Drijfvermogen. Het drijfvermogen van een zwem- en reddingsvest worden uitgedrukt in Newton (N). Hoe groter het aantal N, hoe meer drijfvermogen het vest heeft. Zwemvesten zijn er tot 50N en reddingsvesten tot 275N.
Voor verreweg de meeste zeilers zal een 'standaard' reddingsvest met een drijfvermogen van 170 Newton (of 150/165/180/190N) volstaan. Laat je bij een winkel wel goed voorlichten over de pasvorm en toevoegingen aan het vest en vergeet daarbij niet te vermelden waar je gaat varen en onder wat voor omstandigheden.
De capaciteit van een reddingvest wordt uitgedrukt in Newton, waarbij 10 Newton gelijk staat aan 1 kilo drijfvermogen. Heeft u al een reddingvest, dan kunt u nazien wat hiervan de capaciteit is. Vaak hebben reddingvesten een capaciteit van 150N. Dit vermogen is prima zolang uw kleding geen lucht vasthoudt.
Reddingsvesten met 100N drijfvermoge zijn beperkt veilig bij redding bij kustwater en het dragen van lichtere kleding, zoals een T-shirt of Bermuda. 100N is te weinig drijfvermogen voor wie het grotere water op gaat. het lichtste model automatisch reddingsvest heeft een drijfvermogen van 150N.
Reddingsvesten van 100N bieden veiligheid tijdens het dragen van lichte kleding zoals een zeilpolo of bermuda. Daarnaast is een 100N reddingsvest veilig bij kustwater maar mocht je het grotere water opgaan, dan is 100N te weinig. De automatische reddingsvesten beginnen met een drijfvermogen van 150N.
Het vermogen van een object om te kunnen blijven drijven in een vloeistof of gas. Als het object een lagere dichtheid heeft dan de dichtheid van de vloeistof waarin het wordt gelegd, blijft het object drijven. Dit wordt positief drijfvermogen genoemd.
Een zwemvest is een veel beperkter reddingsmiddel: het heeft een veel lager drijfvermogen en corrigeert bovendien de houding niet. Een drenkeling met enkel een zwemvest aan kan dus nog steeds verdrinken.
Kies voor zwembandjes
Voor een dag zwemmen kun je het best kiezen voor zwembandjes. Zorg dat ze een veiligheidsventiel en meerdere luchtkamers hebben. Mocht er een lek in komen, dan blijft er toch nog drijfvermogen over.
Welk reddingsvest je koopt, hangt af van het soort water dat je op gaat, wat je gaat doen en welke kleding je kind draagt. Het drijfvermogen van een reddingsvest wordt uitgedrukt in N (Newton). Hoe hoger het getal, hoe meer drijfvermogen het vest heeft en hoe beter het hoofd boven water wordt gehouden.
Zwemvest of reddingsvest voor het suppen
Zo zijn er gemakkelijke (neopreen) zwemvesten met 50N drijfvermogen. Dit zijn zogenaamde zwemvesten ofwel drijfhulpen.
Zwemvesten hebben een drijfvermogen van 50 Newton en worden aangeduid met 50N. Dat is nuttig voor bijvoorbeeld kinderen aan boord. Zwemvesten zijn echter geen officiële reddingsmiddelen. En in sommige gevallen moet je reddingsvesten aan boord hebben.
De levensduur van opblaasbare reddingvesten is in de regel op 10 jaar gesteld. Uitgangspunt voor de 10 jarige termijn is echter een regelmatige keuring van het reddingsvest in een periode van maximaal twee jaar. Deze keuringsinterval van 24 maanden wordt voor SECUMAR reddingvesten ten zeerste aanbevolen.
De Waterkampioen van de ANWB heeft 18 150N reddingsvesten getest. De Besto Comfortfit 165N kwam daarbij als beste reddingvest uit de test. Voor wie zonder laarzen en zeilpak vaart is een 150N reddingsvest normaal gesproken voldoende.
In het algemeen kan deze opwaartse kracht worden berekend met de vergelijking Fb = Vs × D × g, waarbij Fb de opwaartse kracht is, Vs het volume van het ondergedompelde deel van het object, D de dichtheid van de vloeistof waar het object in is ondergedompeld en g de zwaartekracht.
Elementen met negatief drijfvermogen
Dat wil zeggen dat we de hoeveelheid duiklood moeten verminderen afhankelijk van het gewicht en de dichtheid van de fles. Houd er rekening mee dat sommige duikflessen wel 16 kg kunnen wegen. In dat geval moet je minder duiklood dragen.
Ga je in zout water duiken, dan heb je meer lood nodig dan in zoet water: 3% van je lichaamsgewicht. Voor de meeste duikers zal dit twee of drie kilo extra zijn. Dit wordt verklaard door het Principe van Archimedes: de opwaartse kracht van zout water is groter dan die van zoet water.
Het drijfvermogen van een zwem- en reddingsvest worden uitgedrukt in Newton (N). Hoe groter het aantal N, hoe meer drijfvermogen het vest heeft. Zwemvesten zijn er tot 50N en reddingsvesten tot 275N.
De golven en stroming in de zee zijn onvoorspelbaar en kunnen je kind onverwacht uit het evenwicht brengen. Je kind valt misschien zo maar om. Maar dat is geen reden om bandjes om te doen. Door de wind is er kans dat je kind met bandjes sneller afdrijft.
We adviseren om het zwemvest te passen met dunne kleding of ontbloot bovenlijf. Op de buik mag het zwemvest vrij strak zitten. Wanneer je de rits dicht wil maken kan het zijn dat het wat kracht kost om de rits bij elkaar te brengen, dit is geen probleem.
Het is op het moment door de sterk aflandige wind levensgevaarlijk om met een luchtbed of ander drijfmiddel het water op te gaan. Hiervoor waarschuwt de Haagse Reddingsbrigade.
Een ander groot voordeel van de sluiting op de rug is dat het grootste drijfvermogen van de Sevylor Puddle Jumper op de buik en aan de armen zit. Ze moet daardoor zelf actief voorover buigen om op haar buik te zwemmen. Automatisch zwemt ze staand / op haar rug.
De Sevylor Puddle Jumper is het beste zwembandje dat er is volgens Saskia. Toen haar kinderen nog geen zwemdiploma hadden heeft ze heel wat zwembandjes geprobeerd.
Het dragen van een reddingsvest is niet verplicht in Nederland. Alleen op motorboten waar een vaarbewijs voor nodig is, is het verplicht om voor elke opvarende boot een zwemvest aan boord te hebben. Een zwemvest is echter geen reddingsvest. Een reddingsvest is er speciaal op gericht verdrinking te voorkomen.
Kies dan voor een kinderreddingsvest van 100 Newton zoals de Kid Safe reddingsvesten van Helly Hansen of de Bravo reddingsvesten van Secumar. Dit zijn vaststof reddingsvesten. Deze reddingsvesten zijn ook prima geschikt voor kinderen in de buurt van onbeveiligd water (waterkant, oever).