Werkexploratie is het onderzoeken van werk, een werkplek of een werkveld. Je probeert zicht te krijgen op de eisen, taken en cultuur in een bepaald beroep of werksituatie. Je kan bijvoorbeeld op zoek gaan naar gestelde doelen, de wijze waarop mensen met elkaar omgaan en hoe problemen in het werk worden aangepakt.
Dat doen ze aan de hand van vijf loopbaancompetenties: kwaliteitenreflectie, motievenreflectie, werkexploratie, loopbaansturing en netwerken. Deze competenties komen veelvuldig aan bod in Focus.
Bij kwaliteitenreflectie gaat het om het ontdekken van de sterke kanten en dingen waar je goed in bent. Deze reflectie kan gebruikt worden om een opleiding te zoeken of om werk te vinden dat bij de leerling past. Hoe ontdek je al die talenten van je leerling?
Een jongere leert loopbaankeuzes maken door het ontwikkelen van de vijf loopbaan- competenties: kwaliteitenreflectie*, motievenreflectie, werkexploratie, loopbaansturing en netwerken.
Salaris en bonussen zijn voorbeelden van extrinsieke motivatie.Daarnaast zijn passie, erkenning en zelfontplooiing voorbeelden van intrinsieke motivatie. Om een sterk antwoord te geven op de vraag “Waarom wil je hier werken?”, is het aan te raden om te focussen op de factoren die je intrinsiek motiveren.
In het LOB-proces staat het ontwikkelen van loopbaancompetenties centraal: Capaciteitenreflectie (wat kan ik en hoe weet ik dat?) Motievenreflectie (wat wil ik, waar ga en sta ik en waarom?) Werkexploratie (hoe kan mijn werk eruit zien en waar voel ik mij op mijn plaats?)
Kwaliteiten zijn je natuurlijke eigenschappen die je karakter of persoonlijkheid typeren.Vaardigheden zijn de bekwaamheden die je hebt ontwikkeld door ervaring en training. Natuurlijk zijn ze allebei belangrijk voor het succes van je carrière, maar ze spelen een andere rol tijdens het solliciteren.
Motievenreflectie: Het nadenken over wensen en waarden die van belang zijn voor de eigen loopbaan. Het gaat om bewustwording van wat de leerling eigenlijk belangrijk vindt in zijn of haar eigen leven, wat de leerling voldoening geeft en wat hij of zij nodig heeft om prettig te kunnen werken.
Flexibel wordt wel een competentie genoemd. Ik noem het een kernkwaliteit of persoonlijke eigenschap. Ben jij flexibel? Dan heb jij het vermogen om je snel aan te passen aan bepaalde situaties.
Wat zijn voorbeelden van competenties? Denk aan doorzettingsvermogen, creativiteit of enthousiasme. Een ander voorbeeld van een persoonlijke competentie is integriteit. Je bent eerlijk, oprecht en betrouwbaar.
Een BK is een afgerond en ingeschaald geheel van maatschappelijk relevante competenties (zoals samenwerken, functioneren binnen een groep, leidinggeven) en artistieke competenties (zoals een eigen artistieke praktijk ontwikkelen, aan audities deelnemen, reflecteren over eigen artistieke prestaties).
Voorbeelden van slechte eigenschappen die je tijdens je sollicitatie kunt benoemen zijn: afwachtend, eigenzinnig, impulsief, fanatiek, snel afgeleid of koppig. Werkgevers vragen tijdens een sollicitatiegesprek naar jouw minder sterke punten om te beoordelen of jij een geschikte kandidaat bent voor de job.
Valkuil: afwachtend en passief
teveel tijd nemen en geen notie nemen van deadlines. te langzaam werken en niet begrijpen dat er druk is bij anderen of dat er deadlines zijn gesteld. dood gemoederd aan het werk gaan terwijl anderen in de stress zitten omdat iets af moet.
Competenties gaan over de minimale eigenschappen die nodig zijn om een bepaalde rol/functie te kunnen uitvoeren binnen een organisatie. Talenten gaan over zaken die medewerkers goed kunnen en waarvoor ze een grote drive hebben, waardoor ze hun talenten (mits de juiste context) tot een hoog niveau kunnen ontwikkelen.
Bij reflectie kijk je naar jouw rol in een situatie, hoe je daarmee omging en wat dat beïnvloedde. Je kunt jezelf vragen stellen als: 'Wat maakt dat ik dit op deze manier heb aangepakt?' en 'Welke overtuigingen speelden een rol?' Bevraag jezelf of anderen over wat je denkt, voelt en wilt.
Competentievergroting is een motiverende aanpak die betrokkenen aanspreekt op hun mogelijkheden in plaats van hun tekorten en beperkingen. Daarbij wordt veel nadruk gelegd op het leren van vaardigheden die nodig zijn voor het leven thuis, op school, op het werk en in de vrije tijd.
Loopbaanoriëntatie en -begeleiding is er om jongeren te helpen ontdekken wie ze zijn en waar hun talenten en motivatie liggen, en om ze te ondersteunen bij de oriëntatie op een toekomstig beroep en passende vervolgopleiding. De VO-raad onderstreept het belang van LOB voor de toekomst van leerlingen.
LOB gaat om het aanleren van vaardigheden om een leven lang te ontwikkelen en om het leren maken van keuzes, zodat studenten hun loopbaan kunnen (bij)sturen en kunnen manoeuvreren in een onzekere arbeidsmarkt.