In het Latijn is het gerundium of verbaal substantief een verbuiging van de infinitief. Het gerundium is een van een werkwoord afgeleid zelfstandig naamwoord.
L'adjectif verbal (het werkwoordelijk bijvoeglijk naamwoord) is een bijvoeglijk naamwoord op basis van een werkwoord. Het wordt op dezelfde manier gevormd als het onvoltooid deelwoord (eindigend op -ant).
Voorbeelden hiervan zijn lopen en schrijven die allebei respectievelijk veranderen in het lopen en het schrijven. Het Latijn kent, zoals bekend is, geen lidwoorden. Toch gebruikt het Latijn wel de infinitief als gerundium. Zo betekent amare niet alleen (te) beminnen, maar ook het beminnen.
Agenda staat hier in het onzijdig meervoud, omdat het congrueert met haec. Vb. Haec mihi agenda sunt: Deze dingen moeten door mij gedaan worden. Het grote verschil met het gerundium is dat het gerundivum in elke naamval, geslacht en getal kan voorkomen!
De gerund is een werkwoord dat gebruikt wordt als zelfstandig naamwoord en eindigt altijd op –ing. Een gerund gebruik je net als een ander zelfstandig naamwoord, bijvoorbeeld als onderwerp, lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp. Bijvoorbeeld: 'You can't help falling in love with him, he is so nice!
De Gerund bestaat uit het hele werkwoord gevolgd door 'ing'. Je gebruikt de Gerund als zelfstandig naamwoord bij vaste uitdrukkingen, na een voorzetsel en na bepaalde werkwoorden.
De infinitief (of: onbepaalde wijs) is een vormcategorie van het werkwoord. De infinitief wordt ook wel 'het hele werkwoord' genoemd en het is in deze 'standaardvorm' dat werkwoorden in woordenboeken zijn opgenomen. De vorm van de infinitief is onbepaald wat persoon, getal, tijd en wijs betreft.
Dativus auctoris Degene door wie de handeling moet worden uitgevoerd, staat in de gerundivum meestal in de dativus, de dativus auctoris. Quid mihi faciendum est? wat moet er door mij gedaan worden? Verschil tussen perfectum en imperfectum Bij het perfectum is de handeling afgerond, hij heeft gegroet.
Een aci is een accusativus met een infinitivus. Let op: alleen bij een accusativus, een infinitivus en een pv die een 'dat' zin kan krijgen, kan een aci vormen. Je vertaalt eerst de aci met 'dat' en de accusativus wordt het onderwerp van die dat-zin.De infinitivus wordt de pv van die zin.
Een Gerundio wordt gebruikt om aan te geven dat een handeling plaats vind op het moment dat je het zegt. door –ando of –iendo achter de stam van het werkwoord te plaatsen.
Soorten werkwoorden
Hebben en zijn zijn hulpwerkwoorden van tijd. Moeten, mogen, kunnen, willen, hoeven en zullen noemen we modale hulpwerkwoorden. Zijn, worden en blijven zijn koppelwerkwoorden in een naamwoordelijk gezegde.
Het tegengestelde van verbale communicatie is non-verbale communicatie. Dit is het zich uiten van gevoelens en bedoelingen door middel van niet talige signalen of tekens zoals gebaren, blikken, lichaamshouding etc.
Het adjectief hoort bij een onbepaald gebruikt substantief (bijvoorbeeld: een eiland), én. Het substantief is een het-woord (bijvoorbeeld: het eiland).
Gesproken en geschreven taal
Met betrekking tot de gesproken taal verwijst het begrip "tekst" namelijk specifiek naar alle vormen van verbale communicatie.
Zelfstandig naamwoord
(grammatica) een naamval die de instantie aangeeft waarvan iets uitgaat of vertrekt.
De nominatief (Latijn casus nominativus, afgeleid van nominare = benoemen) is de naamval die onder andere het grammaticale onderwerp van een zin of zinsnede aangeeft. Anders gezegd: de nominatief geeft aan wie de handeling verricht die met het werkwoord uitgedrukt wordt.
Het imperfectum vertaal je met de onvoltooide verleden tijd , bijvoorbeeldo zo: ' Discebam . ' – Ik leerde. Hieronder vind je alles wat je moet weten over het imperfectum! In het latijn vallen de meeste werkwoorden onder 4 stammen.
Bij de accusativus en ablativus heb je het gebruik van plaats gezien. De accusativus geeft antwoord op de vraag waar iets of iemand heen gaat, terwijl de ablativus antwoord geeft op de vraag waar iemand vandaan komt.
Open een bijzin: “dat …” Vertaal de infinitivus als persoonsvorm van de bijzin. Vertaal de accusativus als onderwerp van de bijzin. Vertaal eventueel de extra woorden die bij de ACI horen.