De geometrie van een trap wordt bepaald door de optrede en de aantrede. De optrede is het hoogteverschil tussen twee opeenvolgende treden en de aantrede is de diepte van een trede.
De trapformule is een richtlijn of vuistregel om te controleren of de juiste maten zijn gebruikt. Hierbij geldt: 2 optreden + 1 aantrede = 570 - 630 millimeter. Wanneer je tussen deze 570 en 630 millimeter zit heb je een trap waar je comfortabel op kunt lopen.
Voor een normale binnentrap voor woningen is een aantrede van 220 tot 250 mm gewenst met een optrede van 175 tot 185 mm (220 mm is de minimale diepte van de aantrede en 188 mm is de maximale hoogte van de optrede in Bouwbesluit 2012).
Om een comfortabele trap te hebben, mag die niet te steil zijn, maar ook niet te vlak. In de praktijk betreffen de ideale maten een aantrede (zonder neus) van ongeveer 20 cm, een optrede van ongeveer 18,6 cm. Hoger dan 19 cm wordt er best niet gegaan, anders wordt de trap te steil en meer vermoeiend om op te lopen.
Principe: De hellingsgraad bepaalt het volledige uitzicht van uw trap. Een trap van 45 graden of hoger wordt gezien als steile trap en is perfect voor een trap die u niet vaak gebruikt, zoals een zoldertrap. Voor de hoofdtrap in uw woning is het aangeraden een hellingsgraad van iets minder dan 45 graden te kiezen.
De verhouding tussen op- en aantrede bepaalt de helling van de trap. Een hellingsgraad van 42 graden is courant voor woningen, in openbare gebouwen is 33 graden voorkomend.
Een trap loop je vlot op en af als hij een helling heeft tot 40°. Alles daarboven maakt de trap steiler en daarmee ook minder veilig en minder comfortabel. Om een idee te krijgen: een zoldertrap zit tussen de 40 en 45°.
Het aantal keer dat omhoog wordt gestapt, dus elke trede + het bordes is een optrede. Heeft een spiltrap 12 treden en eindigt deze met het bordes tegen de verdiepingsvloer, dan heeft deze trap 13 optreden: het bordes is de 13e opstap en dus de 13e optrede.
Een veilige trap, wat wil dat zeggen? De veiligheid van een trap wordt bepaald door de trapleuning én door de traptreden. De trapleuning moet stevig zijn en mag niet te glad zijn. De traptreden moeten groot genoeg zijn om je gehele voet erop te plaatsen en ze mogen niet te glad zijn.
Voor lichtere werkzaamheden, bijvoorbeeld het lappen van ramen op de onderste etage, volstaat een huishoudtrap. Moet je op een groter oppervlak werken, dan is het beter om een magazijntrap of bordestrap met wielen te kiezen. Voor intensief (dagelijks of langdurig) gebruik biedt een professionele trap uitkomst.
De maten van het trapgat horen altijd iets groter te zijn dan de trap zelf. Dit is ook afhankelijk van het soort trap u gaat plaatsen. Voor één persoon hoort de breedte van een trap minimaal 600 mm te zijn, voor twee personen is dit 800 mm. Maar de meest aangename maat om een trap omhoog te lopen is 900mm.
Traptrede. Traptrede is standaard 38 mm dik.
Een standaard (dichte) trap met 13 treden heeft een oppervlakte van 6 m2 (trede, stootbord en trapboom).
Breedte – Er is geen beperking met hoe smal of breed u kunt gaan met een trap, we maken een trap standaard rond de 80 – 90cm. Zolder en keldertrappen hoeven slechts een 70cm breed te zijn. Doorloophoogte – Normaal hanteren we minimum 200cm als doorloophoogte.
Een standaard dichte trap van 13 treden heeft een oppervlakte van ongeveer 6m2. Voor één laag houdt dit in dat je één blik primer van één liter nodig hebt.
Omdat de trap vaak belopen wordt, is het raadzaam te kiezen voor tapijt met een grote slijtvastheid. Bedenk ook of je meer loopcomfort of geluidsdemping wilt. In deze gevallen is een ondertapijt een verstandige keuze. Ook voor het verlengen van de levensduur van je trap raden wij ondertapijt aan.
PVC is van zichzelf geen glad materiaal, dus de kans op uitglijden is klein. Bovendien worden de treden aan de rand afgewerkt met een profiel. Extra veilig dus, vooral voor kousenvoeten, snelle jonge beentjes, of juist de wat oudere, stramme ledematen.
Kapotte traptreden kunnen niet alleen erg vervelend en storend zijn, maar ook nog eens gevaarlijke situaties opleveren. Er gebeuren jaarlijks tal van ongelukken op de trap door loszittende of beschadigde traptreden.
De leuning kan handig zijn, maar is niet per se nodig. Het is tegelijk ook een esthetisch accessoire dat je woning cachet kan geven. Maar het kan ook weggelaten worden. Toen men zwevende trappen kon maken – waarbij de treden langs één kant aan de muur hangen – ontstond ook de nood om de leuning weg te laten.
De zijkanten van een trap, waar tussen de treden en eventuele stootborden bevestigd worden, noemen we trapbomen. Een trapboom draagt dus de trap treden. Een trapboom wordt ook wel wang genoemd.
Wanneer je een trap laat renoveren, kun je namelijk de traptreden langer laten maken. Op die manier wordt een steile of smalle trap makkelijker begaanbaar en hoef jij je niet meer dagelijks te ergeren. De maximale verlenging van een traptrede is 2 centimeter.
Een bestaande trap moet minimaal 70 cm breed zijn, met een vrije doorloophoogte van 190 cm, de aantrede is 13 cm, de hoogte van de treden 22 cm en de afstand van de klimlijn tot de zijkant van de trap minimaal 20 cm.
Wanneer er een lichte helling is, vanwege de kleine optrede en grote aantrede, dan wordt er gesproken over een luie trap. De looplijn en hellingshoek is dan logischerwijs minder steil. Over het algemeen wordt een trap met een helling met minder dan 45 graden een luie trap genoemd.