Inhalatie medicijnen komen direct in uw longen terecht. Het is belangrijk dat u de medicijnen op de juiste manier inhaleert. Uw apotheker of longverpleegkundige laat u zien hoe u dat doet. Alleen als u goed inhaleert, komt er voldoende van het medicijn uit de inhalator in uw longen.
Volgorde van de medicijnen
Als uw kind op hetzelfde tijdstip meerdere soorten medicijnen moet inhaleren, dan kunt u het beste eerst het luchtwegverwijdende medicijn geven en daarna het ontstekingsremmende medicijn. Het luchtwegverwijdende medicijn zorgt er namelijk voor dat de luchtwegen wijder worden.
Neem met schone handen het medicijn zoals voorgeschreven door uw zorgverlener en giet het in de medicijnbeker. Bevestig het bovenste stuk aan de medicijnbeker en vervolgens het mondstuk of masker. Sluit de slang van de compressor aan op de medicijnbeker.
Ga rechtop zitten om de maximale longcapaciteit te benutten. Doe het mondstuk in uw mond (of het masker over uw gezicht) en zet de compressor aan. 5. Adem langzaam in en uit door uw mond, zonder uw ademhaling te forceren, gedurende ongeveer 5 tot 15 minuten totdat de medicatie op is.
Sluit uw tanden en lippen om het mondstuk. De verpleegkundige draait de vernevelaar aan. Adem rustig in en uit door uw mond. Praat niet tijdens het vernevelen, maar houd het mondstuk gedurende de verneveling in uw mond.
Inhalatiemedicatietoediening is de toediening van medicijnen aan de luchtwegen via inhalatie , wat zorgt voor snelle systemische absorptie en gerichte toediening aan specifieke delen van de longen met behulp van apparaten zoals dosisinhalatoren, poederinhalatoren en vernevelaars.
Check of de vijf basisregels kloppen: juiste cliënt, juiste tijdstip, juiste medicijn, juiste tijdstip, juiste manier van toedienen en juiste dosis; Voorkom als zorgverlener direct huidcontact met het medicijn.
Klem het mondstuk tussen je tanden en omsluit het met je lippen. Richt je kin iets omhoog. Druk de inhalator in terwijl je krachtig en zo diep mogelijk inademt. Houd je adem minstens 10 seconden in of zolang je kunt.
Vóór het eerste gebruik
Als een luchtwegverwijder en een luchtwegbeschermer / ontstekingsremmer gelijktijdig moeten worden toegediend, gebruik dan eerst de luchtwegverwijder (blauw) en na vijf tot tien minuten de luchtwegbeschermer / ontstekingsremmer (oranje of bruin).
Verstuivers heten ook wel sprays of aerosols. Deze puffers moet je altijd vlak voor gebruik schudden, anders komt er geen medicijn in je longen. Om ervoor te zorgen dat het medicijn op de juiste plek in je longen komt, gebruik je een voorzetkamer.
1) Sluit het masker of het mondstuk aan, plaats het masker over mond en neus of plaats het mondstuk in uw mond. 2) Druk op de aan/uit-knop om het apparaat in te schakelen en de verneveling te starten. 3) Schud het apparaat voorzichtig voordat u met de behandeling begint, om ervoor te zorgen dat de vernevelingsvloeistof volledig in contact komt met het gaas.
Het is alleen voor inhalatie. Slik de capsule niet in. Respules/Smartules: Controleer het etiket voor gebruiksaanwijzingen. Draai de respule/smartule-dop, knijp alle vloeistof in de vernevelaar en gebruik het direct na opening .
Bij vernevelen wordt gebruikgemaakt van een vernevelaar die vloeistof in heel kleine druppeltjes verdeelt, hierdoor kan een vloeibaar medicijn, gemengd met een zoutoplossing, als nevel in worden geademd.
Doseerinhalatoren
Volg de instructies en adem de puff in via uw mond om het medicijn in uw longen te trekken . MDI's leveren één dosis per keer uit een busje dat meerdere doses bevat.
Medisch assistenten kunnen medicatie oraal, sublinguaal, topisch, vaginaal, rectaal of via intramusculaire, subcutane en intradermale injectie toedienen (let op: injecties vereisen aanvullende training). In elk geval moet een arts eerst de medicatie en dosering verifiëren voordat hij de toediening autoriseert.
Buccale toediening houdt in dat u een medicijn tussen uw tandvlees en wang plaatst, waar het ook oplost en in uw bloed wordt opgenomen. Zowel sublinguale als buccale medicijnen zijn verkrijgbaar in tabletten, films of sprays.
Soms hebben zorgvragers medicijnen nodig via de luchtwegen. Dit gebeurt met behulp van onder andere vernevelaars, aërosolen en inhalators. Het geïnhaleerde medicijn wordt dan direct in de ademhalingswegen opgenomen. Veel zorgvragers met chronische aandoeningen en/of longemfyseem gebruiken een inhalator.
Verschillende toedieningsvormen U kunt medicijnen op verschillende manieren inhaleren: • via een poederinhalator; • via een dosis aërosol (verstuiver) met voorzetkamer; • via een respimat inhaler; • via een vernevelaar.
Als je niet goed inhaleert, komt het medicijn bijvoorbeeld in de keel terecht. Helaas gaat er bij 70 procent iets mis in het gebruik van de inhalatoren. Denk aan het niet volledig uitademen naast het mondstuk of de adem niet lang genoeg vasthouden.
De jetvernevelaar is een apparaat dat zorgt voor het toedienen van een medicijn via de luchtwegen. Bij het aanzetten van de vernevelaar ontstaat een luchtstroom door het slangetje naar de vernevelkamer. De luchtstroom zuigt de vloeibare medicijnen uit het reservoirtje omhoog en verstuift deze vervolgens tot nevel.
Toediening via je slijmvlies: inhalatiemiddelen krijg je toegediend door inademing. Het is eenvoudig en pijnloos en het medicijn kan op ieder moment van de dag verstuifd worden. Dit zijn medicijnen, die via verneveling worden gebruikt: inhalatiespray, neusspray of keelspray.
De vernevelaar is een klein elektrisch apparaat dat ervoor zorgt dat een vloeibare medicijnoplossing wordt omgezet in nevel. U giet de medicijnoplossing in de medicijnkamer. De vernevelaar zorgt ervoor dat het vernevelde medicijn in de juiste hoeveelheid in uw luchtwegen komt.