Een stilte wordt in het muziekschrift aangeduid door middel van rusttekens (of kortweg “rusten” genoemd).
Fermata = 1) rustteken (muz.)
Zoals noten een tijdsduur hebben, kunnen ook rusten een tijdsduur hebben: er zijn korte en lange rusten. De equivalenten van hele noot, halve noot en kwart noot zijn hele rust, halve rust en kwart rust.
In een ¾ maatsoort duurt de hele rust 4 tellen, de halve rust 2 tellen, de kwartrust 1 tel enz. Maar is de maatsoort een ⅜ maat, dan duurt de hele rust 8 tellen, de halve rust 4, de kwartrust 2 tellen enz.
Herstellingsteken = Een herstellingsteken, een ♮, wordt in muzieknotatie gebruikt om eerdere verhoging of verlaging van een noot met een kruis of mol te herstellen tot de stamtoon.
Wat is een achtste rust gelijk aan? Achtste rust is gelijk aan de duur van een achtste noot: 1/2 a BEAT. De ACHTSTE RUST. Achtste rusten hebben één boog, net als één vlag of straal van de achtste noot.
De hele rust duurt zolang als het bovenste cijfer van de maatsoort is. Halve rust = 2 tellen. Kwart rust = 1 tel. Achtste rust = 1/2 tel.
Achtste noot en zestiende noot
Een achtste noot is de helft van een kwart noot. Er passen dus 2 achtste noten in een kwart noot, 4 achtste noten in een halve noot en 8 achtste noten in een hele noot. De nootduur van een achtste noot is een halve tel.
Zo duurt een kwartnoot of kwartrust met een punt dus drie achtsten, waar een normale kwart slechts twee achtsten duurt. Omdat in de muzieknotatie de duur van de eerstvolgende kortere noot steeds de helft is van de vorige, biedt puntering de mogelijkheid een toon- of rustduur van drie tellen met één symbool te noteren.
Een halve rust ziet er hetzelfde uit als een hele rust, een kort streepje, maar een halve rust ligt op de derde lijn van de notenbalk.
Je kunt verschillende maatsoorten hebben: Een maat duurt 4 seconde en de hele noot duurt 4 tellen. Een maat duurt 3 seconde en de hele noot duurt 4 tellen. Een maat duurt 6 seconde en de hele noot duurt 8 tellen.
We gebruiken de eerste 7 letters van het alfabet om de muzieknoten een naam te geven: A, B, C, D, E, F en G. Als je die op een piano speelt, gebruik je de witte toetsen, en die noemen we de stamtonen. In het rijtje A B C D E F G klinkt A het laagst, en G het hoogst.
Staccatissimo is een aanduiding in de muziek waarmee noten zo kort mogelijk gespeeld dienen te worden. Staccatissimo wordt genoteerd met een verticaal streepje of een klein driehoekje boven of onder de noot (afhankelijk van de stokrichting).
Een noot die twee keer zo klein is noemen we dan een achtste noot en is dus een halve tel (er passen twee van deze noten in één tel). Je ziet dat de achtste noot er uitziet als een kwart noot met een vlaggetje aan de stok.
Muzieknoten buiten de notenbalk
Op die manier is het moeilijk om nog te kunnen zien welke noot er nu net bedoeld wordt. Daarom worden er gewoon extra horizontale lijntjes boven of onder de notenbalk getekend. Deze lijntjes worden ook wel hulplijntjes genoemd. Ze maken de notenbalk even iets groter.
Iemand die al over een beetje kennis van de piano en muzikaliteit beschikt, kan in vier maanden piano leren spelen. Een beginner kan hetzelfde in zes maanden doen. In deze vier of zes maanden ontdekt de beginnend muzikant alleen de basis van het instrument.
Bij de regelmatige twaalf achtsten maat komen er telkens 12 tellen in iedere maat. De achtste noot is teleenheid. De accenten worden weergegeven door het ">" tekentje. Deze twaalf achtsten maat is samengesteld en bestaat uit 4 groepjes van 3.
Een 6/8-maat daarentegen is een even maatsoort, samengesteld uit twee drietelsmaten, dus met hoofdaccent op de eerste achtste tel en een nevenaccent op de vierde tel. Een 2/4-maat met twee triolen is ritmisch geheel gelijk aan een 6/8, zodat men een 6/8-maat, zeker bij hoge tempi, in tweeën telt.
Andere voorbeelden zijn: 2/2: er wordt geteld in halve noten en er passen twee halve noten in een maat. 4/4: er wordt geteld in kwartnoten en er passen vier kwartnoten in een maat. 6/8: er wordt geteld in achtste noten en er passen zes achtste noten in een maat.
Een hele noot staat tot een halve noot als 2:1 in tijdsduur. Er passen dus twee halve noten in één hele noot. Een halve noot staat tot een kwartnoot als 2:1 in tijdsduur. Er passen dus twee kwartnoten in één halve noot.
Een hele noot kun je ook in twee halve noten verdelen. Dus een hele noot is twee keer zo lang als een halve noot; een halve noot is weer twee keer zo lang als een kwartnoot, een kwartnoot is weer twee keer zo lang als een achtste noot, en een achtste is twee keer een zestiende.
Een legatoboog is een symbool in muzieknotatie dat als boog boven of onder een groep noten gezet wordt om aan te geven dat de tonen aan elkaar vast gespeeld moeten worden (legato).
Steeds als er 2 witte toetsen zijn met een zwarte toets ertussen dan is dat een hele afstand. Maar liggen 2 witte toetsen naast elkaar en zit er geen zwarte toets tussen, dan is dat een halve afstand. De halve afstanden vindt je dus tussen de E en F, en tussen de B en C.
A, B, C, D, E, F en G.
Nou, als je leert op een piano met 88 toetsen, dan is de eerste noot een A, de volgende een B en ga zo maar door. Onthoud dat wanneer je G hebt bereikt, het muzikale alfabet weer vanaf het beginpunt begint.