Volgens de wettelijke richtlijn bedraagt de duur van de partneralimentatie de helft van het aantal huwelijksjaren met een maximum van vijf jaar. Bijvoorbeeld: ben je 12 jaar getrouwd, dan moet je maximaal 5 jaar partneralimentatie betalen aan je minder verdienende ex-partner.
De partner die behoefte heeft aan alimentatie heeft in principe recht op 60% van het netto gezinsinkomen zoals dat gold tijdens het huwelijk. Er wordt dus gekeken naar de financiële welstand van partijen tijdens het huwelijk.
De overheid maakt in november bekend hoeveel procent meer u betaalt in het volgende jaar. Sinds 1 januari 2022 is dat 1,9%.
De behoefte van de partner aan alimentatie wordt volgens vaste normen vastgesteld op 60% van het netto gezinsinkomen minus de kosten van eventuele kinderen. Eventuele eigen inkomsten moeten vervolgens ook op deze uitkomst in mindering worden gebracht.
De draagkracht van de betaler
Deze kosten zijn kosten die de betaler zelf moet maken om rond te kunnen komen, zoals woonlasten en zorgverzekering. Wat er overblijft is draagkracht. Van de draagkracht is dan meestal ca. 60% beschikbaar voor alimentatie.
Bij de berekening van de alimentatie wordt in principe alleen naar het inkomen gekeken. Het vermogen telt echter wel mee, naarmate dit vermogen substantieel inkomen oplevert.
Hoe bereken je de draagkrachtruimte? Dat is jouw netto-inkomen na de scheiding min het draagkrachtloos inkomen. Van deze draagkrachtruimte mag je zelf 40% houden en 60% is voor partneralimentatie over. Vervolgens trek je nog jouw deel van de kinderalimentatie hiervan af, dan houd je je draagkracht over.
U bent in principe verplicht om partneralimentatie te betalen als uw ex-partner na de echtscheiding onvoldoende inkomsten heeft om in het levensonderhoud te voorzien. Daarbij wordt rekening gehouden met uw levensstandaard ten tijde van het huwelijk.
Uw ex-partner betaalt de kinderalimentatie of partneralimentatie niet. Dan kunt u hulp vragen aan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Het LBIO kan de alimentatie voor u innen.
Bij de scheiding moeten de gemeenschappelijke bezittingen verdeeld worden. U kunt daarbij denken aan de inboedel van uw woning, banktegoeden en de auto. Schulden van u samen, zoals bijvoorbeeld de hypotheek of schulden aan postorderbedrijven, moet u samen blijven betalen.
Partneralimentatie geldt alleen bij een scheiding
Het recht op partneralimentatie bestaat niet alleen als je getrouwd was. Partneralimentatie moet soms ook worden betaald na het verbreken van een geregistreerd partnerschap. Ook als je hebt samengewoond kun je afspreken om partneralimentatie te betalen.
Je mag tijdens de scheiding afzien van partneralimentatie. Maak hierover duidelijke en heldere afspraken en leg deze vast in het echtscheidingsconvenant. Je mag ook een ander bedrag dan de officiële partneralimentatieberekening nemen. Maak ook in dat geval duidelijke en heldere afspraken.
Bij de berekening van partneralimentatie wordt immers gekeken naar uw draagkracht. Op het moment dat u gaat samenwonen met uw nieuwe partner kunt u minder, of juist meer, vaste lasten krijgen. Dat heeft gevolgen voor uw draagkracht, en kan dus ook gevolgen hebben voor de hoogte van de partneralimentatie.
De ex-partner die in de echtelijke woning woont kan op grond van art. 3:178 lid 1 BW de rechter verzoeken de woning voor maximaal drie jaar onverdeeld te laten.
Hoe lang je partneralimentatie krijgt is afhankelijk van de datum van de scheiding. Ben je voor 1 januari 2020 gescheiden, dan geldt een maximale alimentatieduur van 12 jaar. Hiervoor kom je in aanmerking als je langer dan vijf jaar getrouwd bent geweest of als jullie samen kinderen hebben gekregen.
Het onderhoudsgeld mag nooit meer dan 1/3 van het inkomen bedragen van de onderhoudsplichtige ex-echtgenoot. Het inkomen dat in rekening wordt genomen is het netto-beroepsinkomen en inkomen uit goederen. Nooit langer dan de duur van het huwelijk is onderhoudsgeld verschuldigd.
U kunt via de rechter vragen om een zogenaamde 'machtiging tegeldemaking' ex artikel 3:174 BW. Met deze machtiging kunt u zonder de medewerking van de ander, zelf de woning verkopen. Meestal wordt deze machtiging via een kort geding gevorderd, zodat u snel verder kunt.
Kinderalimentatie is niet preferent aan het aflossen van schulden. Ondanks dat het onderhouden van kinderen een wettelijke plicht is en in de onderlinge verhouding van onderhoudsplichten prioriteit heeft, heeft het geen voorrang op het aflossen van de schulden bij andere schuldeisers.
Kan een alimentatiegerechtigde verplicht worden om (meer) te gaan werken? Nee, dat kan niet. Maar een alimentatiegerechtigde die er zelf voor kiest om niet meer te gaan werken, terwijl dit wel mogelijk is, kan deze keuze wel worden aangerekend.
Het netto besteedbaar inkomen (NBI) wordt gevormd door alle inkomsten (bijvoorbeeld uit arbeid, uitkeringen, winst uit onderneming, pensioen, vermogen) te verminderen met te betalen belastingen (zoals inkomstenbelasting en de Zvw premie). In Nederland betaal je als particulier over je inkomsten inkomstenbelasting.
Het betalen of ontvangen van kinderalimentatie heeft geen invloed op het krijgen van een hypotheek. Kinderalimentatie wordt namelijk niet als inkomen gezien.
Alimentatie berekenen partner
De behoefte is ongeveer 60% van het netto besteedbare gezinsinkomen tijdens het huwelijk. De draagkracht is het actuele inkomen van degene die alimentatie moet betalen minus de noodzakelijke onderhoudskosten. Het alimentatiebedrag kan nooit hoger zijn dan de draagkracht.
Tot hoe lang kan ik achterstallige alimentatie terugvorderen? Als de alimentatie is bekrachtigd door de rechtbank dan kun je, met terugwerkende kracht, tot vijf jaar terugvorderen. Het LBIO kan tot zes maanden terugvorderen.