Chronisch suïcidale patiënten ervaren vaak, en soms bijna onophoudelijk suïcidale gedachten; dit kan jarenlang een dagelijks optredend fenomeen zijn. Suïcidepogingen, van welke aard ook, komen daarbij regelmatig voor (Paris, 2003).
Roekeloos gedrag of het schijnbaar zonder nadenken ondernemen van risicovolle activiteiten. Gevoel vast te zitten, geen uitweg te weten. Toenemend alcohol- of druggebruik. Zich terugtrekken van familie, vrienden of de samenleving.
Bij chronische suïcidaliteit gaat het om patiënten die over een langere periode voortdurend of herhaaldelijk suïcidaal zijn. Bij 'acuut op chronisch' gaat het om chronisch suïcidale mensen die in een toestand van acuut dreigend gevaar komen.
Blijf vragen naar suïcidale gedachten, ook in latere fasen. Neem initiatief en wacht niet af tot iemand er zelf mee komt of tot er sprake is van een crisis. Vraag of iemand wil praten of liever iets anders wil doen. Bijvoorbeeld samen een wandeling maken, muziek luisteren of juist stil zijn en niets hoeven.
Vraag of iemand wil praten of liever iets anders wil doen. Bijvoorbeeld samen een wandeling maken, muziek luisteren of juist stil zijn en niets hoeven. Bied de mogelijkheid tot mailcontact. Wijs op andere mogelijkheden voor ondersteuning, zoals een ervaringsdeskundige of (online) zelfhulp- of lotgenotengroep.
Professionele hulp bij zelfmoordgedachten
Je kunt het best naar de huisarts of JGZ-jeugdarts gaan. Praat zelf ook met de huisarts. Vertel dat je je zorgen maakt en overleg wat je kunt doen. De huisarts kan je kind doorverwijzen naar specialisten, zoals een psycholoog die gespecialiseerd is in het helpen van jongeren.
Realiteit: Een zelfmoord of zelfmoordpoging is een uiting van lijden, een pijnkreet. Iemand met zelfmoordgedachten zoekt naar een manier om te ontsnappen aan een situatie die hij of zij als ondraaglijk en onoplosbaar beschouwt. Suïcidaal gedrag op zich is dus geen ziekte.
Bij parasuïcidaal gedrag onderneemt de jongere een poging tot het beëindigen van het leven, door middel van het innemen van middelen of het ondernemen van een levensbe- dreigende actie. Bij zelfbeschadiging brengt de jongere schade toe aan het lijf zonder de intentie dood te gaan.
De meeste mensen die een einde aan hun leven maken, doen dat onverwacht en impulsief. Zo lijkt het voor hun omgeving. Maar echt impulsief is zelfdoding zelden. Meestal loopt iemand al maanden of jaren met plannen rond.
Veel zelfdodingen in januari
De meeste zelfdodingen vallen dus niet in de sombere herfstmaanden, maar juist in januari en de aangenaam zachte lentemaanden. In januari is een duidelijk patroon zichtbaar. De eerste week van die maand telt de meeste zelfdodingen: gemiddeld vijf per dag.
Ze kunnen last hebben van sterke stemmingswisselingen, erg prikkelbaar en agressief zijn of snel huilen. Ze hebben vaak nergens meer interesse in, trekken zich terug en raken onbereikbaar. Soms verwaarlozen ze zichzelf. Slapeloosheid of juist extreem veel slapen.
Als iemand aan zelfmoord denkt, is er sprake van wanhoop, pijn en (grote) problemen. Daarnaast is er vaak nog iets aan de hand. Zelfmoordgedachten kunnen zichzelf namelijk versterken en vermenigvuldigen. Mensen met suïcidale gedachten piekeren veel en hebben vaak moeite om andere oplossingen te zien.
Motieven voor suïcidaal gedrag kunnen sterk uiteenlopen. Het kan gaan om een uitgesproken wens te willen sterven, een gevoel of overtuiging het leven niet langer aan te (willen) kunnen, een behoefte om te ontsnappen uit een situatie die de persoon als ondraaglijk ervaart, of om het denken te stoppen.
Een zelfdoding kost de maatschappij 2,8 miljoen euro, 113 wil meer aandacht voor preventie. 2,8 miljoen euro. Zoveel kost het de maatschappij als één persoon in ons land zelfmoord pleegt. Zelfmoordpreventielijn 113 liet dat uitrekenen.
Vermoed je dat iemand in je naaste omgeving een einde aan zijn of haar leven wil maken? Neem de signalen altijd serieus en bel 0900-0113 voor hulp. Op de site 113.nl staan nog meer richtlijnen voor het openen van een gesprek met iemand die aan zelfmoord denkt.
Ieder jaar doen ongeveer 100 000 volwassenen in Nederland een zelfmoordpoging. Daarvan 'slaagt' ruim 1,5 procent. Zo'n 9 200 Nederlanders komen na een mislukte poging in het ziekenhuis terecht.
En dan is er nog een kleine groep 'balanssuïcides', waarbij mensen weloverwogen de balans van hun leven opmaken en besluiten een eind aan hun leven te maken. Dat is bijvoorbeeld weer actueel met alle discussies over 'voltooid leven.
Mensen met een depressie of depressieve klachten, schizofrenie, een psychose, persoonlijkheidsstoornissen of een alcohol- of drugsverslaving maken eerder een einde aan hun leven dan mensen zonder deze aandoeningen. Mensen die een einde aan hun leven maken, zijn op het moment dat ze dat doen bijna altijd depressief.
“Met zelfdoding wordt – ook in Trouw – meestal euthanasie bedoeld, terwijl zelfmoord vaker voor de gewelddadige dood 'door eigen hand' wordt gebruikt”, schreef hij.
Is er een zelfmoord in de familie? Dan verdubbelt de kans op zelfmoord bij de andere leden. ' Behalve depressie en erfelijke aanleg speelt ook alcoholmisbruik een rol.
Mensen met een passieve doodswens hebben een verlangen naar de dood zonder zelf plannen te maken of stappen te zetten om de dood te bespoedigen. Mensen met een actieve doodswens maken plannen of zetten concrete stappen met betrekking tot hun doodswens.
Praten over zelfmoordgedachten kan anoniem: chat via 113.nl, bel 113 of bel gratis 0800-0113.
Deze vraag is zeer relevant bij mensen met autisme. Uit een studie bij 27.122 mensen met autisme blijkt dat suïcide 9,4 keer vaker voorkomt dan bij mensen zonder autisme. Bij vrouwen en mannen zijn deze percentages respectievelijk 13,1 en 6,3 (Hirvikoski et al., 2016).