Ergens een stokje voor steken betekent dat je iets tegenhoudt of iets verhindert.
Betekenis: Een stok achter de deur betekent in het algemeen iets als een 'dreigement om iets gedaan te krijgen' of 'de dreiging van negatieve gevolgen als je ergens niet aan kunt voldoen'.
De uitdrukking een stok achter de deur komt waarschijnlijk voort uit de situatie waarin iemand letterlijk een stok achter de deur heeft klaargezet. Als de ander niet wil voldoen aan zijn verzoek of eis, dan kan hij snel de stok tevoorschijn halen en zo laten zien dat hij desnoods geweld gebruikt om zijn zin te krijgen.
Water naar de zee dragen: iets naar een plaats brengen, waar er al genoeg van is. iets overbodigs doen.
Wat betekent iets achter de hand hebben en waar komt deze uitdrukking vandaan? Als je nog iets achter de hand hebt, heb je iets bewaard voor het moment dat je het nodig hebt. Je hebt het dus in voorraad gehouden. Vaak gaat het om geld en goederen, dus dingen die je in geval van nood kunt gebruiken.
De nek uitsteken staat als spreekwoord gelijk aan risico nemen.
Het gezegde 'een appeltje voor de dorst' komt uit de 18e eeuw! Het gezegde is ontstaan doordat er in arme tijden een appeltje werd bewaard voor de latere dorst, aangezien appels aardig lang te bewaren zijn! Het gezegde betekent dus als het ware 'iets bewaren om het in nood te gebruiken'.
Wie zwaar op de hand is, is erg serieus, ziet snel problemen, en is soms zelfs ronduit somber of pessimistisch. Zwaar op de hand zijn komt uit de paardenwereld.
Een hand heeft niets, twee handen hebben geluid. Alleen kun je minder doen dan met z'n tweeën.
367. Zoete broodjes bakken. Men bezigt deze uitdr. wanneer iemand zich eerst over het een of ander sterk uitlaat, en naderhand zich gedwee en inschikkelijk toont (Weiland).
Trekken aan een dood paard is een uitdrukking voor een situatie waarbij: de ander het oneens is met veranderingen die je wilt doorvoeren. de ander niet openstaat voor nieuwe ideeën of voor jouw advies. de ander niet openstaat voor verbetering.
“Als de ene deur dichtgaat, gaat er een andere deur open.” Dat is toch het gezegde? Maar hoe is dat in werkelijkheid? Aan een dichte deur kun je stevig je neus stoten als je maar blijft proberen om er toch doorheen te gaan. En juist als je er maar op blijft bonzen, belemmer je jezelf om verder te gaan.
Het is allebei goed, maar er is een klein verschil in gebruik: grip op iets krijgen betekent iets meer 'weten hoe je het moet aanpakken, begrijpen hoe het in elkaar zit'. Greep op iets krijgen heeft iets sterker de betekenis 'iets onder controle krijgen'. Grip en greep betekenen zo goed als hetzelfde: 'houvast, vat'.
Zowel een duwtje in de rug als een steuntje in de rug is gangbaar, maar de betekenis verschilt. Een steuntje is een vorm van hulp of bijval. Een duwtje daarentegen is een aansporing. In deze zin viel er op het gebruik in het artikel niets aan te merken.
[idioom] In de wolken zijn. Opgetogen, blij zijn.
Dit gezegde bedoelt dat alles geld of moeite kost, behalve als het van de zon komt. De zon krijgen we elke dag voor niets, maar voor onze (nieuwe) omzet zullen we moeite moeten doen.
Stout kan behalve ondeugend ook dapper of moedig betekenen. De stoute schoenen aantrekken betekent dan: Iets zeggen of doen, waarvoor men moed heeft moeten verzamelen.
Iemand links laten liggen betekent 'iemand negeren, je doelbewust niet met iemand bemoeien, geen aandacht aan hem/haar schenken'. Je kunt ook iets links laten liggen. In dat geval bedoel je vaak dat je er geen aandacht aan schenkt omdat je er niet in geïnteresseerd bent.
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen met een verwante betekenis, waardoor een verkeerd nieuw woord of een verkeerde nieuwe uitdrukking ontstaat.
Wat betekent 'Hoogmoed komt voor de val' en waar komt deze uitdrukking vandaan? 'Hoogmoed komt voor de val' betekent eigenlijk: 'hoogmoed gaat vooraf aan de val'. Er wordt mee bedoeld: als je arrogant bent, denk je dat er niets fout kan gaan. Als er dan toch iets verkeerd gaat, is dat een des te grotere klap.
Kant noch wal raken,
d.w.z. ongerijmd zijn, hoegenaamd geen grond hebben, op niets gelijken, sluiten als een tang op een varken, niet bijkomen, zooals Winschooten, 100 het verklaart. Kant heeft hier de bet.