Kenmerken. De belangrijkste kenmerken van de 4 maanden slaapregressie zijn het vaker wakker worden tijdens de nacht en plots kortere dutjes, vaak van max 45 minuten. Rond deze leeftijd verandert de manier van slapen van een newbornslaap naar een slaapcyclus zoals wij die kennen.
Na ongeveer 4 maanden is het slaapritme van je baby al een stuk voorspelbaarder. Baby's van deze leeftijd slapen in totaal nog zo'n 15 uur en zijn overdag tussen de slaapjes door, circa anderhalf uur wakker. Een baby van 6 maanden oud slaapt nog zo'n veertien uur per dag, inclusief een ochtend- en middagdutje.
Dutjes schema baby 4 maanden
Bij voorkeur is het middagdutjes het langst (ongeveer 2 uur). Voor het ochtenddutje is 1 uur vaak genoeg en het namiddagdutje mag het minst lange dutje zijn: een half uur tot een uur. Dit is het eerste dutje dat komt te vervallen wanneer je baby een dutjesovergang maakt van 3 naar 2 dutjes.
De lastige fase van sprong 4: verandering brengt weerstand
Wanneer sprong 4 begonnen is zul je merken dat je baby meer huilt, hangeriger en humeuriger is. Dat is de lastige fase van de sprong. Deze lastige fase duurt meestal 5 weken, maar kan ook 1 of 6 weken duren.
Er is geen vastomlijnde periode waarin een slaapregressie hoort plaats te vinden, dit verschilt per baby en kind. Maar hoewel ieder kind zijn eigen momenten heeft, zijn er wel gemiddelde momenten van slaapregressies aan te wijzen: Slaapregressie 8 maanden: ontwikkeling biologische klok.
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Dat is de welbekende '5-10 minuten regel', ook wel de gradual extinction of de gecontroleerde uitdoving genoemd.. Hierbij ga je elke 5 minuten terug om je baby of kind te troosten en het aantal minuten voer je stapsgewijs op. `Je laat je baby gecontroleerd huilen.
In de vierde sprong komt je baby in de wereld van Gebeurtenissen terecht. Waar je baby eerst enkel sensaties, patronen en vloeiende overgangen los van elkaar kon ervaren, snapt hij of zij nu dat dit bij elkaar hoort en één gebeurtenis is!
Mijlpalen van een 4 maanden oude baby
Zijn hoofdje zonder hulp omhooghouden. Zijn handjes naar zijn mond brengen. Met hulp rechtop zitten. Reiken naar voorwerpen en deze vastnemen.
Vaak ligt stress, angst of aangeleerd 'onhandig' slaapgedrag ten grondslag of bijvoorbeeld wakker worden door bedplassen. Het kind heeft overdag nauwelijks of geen klachten door het slaapprobleem. Slapen, eten, drinken, poepen en plassen zijn basisbehoeften in een mensenleven.
Slaapregressie komt over het algemeen voor tijdens de mentale sprongetjes die je kindje maakt en tijdens mijlpalen in zijn leven. Dat zijn rond deze leeftijden: 4 maanden: le baby leert rond deze tijd omrollen. 7-8 maanden: je baby leert rond deze leeftijd te zitten en begint met kruipen.
De eerste slaapregressie is voor veel baby's ook meteen de meest heftige. Tijdens deze slaapregressie verandert de slaapcyclus van je baby permanent. De diepere slaap ontwikkelt zich. Doordat je baby nog niet zo goed kan omgaan met de overgang van lichte naar diepe slaap, wordt hij 's nachts vaker wakker.
Een sprongetje bij je baby herken je vaak eerst aan een huilerige periode. Je kindje kan hierbij hangerig, humeurig en huilerig worden. Soms lijkt het zelfs alsof je kindje een beetje achteruit gaat in zijn ontwikkeling! Het kan zijn dat je baby hierdoor minder goed slaapt en eet.
Wat ze na deze sprong heel goed kan is hele mooie verhalen vertellen met het stemgeluid dat klinkt als een piepende en krakende deur. Het gaat vloeiend van laag naar hoog en eindigt soms in een gilletje. Wat grappig dat je dit soort geluiden opeens kan waarderen wanneer het uit jouw kindje komt.
Alles wat je baby in zijn handjes kan houden is welkom: rammelaars, muziekdoosjes, een zachte bal, een pop of knuffel en ringen. Maar ook alledaagse voorwerpen, zoals een felgekleurde (zak)doek of een onbreekbaar spiegeltje zorgen voor urenlang plezier.
Als je baby meer vaste voeding gaat eten, vraagt hij langzaam minder borstvoeding. De hoeveelheid melk die je produceert, past zich vanzelf aan. Is jouw baby 4-6 maanden oud? Dan drinkt hij ongeveer 4 tot 5 voedingen per dag van 160 tot 200 ml per voeding.
Wil je baby overdag niet slapen? De dutjes overdag zijn erg belangrijk voor de ontwikkeling van je kindje. Daarnaast raakt je kind oververmoeid als hij overdag niet goed slaapt, wat weer nadelig kan zijn voor zijn (en jouw) nachtrust.
De oefenhapjes geef je naast de melkvoeding. Daarom is het beter niet te veel te geven, je wilt namelijk niet de trek in borst- of flesvoeding van je baby verminderen. Een goed uitgangspunt is om te starten met 1 of 2 keer per dag 3 tot 4 lepeltjes.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.
In principe hebben de meeste baby's geen nachtvoeding meer nodig als ze ouder zijn dan 6 maanden. Maar dat geldt niet voor ieder kindje. Sommigen hebben, bijvoorbeeld om medische redenen, langer nog een nachtvoeding nodig. Mocht je hierover twijfelen, bespreek het dan met het Consultatiebureau.