Figuur. Met een figuur kan informatie overzichtelijk gepresenteerd worden, bijvoorbeeld een grafiek of staafdiagram. Gebruik bij de verwijzing in de tekst een hoofdletter, bijvoorbeeld: zie Figuur 2 en niet: zie de figuur op de volgende pagina. Foto's, tekeningen en andere afbeeldingen worden ook figuur genoemd.
Als je een tabel of figuur aanpast of overneemt uit een andere bron, moet je die bron opnemen als bronvermelding in je literatuurlijst. Je moet de originele bron ook noemen in de noot of het bijschrift van je tabel of figuur.
Een tabel geeft kort en begrijpelijk informatie (vaak getallen) weer in rijen en kolommen. Een figuur is iedere andere afbeelding of illustratie die je toevoegt aan je tekst. Dit kan een staafdiagram zijn, maar bijvoorbeeld ook een foto.
Een tabellen- en figurenlijst is een lijst waarin je alle gebruikte figuren en tabellen die in de scriptie staan opsomt.
Om tot slot de tabellen en figuren lijst te maken, klik je op: invoegen tabellen en figurenlijst. Kies de lay out en de figuren en tabellenlijst verschijnt.
De nummering en titels voeg je aan de figuren en tabellen toe door in Microsoft Word met je rechtermuisknop op de figuur of tabel te gaan staan en dan op 'Bijschrift invoegen…' te klikken. Bij een figuur (illustratie) zet je het nummer en de titel eronder. Bij een tabel plaats je het nummer en de titel erboven.
Bij figuren en afbeeldingen worden het volgnummer en de titel aan de onderkant geplaatst. Ook hier wordt 'Figuur' of 'Afbeelding' met hoofdletter geschreven, waarna deze samen met het volgnummer in het cursief komen te staan. De titel of het bijschrijft daarentegen niet.
Een tabel kenmerkt zich door informatie die horizontaal en verticaal gelezen kan worden. Alle andere afbeeldingen, zoals foto's, diagrammen, grafieken, tekeningen en illustraties, zijn figuren. Ale afbeeldingen krijgen een nummer en een titel.
de originele titel of anders korte omschrijving van de afbeelding/figuur tussen vierkante haken [ omschrijving]. Daarachter komt: Overgenomen van /Retrieved from “Titel afbeelding” van A. Auteur, jaartal, (http://www...). [plus evt Copyright jaartal, naam eigenaar auteursrecht].
Het doel van een tabel is dat de lezer in Ă©Ă©n opslag de resultaten of informatie kan aflezen. Een tabel moet daarom overzichtelijk en begrijpelijk zijn vormgegeven. Maak de tabellen in de scriptie daarom ook niet te klein.
In dit bijschrift staat het nummer van de tabel of figuur, de titel en de overige informatie die nodig is om het te kunnen begrijpen. Bijschriften hoeven niet per se volzinnen te zijn, hoewel het voor de leesbaarheid vaak wel beter is om Ă©Ă©n of meerdere volledige zinnen te gebruiken.
Onderschriften (of bijschriften) zijn de teksten onder de foto's, diagrammen, grafieken, screendumps en andere beelden die je op je webpagina's gebruikt. Zie bijvoorbeeld dit kattenplaatje (want, tja, het internet drijft nu eenmaal op kattenplaatjes). Ze worden in internationaal jargon ook wel image captions genoemd.
Figuur kan in de meeste betekenissen zowel een de-woord als een het-woord zijn. In de betekenissen 'gestalte, lichaamsvorm' en 'indruk die iemand maakt' is er een sterke tendens om het figuur te gebruiken. Ze heeft een slank figuur. Hij sloeg een mal figuur.
Hoe verwijs je naar data die je zelf hebt verzameld volgens de APA-richtlijnen? De resultaten van een eigen dataverzameling vallen, net als het complete onderzoeksverslag, onder 'eigen werk' en er is daarom geen sprake van bronvermeldingen, noch in de tekst, noch in de bronnenlijst.
De APA-bronvermelding voor een afbeelding bevat onder andere de naam van de maker, het jaartal, de titel van de afbeelding, het format (bijvoorbeeld schilderij, foto), en de locatie waar je de afbeelding hebt geraadpleegd of bekeken.
Verwijzen naar een dissertatie of scriptie uit een database
Achternaam Auteur, Initialen. (Jaar). Titel scriptie of dissertatie (Publicatienr. Nummer) [Type scriptie of dissertatie, Naam Universiteit].
Veelgestelde vragen
In plaats daarvan citeer je ze in de lopende tekst als persoonlijke communicatie. Gepubliceerde of opgenomen interviews worden wel toegevoegd aan de literatuurlijst. Je citeert ze in het gebruikelijke bronvermelding-format voor dat brontype (bijvoorbeeld een krantenartikel, boek of YouTube-video).
Het doel van een voetnoot
In de voetnoot plaats je een bronvermelding, zodat de lezer je bron kan controleren. Je voorkomt hiermee dat je plagiaat pleegt. De veelgebruikte APA-stijl schrijft voor dat je geen voetnoten gebruikt om bronnen te vermelden.
APA-verwijzingen in de tekst bestaan uit de achternaam van de auteur en het jaar van publicatie. Wanneer je een specifiek deel van een bron aanhaalt, moet je ook het paginanummer of het bereik opnemen in je verwijzing. Voorbeelden zijn: (Benders, 2020, p. 70) of (Ayuk, 2021, pp.
Een bronvermelding invoegen
Klik in het document op de plaats waarop u de bronvermelding wilt invoegen. Klik op het tabblad Documentelementen onder Verwijzingen op Beheren. Dubbelklik in de Lijst met bronvermeldingen op de bron die u wilt vermelden. De bronvermelding verschijnt in het document.
150–350 woorden zou voldoende moeten zijn voor een abstract voor een bachelor- of masterscriptie, maar dit vraag je best aan je promotor.