Ouders voelen vaak aan dat er iets met hun kind aan de hand is, maar kunnen er niet altijd de vinger op leggen. Soms zijn het vage klachten, maar soms zijn er ook al duidelijke problemen. Hersenen van kinderen en jongeren zijn nog volop in ontwikkeling. Hersenen zijn altijd aan het werk, zelfs tijdens het slapen.
Een gedragsprobleem kan komen door een gedragsstoornis, maar kan ook een combinatie zijn met een ander probleem, zoals ADHD, autisme of een hechtingsprobleem. Ook kan een gedragsprobleem vaak niet aan een diagnose worden gekoppeld. Een kind heeft boze buien, moeite met luisteren, zit niet lekker in zijn vel.
Fladderen bij opwinding is een heel normaal verschijnsel. Bijvoorbeeld als je elkaar na een tijdje weer ziet en jouw kind heel enthousiast is. Bij heftige emoties kan het fladderen nog langer duren. Soms gaat een kind erbij springen of rondjes draaien.
Een contactstoornis betekent dat je een of meer van de volgende kenmerken herkent: moeite met persoonlijk of sociaal contact zoals vriendschappen sluiten en onderhouden. Je maakt op een opvallend andere manier contact dan mensen zonder autisme dat doen. moeite om te begrijpen wat een ander van u verwacht.
'Fladderen' met de handen of armen; Springen bij opwinding; Lopen op hun tenen; Of maken stereotiepe bewegingen.
Volgens autisme-expert Professor Hilde Geurts zit het kernverschil vooral in het sociale contact: mensen met autisme hebben blijvend moeite met communicatie omdat ze zich 'sociale wetten' simpelweg niet kunnen eigen maken. Bij mensen met ADHD gaat het om andere reden vaak mis in de communicatie.
Signalen van autisme zijn: (over)gevoeligheid voor prikkels: heftiger ervaren wat u ziet, hoort, ruikt, proeft, voelt. moeite hebben met veranderingen. moeite met relaties en sociaal contact.
Asperger kenmerken kind en jongere
moeite hebben met het aangaan en onderhouden van contacten en vriendschappen. moeite hebben om een gesprekspartner recht in de ogen te kijken. moeite hebben met het uiten van en omgaan met emoties (bijvoorbeeld niet kunnen inschatten of iets als grap of serieus bedoeld is)
Klassiek autisme
Je ziet bij kinderen dat ze moeite hebben met communiceren. Ze zijn ongeremd en vertonen vaker hyperactief of agressief gedrag. Andere problemen zijn: tics, dwangmatig gedrag, slaapproblemen en epilepsie. In sommige gevallen is er ook sprake van een verstandelijke beperking.
Vanaf welke leeftijd kan autisme worden vastgesteld? Vanaf een leeftijd van 24 maanden is de diagnose ASS betrouwbaar te stellen. Belangrijker is echter dat tijdige herkenning van achterstanden in de sociale en emotionele ontwikkeling, zodat bijtijds passende hulp geboden kan worden.
We spreken van gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. het kind, de ouders of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden.
Als een kind of een jongere minimaal 6 maanden lang opstandig, negatief, vijandig en zelfs gewelddadig gedrag vertoont wordt dit gedefinieerd als een gedragsstoornis. De twee belangrijkste gedragsstoornissen zijn de ODD (oppositional defiant disorder) en CD (conduct disorder).
Een slechte jeugd vertaalt zich in een gewoonlijk verdrietige, ongelukkige of gecompliceerde kindertijd. Vaak leidt het niet doorbrengen van deze jaren op de manier waarop ze zouden moeten worden doorgebracht tot het voelen van wrok ten opzichte van die mensen die we toen om ons heen hadden.
Out of the box: ADD'ers zijn vaak goed in het oplossen van raadsels. Hierbij komen ze vaak met niet voor de hand liggende, vindingrijke oplossingen. Ze zijn vaak goede brainstormers en beelddenkers. Hyperfocus: Mensen met ADD kunnen zich enorm focussen op een project.
ADD bij volwassenen
Er is sprake van een verminderde concentratie. ADD bij volwassenen komt regelmatig voor. ADD'ers komen dromerig over maar hebben een hoofd vol gedachten. Ze zijn overgevoelig voor uitwendige prikkels en trekken zich regelmatig terug om opgedane ervaringen te verwerken.
Mensen met ADHD uiten dat meer fysiek dan mensen met ADD. Daarnaast is iemand met ADD meer een dagdromer terwijl iemand met ADHD meer een doener is, meer met zijn ideeën daadwerkelijk aan de slag gaat. Uiteraard zijn er ook voldoende overeenkomsten tussen ADHD en ADD.
Aangenomen wordt dat het hierbij gaat om een interactie tussen genetische- en omgevingsfactoren. Met andere woorden: iemand kan een genetische aanleg hebben voor autisme, maar óf hij of zij ook daadwerkelijk autisme ontwikkelt hangt mogelijk onder meer af van invloeden uit de omgeving.
'Bij autisme zijn de sociale voelsprieten anders afgesteld', legt Geurts uit. 'Mensen kunnen daardoor veel gevoeliger zijn en snel overweldigd raken door de sociale informatie die ze oppikken, of juist veel te weinig sociale informatie ophalen.
Het liefst houden ze alles altijd hetzelfde. Als je aan een vorm van autisme lijdt, dan heb je grote moeite met veranderingen, zeker als ze onverwachts komen. Je doet graag vaak hetzelfde, draagt graag elke dag dezelfde kleding of je eet enkel wat je goed kent en het liefst zo vaak mogelijk hetzelfde.
Het kind is vooral op zichzelf gericht en heeft weinig aandacht voor de mensen in de omgeving. Het is bijvoorbeeld weinig nieuwsgierig naar de inbreng van een volwassene in het spel of kijkt weinig naar wat andere kinderen doen.
"In een relatie is het geven en nemen", zegt Oscar, "maar als je met iemand met autisme bent, is het vooral geven. Je krijgt nooit hetzelfde terug als van iemand die geen autisme heeft. Mensen met autisme vinden intiem contact vaak lastig. Een knuffel kan dan al een romantisch gebaar zijn.