Kortom: de 'ringteen' van je rechtervoet heet Digit IV Pedis Dexter, de middelste teen van je linkervoet Digit III Pedis Sinister, enzovoort. De vingers van de hand worden officieel ook met de term Digit genummerd.
De duim (pollex in het Latijn) is de dikste en de kortste vinger van de hand. In de geneeskunde worden de vingers met romeinse cijfers genummerd beginnend bij de duim, die dan dus digitus I (dig. I) is.
Zoogdieren hebben vaak vijf tenen en vijf vingers. Ze stammen af van de eerste gewervelde dieren die aan land gingen. Deze alleroudste amfibieën leken op grote salamanders. Ze hadden vijf tot acht tenen per voet.
Ze worden vaak de tweede, derde en vierde teen genoemd. Tenen hebben dus niet net als vingers allemaal een eigen naam. Vingers hebben allemaal een naam omdat elke vinger ook een andere functie heeft.
Nee, dat soort namen voor de middelste drie tenen aan je voeten bestaat niet in het Nederlands. Artsen en wetenschappers gebruiken er de Latijnse benamingen voor. Hierbij heet de grote teen Digit I Pedis, de teen daarnaast Digit II Pedis, enzovoort.
Wat is een Griekse voet? Je hebt een Griekse voet als je tweede teen langer is dan de grote teen. Dit in contrast met een zogenaamde Egyptische voet waarbij de grote teen het langst is. De benaming zou komen van een slag heel lang geleden.
De grote teen is een belangrijk deel van ons lijf. We wikkelen de voet ermee af, waardoor wee kunnen lopen. Hij zorgt voor het evenwicht. Zonder grote teen is het lopen moeilijk.
Vooral de grote teen is belangrijk, maar ook de kleintjes leveren hun bijdrage. Dat is te zien bij mensen die flinke hinder ondervinden omdat hun tenen niet goed functioneren. Al lukt lopen gewoonlijk nog wel, bijvoorbeeld door de knieën verder op te trekken. 'In zoverre kun je een teen best missen.
Teengangers (bijvoorbeeld de vos en wolf) bewegen zich meestal sneller voort en je ziet dan vier tenen in de afdruk. Bij teentopgangers zie je alleen de toppen van de derde teen (zoals bij paarden) of de derde en vierde teen (runderen, zwijnen en herten).
Heb je aflopende tenen, dan houd je van structuur en ben je een stabiel en rustig persoon. Een lange tweede teen betekent dat iemand ambitieus is. Een forse grote teen vertelt dat je een sterk verbaal vermogen hebt. Ruimte tussen tenen betekent vertraging, weloverwogenheid.
Hoe je voet contact maakt met de grond en hoe je hem afwikkelt, kun je zichtbaar maken met een blauwdruk. Dat is een soort stempel van de voet op de ondergrond. Vergelijk je de blauwdrukken van veel verschillende voeten met elkaar, dan kun je allerlei voettypes onderscheiden.
De mens heeft vijf tenen aan elke voet. De binnenste teen wordt de grote teen genoemd en de buitenste teen de kleine teen. Vaak worden de andere drie tenen van binnen naar buiten de tweede, derde en vierde teen genoemd.
Laat de buddy tape 1 tot 2 weken zitten. Zo nodig mag u de tape en het gaasje vervangen, bijvoorbeeld om hygiënische redenen. Dit kunt u kopen bij de drogisterij.
De bij de amputatie doorgesneden zenuwen blijven prikkels doorgeven naar de hersenen alsof het geamputeerde lichaamsdeel er nog is. Het geamputeerde lichaamsdeel kan vreemd aanvoelen of pijn doen.
Als u weet welke factoren bij u de pijn beïnvloeden, kunt u hier rekening mee houden. Vlak na de amputatie komt fantoompijn heel veel voor. Meestal vermindert de fantoompijn in de loop van een jaar. Bij ongeveer één op de tien geamputeerden blijft de fantoompijn echter langer bestaan en soms zelfs altijd.
Onderliggende of overliggende scheefstand van de kleine tenen is vaak erfelijk. De meeste mensen hebben het aan beide voeten. De balans tussen de spiertjes die de teen omhoog trekken en de teen kunnen buigen is verstoord. Als de kleine teen te veel omhoog staat, zijn de strekspiertjes sterker dan de buigspiertjes.
Goede (stevige) schoenen dragen, vooral een stijve zool kan helpen om het afwikkelen te verminderen. Rust houden kan de pijn verminderen en mogelijk de blessure te verminderen. Artrodese: operatief vastzetten van de gewrichten in de grote teen in een goede stand.
Een jubelteen of hallux limitus is letterlijk een beperkte grote teen. De mate waarin de grote kan bewegen wordt uitgedrukt in twee termen: hallux limitus en hallux rigidus. Bij een jubelteen staat het laatste kootje van de grote teen omhoog.
Teenspreiders gaan frictie tegen en zorgen dat de tenen naast elkaar uitgelijnd worden. Ze kunnen ingezet worden bij voetpijn, een verminderde mobiliteit, zenuwinklemming, hamertenen, hallux valgus en hielspoor (fascitis plantaris). Maar teenspreiders houden ook gezonde voeten in topconditie.
Wanneer er hardnekkige pijnklachten ontstaan, kan een teencorrectie een oplossing bieden. Bij een teencorrectie wordt het beschadigde teengewrichtje uit de teen gehaald. Hierdoor komt de teen weer recht te staan waardoor de drukplekken, die de pijn veroorzaken, verdwijnen.
Hamerteen oorzaak
Er is niet eenduidig een oorzaak van hamertenen aan te geven, maar meestal zal de oorzaak een stand afwijking van de voet, te korte pezen of verkeerd schoeisel zijn. Soms is de oorzaak een voetafwijking als platvoeten of een holle voet. Hallux valgus is ook een veel voorkomende oorzaak.
Een platvoet is vast te stellen door te kijken naar uw voetafdruk. De afdruk van een vochtige platvoet laat zien dat de hele voetzool contact met de grond maakt. Een platvoet is te herkennen aan de afwezigheid van het gewelf aan de binnenzijde in het midden van de voet. De hiel is meestal naar buiten gekanteld.