen waarbij de oorzaak vaak in de luchtpijp zit, komt het stikken bij paarden meestal voor in de slokdarm, de spierbuis die voedsel van de mond naar de maag transporteert.
Voor een jong paard kan een oefening zowel fysiek als mentaal te zwaar zijn. Fysiek te zwaar is bijvoorbeeld kleine rondjes lopen, veel zijwaarts gaan e.d. en mentaal te zwaar kan bijvoorbeeld een wandeling zijn met veel 'enge objecten', of een oefening 20 keer herhalen tot hij eindelijk eens goed gaat.
Met je rechterhand pak je het touw een klein stukje onder het halster. Met je linkerhand houd je het uiteinde vast, zodat dit niet over de grond sleept. Draai het uiteinde van het touw NOOIT om je hand. Als een paard schrikt en wegrent, zit het touw vast om je hand.
Rennen zijn hun passie, ze houden van adrenaline. En de paarden voelen het zeer zeker wel – om die reden proberen ze uit alle kracht voor hun te winnen. De paarden op onze renbaan behoren toe aan kunstenaars en aan ondernemers.
De rengalop zie je vaak op de renbaan. Paard Mens stap 5 km /uur 4 km /uur wandelen draf (arbeids) 8 km /uur 8 km/uur joggen draf (renbaan) 54 km /uur 43 km /uur sprinten galop (arbeids) 16-27 km /uur galop (renbaan) 63 km /uur Page 5 Afstand Niet alleen snelheid is belangrijk maar ook afstanden.
Het paard kan niet op een veld terecht komen waar al een stuk op staat van de eigen kleur. Omdat het paard niet langs een rechte lijn beweegt, kan het een dame, loper, of toren slaan, zonder zelf door dat stuk geslagen te kunnen worden.
Het weigeren of stoppen voor de sprong kan verschillende redenen hebben: Je rijdt je paard niet passend bij de sprong. Je geeft verkeerde hulpen. Een paard heeft weinig ervaring in het parcours.
Vlak voor je bij de letter bent waar je van hand gaat veranderen, kijk je in de richting waarheen je wilt en stuur je je paard met twee teugels die kant op. Kijk goed naar de letter waar je naartoe wilt. Als je aan het einde van de lijn bent, stuur je het paard de hoefslag weer op.
Een paard bokt uit vrolijkheid en/of frisheid. Bokken kan ook een vorm van verzet zijn, bijvoorbeeld na een tik met de zweep. Bokken kan ook een uiting van ongemak of pijn zijn, bijvoorbeeld als het tuig (meestal het zadel) niet goed past of de ruiter niet goed zit en het paard daardoor pijn heeft.
Als de oren een beetje slap opzij en naar achter staan, is het paard een beetje doezelig. En wanneer de oren plat in de nek staan kun je maar beter oppassen; het paard is dan erg kwaad en neemt snel maatregelen wanneer iets hem niet bevalt. Deze merrie staat te doezelen.
Bij een eerste begroeting rekken paarden hun halsspieren op om afstand van elkaar te houden en de oren zijn gespitst. Paarden ruiken aan elkaar en bij wederzijdse genegenheid blazen de paarden lucht uit de neusgaten richting de neusgaten van de ander. Soms hummen en hinniken ze ook.