De negentiende eeuw noemen we hier de tijd van burgers en stoommachines. In dit tijdvak werd er een democratie gevormd en ontstonden de eerste emancipatiebewegingen. Maar ook de wetenschap groeide nog steeds door. Er werden vele ontdekkingen gedaan die grote gevolgen in de geschiedenis hebben gehad.
Kenmerkende aspecten: De opkomst van politieke stromingen. De industriële revolutie.
Een stoommachine is een motor (of in bredere zin een machine), die door middel van onder druk staande stoom (vaak als gevolg van verhitting door verbranding van steenkool) mechanische arbeid levert.
Het eerste patent op een stoommachine werd op 2 juli 1698 verleend aan de Engelse uitvinder Thomas Savery. Zijn Engine to Raise Water by Fire was bedoeld om water uit mijnen te pompen, zodat mijnwerkers dieper konden graven en geen natte voeten kregen.
Door de stoommachine, een uitvinding van James Watt, kon er sneller en efficiënter worden geproduceerd. Naast stoommachines was de komst van stoomtreinen en stoomschepen ook erg belangrijk. Zo werd de eerste spoorlijn gebouwd in Engeland in 1825.
Tijdvak 10 is de tijd van Televisie en Computer. Dit tijdvak begint in het jaar 1950 en duurt tot 2000. Het tijdvak beslaat de tweede helft van de twintigste eeuw. De geschiedenis eindigde natuurlijk niet in het jaar 2000.
tijdvak 7: tijd van pruiken en revoluties (1700-1800) tijdvak 8: tijd van burgers en stoommachines (1800-1900) / tijdvak 9: tijd van de wereldoorlogen (1900-1950)
Kenmerkende aspecten: Wereldwijde handel en de wereldeconomie. Het bestuur en de culturele ontwikkelingen in Nederland.
De tijd van steden en staten. De tijd van steden en staten, daarmee hebben we het over de periode 1000 - 1500. Deze periode wordt ook wel de late middeleeuwen genoemd. Mensen gingen steeds meer in steden wonen en oefenden daar een ambacht uit, denk bijvoorbeeld aan bakker of smid.
Het volk kwam in opstand. De koning werd van de troon gehaald en terecht gesteld. Dit gebeurde door middel van een nieuwe uitvinding. Dankzij de guillotine konden ze heel snel mensen onthoofden.
Regenten waren de bestuurders van de Nederlandse steden in de 17e eeuw en de 18e eeuw. De macht was daar in handen van regentenfamilies, die vaak elkaar de bal toespeelden.
De 19e eeuw (van de christelijke jaartelling) is de 19e periode van 100 jaar, dus bestaande uit de jaren 1801 tot en met 1900.
De Nieuwe Tijd is volgens de traditionele indeling de periode in de westerse geschiedenis die volgt op de Middeleeuwen (476-1450) vanaf ongeveer 1450. De term kan twee verschillende betekenissen hebben: de hele periode na de Middeleeuwen tot heden. In dat geval duurt de Nieuwe Tijd tot vandaag de dag.
Kenmerkend aspect 37: Het voeren van twee wereldoorlogen bij tijdvak 9: Wereldoorlogen. De eerste helft van de twintigste eeuw kende twee oorlogen van een mondiaal (wereld) niveau: de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) en de Tweede Wereldoorlog (1939-1945).
De 17e eeuw (van de christelijke jaartelling) is de 17e periode van 100 jaar, dus bestaande uit de jaren 1601 tot en met 1700.
De prehistorie: tot 3300 v.Chr. De oudheid: van 3300 v.Chr. tot 476 n.Chr. De middeleeuwen: van 476 n.Chr. tot 1453 n.Chr./1492 n.Chr. De nieuwe tijd: van 1453 n.Chr./1492 n.Chr. tot 1789 n.Chr.
Soorten geschiedenis
Genealogie, onderzoek naar voorouders. Historiografie, wetenschappelijk onderzoek. Mythologie, verzameling van verhalen over de goden. Paleontologie, het bestuderen van fossielen.
Een kind werd beschouwd als een kleine volwassene en het kind werd ook zo behandeld. Ze werden gezien als extra handen die konden bijdragen aan de arbeid die nodig was om het gezin in leven te houden. Ze begonnen actief mee te doen in activiteiten zoals jagen, landbouw en opvoeding zodra ze competent genoeg waren.
De middeleeuwse samenleving was ingedeeld in standen. Bovenaan stond de koning of keizer met daaronder de geestelijken. Daarna de edelen (graven, hertogen en ridders) en onderaan de boeren en burgers. Rond 800 behoorde Nederland tot het Frankische rijk, met Karel de Grote als koning.
Mensen hadden toen nog geen stromend water in hun huizen. Een douche aanleggen kon eigenlijk nog niet. Mensen wasten zich meestal met koud water. Tot zo'n vijftig jaar geleden gingen kinderen één keer per week in bad.
Wij leven nu in de 21e eeuw. Deze eeuw loopt van 2001 tot en met 2100. Een nieuwe eeuw begint bij een jaartal dat eindigt op 01 en eindigt op een jaartal dat eindigt op 00 (bijvoorbeeld 1801 tot en met 1900).
In de vruchtbare sikkel, waar ongeveer 10.000 jaar geleden de landbouw werd uitgevonden, ontstond de Sumerische beschaving (ca. 4500 v. Chr.). Deze wordt als de eerste beschaving ter wereld gezien.
rond 3500 v. Chr. trekken de Sumeriërs Neder-Mesopotamië binnen. Hun herkomst staat niet vast; men vermoedt Anatolië, maar India is ook goed mogelijk.
Maar het fundament van de rijkdom werd gelegd met de handel in Europa: de graanhandel en houthandel op het Oostzeegebied of moedernegotie. In de Europese- en wereldeconomie ging Amsterdam een zeer belangrijke rol spelen. De bloeiende handel leidde tot een grote en zeer rijke klasse van kooplieden.
Het woord regent zegt wat de heren deden, regeren. Ze waren burgemeester of vroedschap, zaten in waterschapsbesturen en werden afgevaardigd naar de Staten in Den Haag; daar werd beslist over oorlog en vrede. De regenten waren machtig omdat ze rijk waren. In Amsterdam vormden ze zelfs een gesloten stand.