Als ineens duidelijk wordt hoe iets zit, of als eindelijk iemands ware bedoeling of karakter blijkt, is het heel gewoon om uit te roepen 'Nu komt de aap uit de mouw! ' Volgens het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) gaat deze zegswijze letterlijk terug op een aap die in een mouw zat.
Als je 'in de aap gelogeerd bent', zit je in een benarde positie. Je bent in de maling genomen, je hebt pech, je zit in eventjes in de penarie. De herkomst van het gezegde is niet zeker, maar de theorieën die de ronde doen, zijn vermakelijk.
Waar komt de uitdrukking in de aap gelogeerd zijn vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Het is waarschijnlijk dat het woord aap teruggaat op een herberg met de (spot)naam (In) de Aap. Het verblijf was daar vast niet prettig of kon misschien nadelige gevolgen hebben. Vroeger hadden apen namelijk een negatief imago.
Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een leelijk ding. d.w.z. 'fraaie kleederen en sieraden kunnen een leelijk mensch niet bevallig maken, of: pracht en praal verheffen niemand tot den beschaafden stand'; Ndl.
'Twee geloven op een kussen, daar slaapt de duivel tussen', was heel lang het gezegde. Gelovigen leefden ernaar en dwongen elkaar ernaar te leven. Vanzelfsprekend met hulp van pastoor, dominee en familie. Maar gelovigen werden ook verliefd op andersgelovigen, en van het een kwam het ander.
Een zo'n uitdrukking is: 'waar rook is, is vuur'. Een uitdrukking direct gekoppeld aan roddelen. En als feitelijkheid in zich heeft dat, als er iets naars over iemand wordt verteld is, er vast wel een kern van waarheid bij hoort.
Wie z'n billen brandt, moet op de blaren zitten. Het spreekwoord wil zoveel zeggen als: 'Als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen. En het liefst zonder klagen'.
Water naar de zee dragen: iets naar een plaats brengen, waar er al genoeg van is. iets overbodigs doen.
Eene spaak in het wiel steken,
d.w.z. iets door een onvoorzienen hinderpaal beletten; eig. door plotseling eene spaak in het wiel te steken beletten dat het voortdraait, zoodat de wagen moet blijven stil staan.
Met de deur in huis vallen is een spreekwoord en betekent: 'meteen zeggen waar het op staat'. Het wordt gebruikt om aan te geven dat iets heel direct gezegd gaat worden. Oorspronkelijk gaf dit spreekwoord aan dat iemand zonder te kloppen of te vragen bij iemand naar binnen stapte.
De bokkenpruik ophebben betekent 'uit je humeur zijn, chagrijnig zijn', 'niet willen meewerken'. Deze uitdrukking komt uit de tijd dat de mensen pruiken droegen: de achttiende eeuw.
De uitdrukking gaat terug tot de naam van een zandbank in het IJ voor Amsterdam. Deze zandbank, Pampus genaamd, bezorgde zwaarbeladen koopvaardijschepen in de VOC-tijd ooit veel last. Zo kwam het voor dat schepen voor Pampus lagen: ze moesten een tijd wachten voordat het vloed werd en zo konden passeren.
Als er één schaap over de dam is, volgen er meer. Betekenis: als één persoon iets nieuws geprobeerd heeft, durven anderen ook wel. / wanneer eerst maar iemand voorgaat in een zaak, waartoe men moeilijk kon besluiten, dan volgen anderen zijn voorbeeld wel na.
Tja, wie zaait, zal oogsten. Well, you reap what you sow.
you reap what you sow [sprw.]
Een dubbeltje (of een stuivertje) kan vreemd rollen, d.w.z. iets, dat men in 't geheel niet verwacht had, kan toch gebeuren; men kan nooit weten welk een wending of loop iemands lot kan nemen. Vgl. Harreb.
Een dubbeltje op z'n kant is een uitdrukking die aangeeft dat iets maar net goed is gegaan. Als je al dan niet met veel geluk een krappe voldoende op een toets haalt en daardoor nét je diploma behaalt, was dat een dubbeltje op zijn kant.