Een farao is de naam voor een Oud Egyptische koning. Het woord Farao betekent "man van het grote huis", waarmee de Egyptenaren het grote mooie paleis van de farao en zijn echtgenoot bedoelden.
Farao is de titel die wordt gebruikt om koningen of koninginnen (met goddelijke status) van Opper en Neder-Egypte vanaf ongeveer 1500 voor Chr. aan te geven. De term is afgeleid van de woorden per aa, hetgeen Groot Huis ofwel paleis betekent.
De farao was door de goden voorbestemd een belangrijke taak uit te voeren, namelijk het handhaven van de kosmische orde, een taak die indirect aan de goden was voorbehouden. Oorspronkelijk regeerden de goden, maar nadat zij zich van de aarde hadden teruggetrokken, nam de farao deze belangrijke taak op zich.
Farao's worden meestal afgebeeld met attributen die symbool staan voor hun macht: een kromstaf en een vlegel. Bij de Egyptische goden is dat symbool het levensteken (anch) of de zogeheten was-scepter. Dit attribuut betekent heerschappij of macht en werd in de mythologie van de Egyptenaren door de meeste goden gedragen.
Macht en bestuur
De koning kwam aan de macht door erfopvolging. Hij werd farao omdat zijn vader het was. Het volk had niets te zeggen. Niet alle koningen waren even machtig.
Ramses II
Ramses II liet zichzelf graag afbeelden als een machtige vorst. Hij zat 67 jaar op de troon, en behaalde vele overwinningen op het slagveld. Hij wordt dan ook beschouwd als de belangrijkste en machtigste farao die het Egyptische rijk ooit heeft gehad.
De grootste, meest bepalende koning van Egypte was misschien wel Ramses II (1300-1213 v. Chr.). Met een regeerperiode van meer dan 66 jaar was hij de langst zittende farao, en mogelijk ook de oudste. Hij zou 90 jaar zijn geworden.
“Zo'n harem bestond vaak uit honderden vrouwen. Het was in die tijd namelijk zo dat diplomatieke relaties met een huwelijk bezegeld werden.” Dus een overeenkomst tussen de farao en een buitenlandse koning mondde vaak uit in een huwelijk. En dan kreeg de farao er niet alleen een vrouw bij.
De witte kroon
De kroon had de vorm van een langwerpige muts, met aan het einde een knobbel of een knop. De kroon stond onder bescherming van de godin Nechbet, de gierengodin. Op de witte kroon prijkte de uraeus. Net zoals de rode kroon werd de witte kroon lang voor de vereniging in Egypte gebruikt.
Reacties. "Kroon" is het overkoepelende woord voor de hoofddeksels van de farao's.
De Oude Egyptenaren geloofden in leven na de dood, daarom probeerden ze het leven van een dode koning zo leuk mogelijk te maken maar ook het leven zelf, door al zijn slaven te vermoorden en ook in zijn grafkamer te leggen.
De farao's beschouwden zichzelf als goden op aarde en daarom hielden zij zich goed schoon . De farao droeg aan de voorkant een heupschort met een driehoekig onderscheidingsteken , versierd met koningssymbolen . Daaroverheen droeg hij een hemd vormig gewaad . De koningin droeg een lange kalasiris met een gordel .
Narmer was de eerste farao van Egypte en waarschijnlijk de stichter van de eerste dynastie. Met Menes liet Manetho zijn bekende geschiedenis van Egypte in dynastieën beginnen, namelijk als eerste vorst van de eerste dynastie. Narmer zou mogelijk geleefd hebben rond 3100 v. Chr.
De Farao is natuurlijk gewoon musicalster en acteur René van Kooten.
Maatkare Hatsjepsoet ('De Eerste onder de Edele Vrouwen') is na Nefertiti en Cleopatra de bekendste vrouw uit de Egyptische geschiedenis. Ze regeerde van ca. 1479 tot 1458 v.
Cleopatra VII Philopator: de laatste Farao.
farao, pharao: m. (-'s), algemene naam der Egyptische koningen.
Een farao zijn haar was heilig
Omdat het haar als heilig gezien werd, mocht de haardos nimmer aan het gewone volk getoond worden. Vandaar dat de farao alijd een kroon droeg of een gestreepte lap stof.
In het Oude Rijk werden farao's begraven in piramiden. In het Nieuwe Rijk werden de farao's begraven in de Vallei der Koningen, nabij Thebe. De mummificatie gebeurde in een Per Nefer, Oudegyptisch voor 'Mooi Huis'. Dit was meestal een tent, want hier bleef de lucht langer fris.
Egyptisch is de taal die tussen 2700 voor Christus en 1000 na Christus in het oude Egypte werd gesproken. De taal behoort tot de Hamito-Semitische, ofwel Afro-Aziatische talenfamilie. Het Egyptisch is na het Soemerisch de oudst bekende, geschreven taal.
Cleopatra was de laatste farao van het oude Egypte. Ze regeerde van het jaar 69 voor Christus tot 30 voor Christus. Cleopatra pleegde vermoedelijk zelfmoord toen Caesar Augustus de macht overnam in het oude Egypte.
En dat betekent dat Nefertiti ook nog steeds niet gevonden is. De Britste egyptoloog Nicholas Reeves, en de Egyptische regering, waren er bijna helemaal zeker van: de laatste rustplaats van koningin Nefertiti zou zich bevinden in een geheime ruimte achter de graftombe van farao Toetanchamon.
Een sarcofaag (Oudgrieks: σαρκοφάγος – vleesetend) is een doorgaans stenen kist waarin menselijke stoffelijke resten worden bewaard. Het gaat hierbij specifiek om overblijfselen als gevolg van begraven en niet van cremeren. In het laatste geval is de houder van de resten een urn.
Alles wat ze op aarde deden, deden ze voor een beter hiernamaals. Aan de begintijd werden er piramides gebouwd voor de farao's, maar later waren er meer eenvoudigere koningsgraven. De graven lagen vol met goud en andere dure spullen die waren bedoeld voor het hiernamaals. De graven werden vaak geroofd.
De best bewaarde mummies waren farao's en hun familieleden. De meest bekende is Toetanchamon. Zijn graf is in 1922 nog helemaal compleet gevonden in de Vallei der Koningen in Luxor. Hij was nog een kind toen hij farao werd en hij stierf toen hij 19 jaar was.