Wat de maximale hartslag is, verschilt per persoon. Normaal ligt de hartslag van een volwassene in rust tussen de 60 en 100 slagen per minuut. Bij inspanning kan deze oplopen naar 180, soms zelfs boven de 200. Het is geen probleem als je hartslag niet te snel oploopt en na afloop weer geleidelijk afzakt.
Maximale hartslag: 220 – jouw leeftijd in jaren.
Dus iemand van 20 jaar, heeft een maximale hartslag van 200, volgens deze formule. Dit betekent dat wanneer hij zijn conditie zou willen trainen, zijn hartslag tussen de 150 en 180 zou moeten liggen.
1 - 2 jaar: 100 - 150. 2 - 5 jaar: 95 - 140. 5 - 12 jaar: 80 - 120. ouder dan 12 jaar: 60 - 100.
De hartslag is een belangrijke graadmeter voor de inspanning die je levert tijdens het sporten. Hoe hoger de hartslag is, hoe zwaarder de inspanning (hoe hoger de intensiteit). Je hart moet harder werken om voldoende bloed naar de spieren te pompen.
Bij volwassenen is de hartslag in rust gemiddeld 60 tot 70 slagen per minuut. Tijdens de slaap kan de hartslag zelfs terugzakken naar 50 slagen per minuut. Baby's hebben een veel hogere hartslag in rust: gemiddeld 130 slagen per minuut.
Een hoge hartslag in rust zonder duidelijke oorzaak kan een teken zijn van een hartritmestoornis. Dit kan gevaarlijk zijn. Het is daarom belangrijk dat de huisarts onderzoekt wat de oorzaak is, ook als je geen klachten hebt. Hij controleert je hartritme en bepaalt of meer onderzoek of een behandeling nodig is.
De maximale hartslag is het maximaal aantal hartslagen per minuut, ongeacht het inspanningsniveau. je kunt die inschatten met volgende formule: 220 - leeftijd. Voor iemand van 30 jaar is de maximale hartslag bij benadering 190 (220-30).
De ideale vetverbrandingszone ligt zo tussen de 50 en 65 % van je maximale hartslag. Als vuistregel kun je 45 tot 50 slagen onder je maximale hartslag gaan zitten. Deze hartslag kun je bepalen met de formule '220 – je leeftijd'. Dit is slechts een indicatie van je maximale hartslag.
Als je een sporthart hebt, merk je dit aan je hartslag. De normale hartslag in rust (60-80 slagen per minuut) is in het geval van een sporthart lager. Dit kan zelfs teruglopen tot een hartslag tussen de 40 en de 60 slagen per minuut.
Bij een te snel hartritme loopt uw hartslag in rust op tot meer dan 100 slagen per minuut. Het hart kan dan soms niet meer voldoende bloed rondpompen. Daardoor krijgen de organen, zoals hersenen, nieren, lever en de hartspier zelf te weinig zuurstof. Medische hulp is dan noodzakelijk.
Zo was een harslag in rust tussen 51 en 80 slagen per minuut gelinkt met een 40 tot 50 procent hoger risico op een vroege dood, in vergelijking met degene met een hartslag onder de 50 slagen.
Rusthartslag (HF rust) is de laagste hartslag die je hebt wanneer je wakker en in rust bent. Het is een goede indicator van jouw niveau van aerobe conditie. Wanneer je rusthartslag verlaagt ten gevolge van je training op lange termijn, kun je gerust zijn dat je aerobe conditie is verbeterd.
De term sporthart verwijst naar veranderingen in het hart als gevolg van intensieve en langdurige training. Het kan gaan om wijzigingen in de structuur (de hartspier en de grootte van het hart) en in de elektrische activiteit van het hart (het hartritme).
Conditie opbouwen: tips
Dan begin je het best in hartslagzone 60-70% om je conditie op een verstandige en rustige manier op te bouwen. Een te hoge hartslag is namelijk nefast voor beginnende sporters. Baken je hartslagzone goed af tijdens het trainen en let erop dat je tussen 70% en 85% van je maximale hartslag blijft.
Vaak wordt er gezegd dat de vetverbranding pas na 20 tot 30 minuten op gang komt. Dit klopt echter niet. Wel wordt de eerste 20 tot 60 minuten van inspanning meer vet die in de spier is opgeslagen verbrand, dan vanuit de vetvoorraden uit het onderhuids vetweefsel en het vetweefsel tussen de organen.
Het hart is ongeveer zo groot als een gebalde vuist. Deze regel geldt altijd, het hart groeit met je lichaam mee. Het hart bestaat uit 4 holle ruimtes: linkerboezem: hier stroomt zuurstofrijk bloed uit de longen binnen.
De kans op een hartstilstand wordt tijdens het sporten vergroot omdat het hart dan harder moet pompen, terwijl het hart deze extra inspanning dus eigenlijk niet aan kan. Daardoor kan sporten een trigger vormen bij het ontstaan van een hartstilstand.
Hardlopers kunnen hartslagzones aanhouden om meer uit hun training te halen zoals het verbeteren van de conditie of meer focus op het verbranden van vet. Hartslagzones zijn per persoon verschillend en moeten dan ook individueel worden bepaald. De zones zijn afhankelijk van de maximale hartslag (HR-max).
Over het algemeen geldt dat hoe zwaarder de inspanning is hoe hoger de hartslag wordt. Er zijn meerdere factoren die de hartslag beïnvloeden zoals het weer, psychische toestand, tijdstip van de dag en conditie. Onder invloed van deze factoren kan de hartslag afwijken met ongeveer 10 slagen per minuut.
Een gezond hart slaat 60 tot 100 keer per minuut. Deze frequentie is nodig om zuurstofrijk bloed naar uw lichaam te pompen. Patiënten met bradycardie hebben een hartslag die langzamer is dan 60 slagen per minuut, wat vaak duizeligheid, kortademigheid en zelfs flauwvallen tot gevolg heeft.
Trainen nabij het omslagpunt
Dat is de snelheid waarbij de benen alsmaar zwaarder worden, en wat je niet langer dan 30-45 minuten vol kunt houden. Die intensiteit ligt op ongeveer 85 tot 95 procent van je maximale hartslagwaarde. Is die 180, dan loop je met een hartslag van 153 tot 171 slagen per minuut.
Normaal slaat het hart 60 tot 100 keer per minuut. Bij een hartslag sneller dan 100 per minuut spreekt men van tachycardie. In het geval van een sinustachycardie ontstaat het te snelle hartritme door overactiviteit vanuit een normale sinus.