Bij een TIA is een bloedvat in de hersenen even afgesloten. U heeft hierdoor korte tijd klachten gehad. Bijvoorbeeld een verlamde arm, een verlamd been, een scheve mond, problemen met praten, niet goed zien of minder of een ander gevoel in uw gezicht, arm of been.
Hierdoor krijgt een deel van je hersenen tijdelijk te weinig bloed. Meestal gaat een TIA binnen 30 minuten over, maar soms kan dit tot wel 24 uur duren. Een TIA zorgt niet voor blijvende schade, maar het is wel belangrijk dat een arts je behandelt. Een TIA kan namelijk leiden tot nog een TIA, of tot een beroerte.
Een TIA kan ontstaan in de slagaders naar de hersenen, maar ook in de kleine bloedvaten zelf kunnen vernauwingen ontstaan, bijvoorbeeld als je lang een hoge bloeddruk hebt. Door die hoge bloeddruk kunnen de bloedvaten beschadigen. Hierdoor ontstaat er gemakkelijker slagaderverkalking.
Een TIA kan de voorbode zijn van een herseninfarct en moet gezien worden als medisch spoedgeval. In Nederland krijgen jaarlijks zo'n 50.000 mensen een TIA. Een TIA (Transient Ischemic Attack) is een tijdelijke afsluiting van een bloedvat in de hersenen.
Sommige patienten kunnen na ontslag direct naar huis, anderen gaan eerst nog naar een revalidatieafdeling. Afhankelijk van uw situatie, wordt u binnen 6 weken tot 3 maanden na het ontslag teruggezien op de poli Neurologie.
Na een TIA kunt u beter geen medicijnen meer gebruiken met het vrouwelijk hormoon oestrogeen. Zoals de anticonceptiepil of medicijnen voor de overgang. Dit hormoon maakt de kans op een nieuw herseninfarct groter.
Stress als oorzaak
“In de jaren daarna volgden nog 4 beroertes en meerdere TIA's. De grootste oorzaak bleek stress.
Dit is een tijdelijke doorbloedingsstoornis in de hersenen. Het is eigenlijk een kortdurend herseninfarct. De klachten van een TIA zijn dezelfde als die van een “gewone” beroerte maar duren meestal niet langer dan twintig minuten. In elk geval zijn de klachten binnen vierentwintig uur weer volledig verdwenen.
Een TIA is niet te zien op een CT- of MRI-scan. De scans sluiten vooral andere oorzaken uit, zoals een hersenbloeding of infarct.
Voor mensen met een personenrijbewijs geldt. Als u binnen twee weken na de beroerte of TIA geen lichamelijke of geestelijke klachten meer heeft die van invloed zijn op de rijgeschiktheid, dan mag u na twee weken weer autorijden. U heeft hiervoor goedkeuring nodig van de neuroloog.
Over het algemeen wordt een TIA veroorzaakt door een bloedprop. Deze bloedprop kan ontstaan door hartritmeproblemen of een hartaanval. Maar vaak wordt een bloedprop veroorzaakt door aderverkalking en stollingsproblemen. Als de bloedprop de hersenen bereikt, kan de bloedprop een bloedvat afsluiten.
Mensen met een obstructief slaapapneu syndroom (OSA) hebben een grotere kans een TIA of beroerte te krijgen. Goede behandeling van OSA kan TIA's en beroertes voorkomen. Dat concludeert onze neuroloog/somnoloog Mirjam Schipper in haar promotieonderzoek.
Na een TIA worden standaard de volgende medicijnen voorgeschreven: Acetylsalicylzuur, Clopidogrel (Plavix) en Simvastatine (Zocor).
Om de kans op een nieuwe TIA of herseninfarct te voorkomen krijgt u medicijnen die de bloedstolling beïnvloeden. Dit zijn plaatjesremmers, zoals bijvoorbeeld Clopidogrel (Grepid). Deze medicijnen zorgen ervoor dat de bloedplaatjes minder samenklonteren.
De kans op herhaling van een TIA is afhankelijk van • de oorzaak • welke risicofactoren voor een TIA bij u aanwezig zijn • de mogelijke aanpak van deze risicofactoren. Veel hangt dus af van de vraag of het goed lukt een eventuele oorzaak te behandelen en de risicofactoren te verminderen.
Er wordt een uitgebreid bloedonderzoek gedaan. De bloeddruk wordt meerdere malen gemeten. Er wordt een duplex-scan gedaan: een echo-onderzoek van de halsvaten. Dit onderzoek geeft informatie over eventuele vernauwingen in de bloedvaten van de hals.
Onderzoek en diagnose
Bloedonderzoek: Voor bloedonderzoek nemen we één of meerdere buisjes bloed af uit een ader. In het laboratorium meet de laborant onder meer de suiker- en vetstofwisseling en de nierfunctie. Mri-scan: Een mri (magnetische resonantie imaging) is een scan die een afbeelding van de hersenen maakt.
Een TIA kan zich herhalen
Als deze bloedpropjes allemaal dezelfde weg volgen, belanden ze steeds op dezelfde plek in een kleinere slagader en blokkeren ze iedere keer op dezelfde plek even de bloedstroom. Bij elke tijdelijke blokkade ontstaat er een TIA met dezelfde verschijnselen, soms wel tien keer per week.
Vermoeidheid komt na een TIA of CVA vaak voor. De vermoeidheid is voor uw omgeving niet zichtbaar, maar kan grote invloed hebben op uw dagelijks leven. De vermoeidheid kan direct na het CVA ontstaan. Twee jaar na een CVA heeft de helft van de mensen nog last van vermoeidheidsklachten.
Een TIA (Transient Ischemic Attack) is een tijdelijke kortdurende verstopping van een slagader, die dezelfde klachten geeft als een herseninfarct. TIA's kunnen een voorteken zijn van een herseninfarct. Mensen die een TIA hebben gehad, lopen dus een verhoogd risico op een herseninfarct.
De essentie van functionele neurologie is het inzetten van de plasticiteit (aanpassingsvermogen) van het brein om herstel op te laten treden. Neuroplasticiteit is dus essentieel voor het herstel van hersenen en zenuwen. Door het brein op de juiste wijze te stimuleren, kan het brein zichzelf herstellen.
TIA's geven geen blijvende verschijnselen, waardoor het moeilijk kan zijn om vast te stellen of je inderdaad een TIA hebt gehad. Het komt er immers op aan dat de arts uit je verhaal kan afleiden dat er een TIA is geweest. Als je verlammingen hebt gehad kun je dat vaak wel duidelijk vertellen.
Te lang te veel stress, of spanning, zorgt ervoor dat je hersenen minder goed functioneren. Hierdoor kun je bijvoorbeeld vaker dingen gaan vergeten, snel afgeleid zijn en gevoeliger zijn voor negatieve emoties. Dit is te voorkomen door je hersenen voldoende rustmomenten te geven.
Heeft u een herseninfarct of TIA gehad? Bespreek dan met uw arts wat de gevolgen zijn voor autorijden. Volgens de wet mag u minimaal 2 weken of 3 maanden niet rijden.