De surfplanken die het meest geschikt zijn voor beginners zijn daarom de grootste planken, deze hebben de volgende gemiddelde maten: Rond 280 cm lang, tussen 190 en 220 liter in volume en 75 tot 95 cm breed.
Zorg ervoor dat het board minimaal 150 liter volume heeft. Dit is het drijfvermogen van de surfplank. Je kunt het ongeveer berekenen dat jou eigen gewicht (zeg 80 kg) + het gewicht van je zeil, mast en giek (zeg 10 kg) samen 90 liter is. Dus op een 90 liter board zou je dan net kunnen blijven drijven.
Hiervoor kun je ongeveer 10 kilo voor rekenen bovenop je eigen gewicht. Dus stel we maken hier een optelsom van dan wordt het: Eigen gewicht: 80 kilo + gewicht van je set: 10 kilo + extra gewicht: ongeveer 30-40 kilo = 120-130 liter board.
Gemak van leren
Windsurfen is veel gemakkelijker te leren en vergt slechts enkele stevige instructies en ongeveer twee tot drie uur met vlak water en ongeveer vier tot vijf uur in de golven. Dit is meer dan genoeg voor iedereen om zelfstandig heen en weer te gaan zeilen.
Wat is moeilijker: kitesurfen of windsurfen? De eerste 10 uur zijn kitesurfen moeilijker. Je moet leren om de kite te controleren en echt op het board varen doe je nog niet. In het begin bij windsurfen krijg je een grote plank en een klein zeil en je kunt meteen varen.
Uiteindelijk kun je jezelf natuurlijk leren windsurfen. Maar het is makkelijker om windsurfen via een ervaren windsurfer te leren! Tijdens windsurflessen leer je hoe je op je surfboard moet staan, wat de beste houding is, hoe je het zeil en de giek uit het water haalt en nog veel meer.
Complete windsurf sets in een winkel beginnen veelal al rond de 1000 euro. Afhankelijk van wat je koopt kan het ook al snel oplopen maar zo rond dit bedrag heb je leuke aanbiedingen voor complete sets waar je mee kunt beginnen te surfen.
Beginners kunnen het beste oefenen als er weinig wind staat. De wind is bepalend voor de richting waarin je surft. Dit wordt de koersrichting genoemd. Voor het windsurfen heb je een surfplank, een zeil met mast en giek en een trapeze nodig.
Als je een beginner bent, moet je altijd op zoek gaan naar een plank die breed, dik en minstens 90 cm langer is dan jij. Beginnende surfers moeten altijd een surfplank met extra drijfvermogen en stabiliteit nemen om makkelijker te peddelen voor de golf.
DE CRITERIA VOOR HET KIEZEN VAN JE SURFPLANK
De keuze van je surfplank wordt gemaakt op basis van 3 criteria: je niveau (beginner, ervaren en expert), je morfologie, het type constructie (en de vorm) en het type golven dat je surft.
Tot en met windkracht 6 (25 knopen) is voor de meeste mensen goed te doen.
Twee surfplanken is eigenlijk ideaal, bijvoorbeeld een allround board van 120 liter om te freeriden en een 90 liter board om freestyle, wave en slalom te kunnen doen. Belangrijk bij de keus voor je board is jouw gewicht en het formaat van je zeil.
Welk board en zeil zullen de surfers gebruiken bij 20 knopen wind: Formula: board 1 meter breed, vin 70 cm, zeil 10 vierkante meter. Slalom: board 70 cm breed, vin 36 cm, zeil 7 vierkante meter.
Heuptrapeze. Een heuptrapeze is over het algemeen de meest gekozen trapeze. De trapeze zit zoals je al hoort om je heupen hierdoor zit de haak bij een heuptrapeze wat hoger dan bij een zittrapeze. Dit maakt het in en uit haken tijdens het windsurfen een stuk makkelijker.
Makkum beach is een hele goede plek voor beginnende windsurfers, je kunt hier bijna overal staan. Als je buiten de kom van Makkum beach vaart dan zit je op het Ijsselmeer. Wanneer er een sterke wind is richting het Noorden, Noordwesten of Zuidwesten is, is het mogelijk om naar de afsluitdijk te varen.
Het wereldrecord windsurfen ligt nog altijd onder de 50 knopen. Dit is ongeveer een snelheid van 91 km/h.
Bij het overstag gaan draait de voorkant van je board naar de wind toe en loop je zelf om de mast heen, eveneens aan de voorkant van je board. Wat belangrijk is is dat je zo min mogelijk stappen maakt tijdens het overstag gaan om zodoende je stabiliteit te houden.
Volume windsurfboard
Dat is een handvat voor de herintreder want je wil uiteindelijk niet zinken. Geoefende windsurfers letten veel meer op de breedte van het board. De breedte van een windsurfboard zegt veel over het inzetbereik en het planeervermogen.
Bekende namen op het inschrijfformulier zijn Kiran Badloe en Lilian de Geus die de overstap gemaakt hebben van de traditionele RS:X olympische windsurfer naar de nieuwe foilende klasse. Beide atleten vertegenwoordigden Nederland op de Olympische Spelen van Tokio nog geen jaar geleden.
Gijpen is een zeil- en windsurftechniek waarbij op een zeilschip de zeilen overgebracht worden naar het andere boord, terwijl een voor-de-windse koers (wind recht van achteren) wordt gevaren. Dit in tegenstelling tot het overstag gaan, een manoeuvre waarbij de neus van de boot door de wind wordt gedraaid.
Windfoilen is een nieuwe vorm van windsurfen, waarbij de windsurfplank zo'n 50 centimeter boven het water zweeft. De windsurfplank gaat zweven door een vleugelconstructie, de windfoil genaamd, onder de plank. "We willen nu allemaal zweven over het water", aldus Van Rijsselberghe.
Het grote voordeel van foil surfen is, dat foil boards meer energie uit het water halen dan gewone surfboards. En dat ze die energie niet verliezen aan de wrijving die ontstaat als een plank in contact komt met het water.
Als je naar de hoogste snelheden die je kunt vinden kijkt op deze sites (de hoogste gemiddelde snelheid over 2 seconden) (kiten, windsurfen) dan zie je dat kiten harder gaat.